13 research outputs found
Polyprenols Are Synthesized by a Plastidial cis-Prenyltransferase and Influence Photosynthetic Performance
Plants accumulate a family of hydrophobic polymers known as polyprenols, yet how they are synthesized, where they reside
in the cell, and what role they serve is largely unknown. Using Arabidopsis thaliana as a model, we present evidence for the involvement of a plastidial cis-prenyltransferase (AtCPT7) in polyprenol synthesis. Gene inactivation and RNAi-mediated knockdown of AtCPT7 eliminated leaf polyprenols, while its overexpression increased their content. Complementation tests in the polyprenol-deficient yeast Δrer2 mutant and enzyme assays with recombinant AtCPT7 confirmed that the enzyme synthesizes polyprenols of ~55 carbons in length using geranylgeranyl diphosphate (GGPP) and isopentenyl diphosphate as substrates. Immunodetection and in vivo localization of AtCPT7 fluorescent protein fusions showed that AtCPT7 resides in the stroma of mesophyll chloroplasts. The enzymatic products of AtCPT7 accumulate in thylakoid membranes, and in their absence, thylakoids adopt an increasingly “fluid membrane” state. Chlorophyll fluorescence measurements from the leaves
of polyprenol-deficient plants revealed impaired photosystem II operating efficiency, and their thylakoids exhibited
a decreased rate of electron transport. These results establish that (1) plastidial AtCPT7 extends the length of GGPP to;55 carbons, which then accumulate in thylakoid membranes; and (2) these polyprenols influence photosynthetic performance through their modulation of thylakoid membrane dynamics
Medium-Chain Polyprenols Influence Chloroplast Membrane Dynamics In Solanum Lycopersicum
The widespread occurrence of polyprenols throughout the plant kingdom is well documented, yet their functional role is poorly understood. These lipophilic compounds are known to be assembled from isoprenoid precursors by a class of enzymes designated as cisprenyltransferases (CPTs), which are encoded by small CPT gene families in plants. In this study, we report that RNAi-mediated knockdown of one member of the tomato CPT family (SlCPT5) reduced polyprenols in leaves by ~70%. Assays with recombinant SlCPT5 produced in E. coli determined that the enzyme synthesizes polyprenols of approximately 50-55 carbons (Pren-10, Pren-11) in length and accommodates a variety of trans-prenyldiphosphate precursors as substrates. Introduction of SlCPT5 into the polyprenol-deficient yeast Δrer2 mutant resulted in the accumulation of Pren-11 in yeast cells, restored proper protein Nglycosylation, and rescued the temperature sensitive growth phenotype that is associated with its polyprenol deficiency. Subcellular fractionation studies together with in vivo localization of SlCPT5 fluorescent protein fusions demonstrated that SlCPT5 resides in the chloroplast stroma and that its enzymatic products accumulate into both thylakoid and envelope membranes. Transmission electron microscopy images of polyprenol-deficient leaves revealed alterations in chloroplast ultrastructure and anisotropy measurements revealed a more disordered state of their envelope membranes. In polyprenol-deficient leaves, CO2 assimilation was hindered and their thylakoid membranes exhibited lower phase transition temperatures and calorimetric enthalpies, which coincided with a decreased photosynthetic electron transport rate. Taken together, these results uncover a role for polyprenols in governing chloroplast membrane dynamics
Civiel schadeverhaal via het strafproces : Een verkenning van de rechtspraktijk en regelgeving betreffende de voeging benadeelde partij
Deze studie brengt de huidige praktijk van het civiele schadeverhaal via het strafproces in kaart. Geconstateerd wordt dat er regionale verschillen bestaan in de wijze van voorbereiding. Ook is sprake van uiteenlopende opvattingen over de plaats en betekenis van civiel schadeverhaal onder leden van het Openbaar Ministerie en strafrechters, met daaraan verbonden verschil in afhandeling. Vanuit Slachtofferhulp Nederland en de advocatuur wordt aangegeven dat onvoldoende inzicht kan worden verkregen in de door leden van het Openbaar Ministerie en rechters gemaakte afwegingen, hetgeen tot onbegrip leidt bij slachtoffers. Niettemin is het aantal vorderingen dat (gedeeltelijk) ontvankelijk wordt verklaard en toegewezen de afgelopen jaren toegenomen. Aard en omvang van de schade hoeven geen onoverkomelijke problemen op te leveren, mits de vordering zorgvuldig is onderbouwd. Het civiele schadeverhaal lijkt zich dan ook een vaste plek te hebben verworven binnen de strafprocedure. Tegelijkertijd wordt geconstateerd dat het civiele schadeverhaal (blijvende) spanning oproept voor het behoud van het gewaarborgde strafproces. Het onderzoek bevat aanbevelingen om gesignaleerde problemen op te lossen. Sommige zijn vanuit de praktijk aangedragen, andere volgen uit een rechtstheoretische verkenning van vier rechtsfiguren (de schadestaatprocedure, de voorzittersbeschikking, de ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel en tarifering). Bezien is of, en in hoeverre toepassing van deze rechtsfiguren zou kunnen bijdragen aan het bevorderen van het civiele schadeverhaal via het strafproces. Daarmee biedt dit onderzoek niet alleen inzicht in de huidige voegingspraktijk, maar geeft het ook handvatten voor toekomstige verbetering daarvan
Civiel schadeverhaal via het strafproces : Een verkenning van de rechtspraktijk en regelgeving betreffende de voeging benadeelde partij
Deze studie brengt de huidige praktijk van het civiele schadeverhaal via het strafproces in kaart. Geconstateerd wordt dat er regionale verschillen bestaan in de wijze van voorbereiding. Ook is sprake van uiteenlopende opvattingen over de plaats en betekenis van civiel schadeverhaal onder leden van het Openbaar Ministerie en strafrechters, met daaraan verbonden verschil in afhandeling. Vanuit Slachtofferhulp Nederland en de advocatuur wordt aangegeven dat onvoldoende inzicht kan worden verkregen in de door leden van het Openbaar Ministerie en rechters gemaakte afwegingen, hetgeen tot onbegrip leidt bij slachtoffers. Niettemin is het aantal vorderingen dat (gedeeltelijk) ontvankelijk wordt verklaard en toegewezen de afgelopen jaren toegenomen. Aard en omvang van de schade hoeven geen onoverkomelijke problemen op te leveren, mits de vordering zorgvuldig is onderbouwd. Het civiele schadeverhaal lijkt zich dan ook een vaste plek te hebben verworven binnen de strafprocedure. Tegelijkertijd wordt geconstateerd dat het civiele schadeverhaal (blijvende) spanning oproept voor het behoud van het gewaarborgde strafproces. Het onderzoek bevat aanbevelingen om gesignaleerde problemen op te lossen. Sommige zijn vanuit de praktijk aangedragen, andere volgen uit een rechtstheoretische verkenning van vier rechtsfiguren (de schadestaatprocedure, de voorzittersbeschikking, de ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel en tarifering). Bezien is of, en in hoeverre toepassing van deze rechtsfiguren zou kunnen bijdragen aan het bevorderen van het civiele schadeverhaal via het strafproces. Daarmee biedt dit onderzoek niet alleen inzicht in de huidige voegingspraktijk, maar geeft het ook handvatten voor toekomstige verbetering daarvan
Using continuous directed evolution to improve enzymes for plant applications
Continuous directed evolution of enzymes and other proteins in microbial hosts is capable of outperforming classical directed evolution by executing hypermutation and selection concurrently in vivo, at scale, with minimal manual input. Provided that a target enzyme's activity can be coupled to growth of the host cells, the activity can be improved simply by selecting for growth. Like all directed evolution, the continuous version requires no prior mechanistic knowledge of the target. Continuous directed evolution is thus a powerful way to modify plant or non-plant enzymes for use in plant metabolic research and engineering. Here, we first describe the basic features of the yeast (Saccharomyces cerevisiae) OrthoRep system for continuous directed evolution and compare it briefly with other systems. We then give a step-by-step account of three ways in which OrthoRep can be deployed to evolve primary metabolic enzymes, using a THI4 thiazole synthase as an example and illustrating the mutational outcomes obtained. We close by outlining applications of OrthoRep that serve growing demands (i) to change the characteristics of plant enzymes destined for return to plants, and (ii) to adapt ("plantize") enzymes from prokaryotes-especially exotic prokaryotes-to function well in mild, plant-like conditions
Correction to “Directed Evolution of Aerotolerance in Sulfide-Dependent Thiazole Synthases”
Correction to
“Directed Evolution of Aerotolerance
in Sulfide-Dependent Thiazole Synthases
Diversity and contact : immigration and social integration in German cities
EHRA Scientific Committee Task Force: Bulent Gorenek, Antonio Pelliccia, Emelia J. Benjamin, Giuseppe Boriani, Harry J. Crijns, Richard I. Fogel, Isabelle C. Van Gelder, Martin Halle, Gulmira Kudaiberdieva, Deirdre A. Lane, Torben Bjerregaard Larsen, Gregory Y. H. Lip, Maja-Lisa Løchen, Francisco Marín, Josef Niebauer, Prashanthan Sanders, Lale Tokgozoglu, Marc A. Vos, and David R. VanWagone
Theology, Politics and Society: the Missing Link. Studying Religion in the Mamluk Period
The chapter focuses on a few problematic
topics which have so far received little attention in contemporary
scholarship on religion in the Mamluk period. In particular it tries to shed light on what the author describes as a missing link between theological production and its social and political
significance, between theologians and society at large, between ideas about God and their relevance to people\u2019s lives.
The article argues that exploring the link between society and theology may be a rewarding research enterprise. An attention to this link is generally missing in scholarship both on the intellectual and the socio-religious history of the Mamluk period. The paper identifies the reasons for this state of affairs and provides a sample of materials that proves that we do not lack the resources for pursuing research in this direction. The paper advocates an interdisciplinary approach where the efforts of experts in Islamic theology and historians interested in religion and society ought to merge