Constraining the Drag Coefficients of Meteors in Dark Flight

Based on data in the aeronautics literature, we have derived functions for the drag coefficients of spheres and cubes as a function of Mach number. Experiments have shown that spheres and cubes exhibit an abrupt factor-of-two decrease in the drag coefficient as the object slows through the transonic regime. Irregularly shaped objects such as meteorites likely exhibit a similar trend. These functions are implemented in an otherwise simple projectile motion model, which is applicable to the non-ablative dark flight of meteors (speeds less than .+3 km/s). We demonstrate how these functions may be used as upper and lower limits on the drag coefficient of meteors whose shape is unknown. A Mach-dependent drag coefficient is potentially important in other planetary and astrophysical situations, for instance, in the core accretion scenario for giant planet formation

Evidence for the 125 GeV Higgs boson decaying to a pair of tau leptons

Peer reviewe

Measurement of the triple-differential cross section for photon plus jets production in proton-proton collisions at √s = 7 TeV

Peer reviewe

Measurement of the prompt J/psi and psi(2S) polarizations in pp collisions at sqrt(s) = 7 TeV

The polarizations of prompt J/psi and psi(2S) mesons are measured in proton-proton collisions at sqrt(s) = 7 TeV, using a dimuon data sample collected by the CMS experiment at the LHC, corresponding to an integrated luminosity of 4.9 inverse femtobarns. The prompt J/psi and psi(2S) polarization parameters lambda[theta], lambda[phi], and lambda[theta, phi], as well as the frame-invariant quantity lambda(tilde), are measured from the dimuon decay angular distributions in three different polarization frames. The J/psi results are obtained in the transverse momentum range 14 < pt < 70 GeV, in the rapidity intervals abs(y) < 0.6 and 0.6 < abs(y) < 1.2. The corresponding psi(2S) results cover 14 < pt < 50 GeV and include a third rapidity bin, 1.2 < abs(y) < 1.5. No evidence of large transverse or longitudinal polarizations is seen in these kinematic regions, which extend much beyond those previously explored

Observation of Charge-Dependent Azimuthal Correlations in p-Pb Collisions and Its Implication for the Search for the Chiral Magnetic Effect

Peer reviewe

Search for narrow resonances in dilepton mass spectra in proton-proton collisions at root s=13 TeV and combination with 8 TeV data

Peer reviewe

Measurement of the t-channel single-top-quark production cross section and of the |V tb| CKM matrix element in pp collisions at √s = 8 TeV

Peer reviewe

Schadevergoeding bij overlijden: een stoel die een soort tafeltje is

In het aansprakelijkheidsrecht heeft een benadeelde in beginsel recht op volledige vergoeding van zijn schade. De gevolgen van de schadetoebrengende gebeurtenis dienen zoveel als mogelijk te worden weggenomen of te worden gecompenseerd. Daarbij wordt gekeken naar de situatie waarin de benadeelde zou hebben verkeerd indien de schadetoebrengende gebeurtenis niet zou hebben plaatsgevonden. Dat is bij overlijden per definitie problematisch. Er is iemand weggevallen, wat vele gevolgen heeft. De schade als gevolg van het overlijden komt maar beperkt voor vergoeding in aanmerking. In artikel 6:108 BW is een drietal beperkingen te vinden. Het gaat hier om beperkingen ten aanzien van de aard van de schade, de kring van gerechtigden en de omvang van de schade. Daarbij hinkt het recht op schadevergoeding bij overlijden op twee gedachten. Aan de ene kant is er het aansprakelijkheidsrecht, maar de geleden schade komt niet volledig voor vergoeding in aanmerking. Aan de andere kant is er het recht op alimentatie uit het familierecht, maar dat wordt bij overlijden niet consequent toegepast. De motieven voor de beperkingen van het recht op schadevergoeding zijn achterhaald en niet (langer) overtuigend. Het recht is niet bij de tijd, het sluit niet aan bij de maatschappelijke ontwikkelingen. De beperkingen die het recht op schadevergoeding bij overlijden in de huidige samenleving met zich meebrengt zorgen voor complexe methoden om de nabestaanden tegemoet te komen en oogsten daardoor veel kritiek. In deze bijdrage wordt die kritiek besproken. De bijdrage wordt afgesloten met enkele denkrichtingen voor nader onderzoek

Search for massive resonances in dijet systems containing jets tagged as W or Z boson decays in pp collisions at √s=8 TeV

Peer reviewe

Search for R-parity violating supersymmetry with displaced vertices in proton-proton collisions at root s=8 TeV

Peer reviewe