38 research outputs found

    Adviesregel pootaardappelen 24 : een toets in de praktijk van de werking van stikstof bijbemesten op basis van gewasreflectie metingen in pootaardappelen

    Get PDF
    In Noord Nederland is de teelt van pootaardappelen een zeer belangrijk onderdeel binnen de bedrijfsvoering van verreweg de meeste akkerbouwbedrijven. Het spreekt dan ook voor zich dat er vanuit de telers belangstelling is voor nieuwe ontwikkelingen die het rendement van de pootgoedteelt verder kunnen verbeteren. Binnen het Programma PrecisieLandbouw (PPL) is er vanuit een aantal telersgroepen, te weten “de Wadden”, “Spinoff” en “het Hogeland” samen met mechanisatiebedijf Mijno van Dijk het verzoek aan PPO gedaan om een praktijkexperiment uit te voeren op een perceel aardappelen van pootgoedteler (en lid van Spinoff) Anselm Claassen

    Detectie/sensing (bodem-gebonden) ziekten en plagen

    Get PDF
    Precisielandbouw-toepassingen zijn momenteel vooral gericht op rechtrijden, variabele bemesting, onkruidbestrijding, loofdodingen en pootafstand. Het zijn bewezen technieken die in de nabije toekomst gemeengoed gaan worden. De vraag is: Hoe zit het met de ziekten en plagen? Er is duidelijk fundamenteel onderzoek nodig naar een 'proof of principle' van de toepasbaarheid van de nieuwe generatie sensoren voor de beheersing van ziekten en plagen en om ‘de praktijk’ te interessere

    Resultaten Perceel Centraal 2007: verslag van de proeven op proefbedrijf 't Kompas te Valthermond

    Get PDF
    Binnen het project “Perceel Centraal” vormt een biomassakaart met behulp van LORIS ® de basis van de zoektocht naar een optimaal teeltrendement. Een perceel wordt vroeg in het teeltseizoen gescand waarna een biomassakaart ontstaat. Ieder gebrek of overschot waaraan een plant wordt blootgesteld uit zij in dit stadium van haar ontwikkeling in de groei en kleur van het blad. Met een biomassakaart worden de verschillen binnen een perceel meetbaar, stuurbaar en waardeerbaar. De oorzaken van deze verschillen kunnen uiteenlopen van een te hoge of juist een te lage pH, structuurproblemen, aaltjeshaarden, nutriëntentekort, etc

    Resultaten Perceel Centraal 2006 : verslag van de proeven op proefbedrijf 't Kompas te Valthermond

    Get PDF
    Binnen het project “Perceel Centraal” vormt een biomassakaart met behulp van LORIS ® de basis van de zoektocht naar een optimaal teeltrendement. Een perceel wordt vroeg in het teeltseizoen gescand waarna een biomassakaart ontstaat. Ieder gebrek of overschot waaraan een plant wordt blootgesteld uit zij in dit stadium van haar ontwikkeling in de groei en kleur van het blad. Met een biomassakaart worden de verschillen binnen een perceel meetbaar, stuurbaar en waardeerbaar. De oorzaken van deze verschillen kunnen uiteenlopen door bijvoorbeeld een te hoge of juist een te lage pH, structuurproblemen, aaltjeshaarden of nutriëntentekort. Perceel Centraal is gestart in 2006 en in dat eerste jaar is geïnventariseerd wat de variatie binnen percelen nu werkelijk is. Er is in beeld gebracht wat de variatie is in biomassa, opbrengst en kwaliteit. Die data is geanalyseerd op mogelijke verbanden. De resultaten van dat onderzoek zijn in dit verslag opgenome

    Geleide N-bemesting voor aardappelen op basis van gewasreflectie-metingen : integratie van sensormetingen in een N-bijmestsysteem

    Get PDF
    Voor aardappelen zijn er nog geen regels die een sensormeting om kunnen zetten naar een N-advies. Het doel van het in dit rapport beschreven onderzoek is (1) het ontwikkelen van een ijklijn om de N-inhoud van het gewas aan de hand van reflectiemetingen te kunnen bepalen, en (2) het ontwikkelen van adviesregels om de bijmestgift vast te stellen aan de hand van de gemeten N-inhoud van het gewas. Onder leiding van Remmie Booij werd in de periode 1996-2003 een op gewasreflectiemetingen gebaseerd N-bijmestsysteem voor aardappelen ontwikkeld. Dit systeem is nooit gedocumenteerd en is daarom opnieuw uit de originele onderzoeksgegevens afgeleid. De resultaten zijn (1) de N-inhoud van een aardappelgewas kan voldoende nauwkeurig bepaald worden met een meting van de gewasreflectie, (2) wachten met bijmesten tot de bodembedekking minimaal 90% bedraagt, resulteert niet in een lagere opbrengst terwijl wel N wordt bespaard, en (3) de grootte van de bijmestgift kan worden bepaald door een streefwaarde voor de N-inhoud te verminderen met de gemeten N-inhoud. In dit rapport wordt een praktische handleiding gegeven aan de hand waarvan de teler systeem-Booij kan uitvoeren

    Toepassing GPS en GIS in de akkerbouw : nut en rendement van toepassingen op het gebied van geolandbouw

    Get PDF
    Het beschikbaar komen van systemen voor satelliet plaatsbepaling en navigatie, Global Navigation Satellite System (GNSS) kan grote invloed hebben op de bedrijfsvoering en rendement van het akkerbouwbedrijf. Voor landbouwkundige toepassingen worden in snel tempo aan GNSS gerelateerde toepassingen en diensten ontwikkeld en aangeboden. Landbouw is in Nederland een grote en intensieve gebruiker van de open ruimte en kan daarmee profiteren van de mogelijkheden die GNSS biedt. Vaak is niet duidelijke welke waarde en betekenis deze toepassingen hebben voor de bedrijfsvoering. Een actueel overzicht van beschikbare toepassingen en diensten met een indicatie van de gevolgen voor het rendement wordt in dit rapport gegeve

    Genome-Wide Association Study of Apparent Treatment-Resistant Hypertension in the CHARGE Consortium: The CHARGE Pharmacogenetics Working Group

    Get PDF
    BACKGROUND: Only a handful of genetic discovery efforts in apparent treatment-resistant hypertension (aTRH) have been described. METHODS: We conducted a case-control genome-wide association study of aTRH among persons treated for hypertension, using data from 10 cohorts of European ancestry (EA) and 5 cohorts of African ancestry (AA). Cases were treated with 3 different antihypertensive medication classes and had blood pressure (BP) above goal (systolic BP ≥ 140 mm Hg and/or diastolic BP ≥ 90 mm Hg) or 4 or more medication classes regardless of BP control (nEA = 931, nAA = 228). Both a normotensive control group and a treatment-responsive control group were considered in separate analyses. Normotensive controls were untreated (nEA = 14,210, nAA = 2,480) and had systolic BP/diastolic BP < 140/90 mm Hg. Treatment-responsive controls (nEA = 5,266, nAA = 1,817) had BP at goal (<140/90 mm Hg), while treated with one antihypertensive medication class. Individual cohorts used logistic regression with adjustment for age, sex, study site, and principal components for ancestry to examine the association of single-nucleotide polymorphisms with case-control status. Inverse variance-weighted fixed-effects meta-analyses were carried out using METAL. RESULTS: The known hypertension locus, CASZ1, was a top finding among EAs (P = 1.1 × 10-8) and in the race-combined analysis (P = 1.5 × 10-9) using the normotensive control group (rs12046278, odds ratio = 0.71 (95% confidence interval: 0.6-0.8)). Single-nucleotide polymorphisms in this locus were robustly replicated in the Million Veterans Program (MVP) study in consideration of a treatment-responsive control group. There were no statistically significant findings for the discovery analyses including treatment-responsive controls. CONCLUSION: This genomic discovery effort for aTRH identified CASZ1 as an aTRH risk locus

    The Influence of Age and Sex on Genetic Associations with Adult Body Size and Shape : A Large-Scale Genome-Wide Interaction Study

    Get PDF
    Genome-wide association studies (GWAS) have identified more than 100 genetic variants contributing to BMI, a measure of body size, or waist-to-hip ratio (adjusted for BMI, WHRadjBMI), a measure of body shape. Body size and shape change as people grow older and these changes differ substantially between men and women. To systematically screen for age-and/or sex-specific effects of genetic variants on BMI and WHRadjBMI, we performed meta-analyses of 114 studies (up to 320,485 individuals of European descent) with genome-wide chip and/or Metabochip data by the Genetic Investigation of Anthropometric Traits (GIANT) Consortium. Each study tested the association of up to similar to 2.8M SNPs with BMI and WHRadjBMI in four strata (men 50y, women 50y) and summary statistics were combined in stratum-specific meta-analyses. We then screened for variants that showed age-specific effects (G x AGE), sex-specific effects (G x SEX) or age-specific effects that differed between men and women (G x AGE x SEX). For BMI, we identified 15 loci (11 previously established for main effects, four novel) that showed significant (FDR= 50y). No sex-dependent effects were identified for BMI. For WHRadjBMI, we identified 44 loci (27 previously established for main effects, 17 novel) with sex-specific effects, of which 28 showed larger effects in women than in men, five showed larger effects in men than in women, and 11 showed opposite effects between sexes. No age-dependent effects were identified for WHRadjBMI. This is the first genome-wide interaction meta-analysis to report convincing evidence of age-dependent genetic effects on BMI. In addition, we confirm the sex-specificity of genetic effects on WHRadjBMI. These results may providefurther insights into the biology that underlies weight change with age or the sexually dimorphism of body shape.Peer reviewe

    Loofdoding met sensor levert geld op

    No full text
    corecore