1,583 research outputs found

    Marketing a transparent Artificial Intelligence (AI):A preliminary study on message design

    Get PDF
    Artificial intelligence (AI) is emerging as a major disruptive technology for individuals, businesses and processes in various domains. Experts emphasize that AI should be developed and applied transparently and under human control as a basic requirement for wide public acceptance and adoption. While the wider public is not familiar with the details and possibilities of AI, opaque developments and recent events with political and social consequences increase the public anxiety and risk perceptions about this technology. Acceptance of the AI by the wider public as a disruptive, yet useful technology requires a proactive attitude and open communication between developers, users and public. This article reviews the literature on marketing theories and approaches relevant for designing communication strategies towards the wider public. Using the AIDA approach as red line, the study presents a number of guidelines on designing persuasive communicative messages responsive to the public lack of knowledge and distrust. It provides a starting point for AI evangelists and businesses engaging such technology in better informing and communicating with the wider public and increasing the transparency and acceptance of AI as a promising future technology

    Art. 6:76 BW: Aansprakelijkheid voor tussenpersonen in de precontractuele fase

    Get PDF
    Dit artikel geeft een kritische beschouwing van recente jurisprudentie over de toepassing van art. 6:76 BW op tussenpersonen in de precontractuele fase

    Uber's status:Who is paying at the end of the ride?

    Get PDF
    Taxi-app Uber biedt consumenten een snelle en makkelijke manier om taxi’s te bestellen. Er kleven voor de consument echter ook juridische risico’s aan het gebruik van deze app. Dit artikel bespreekt de vraag wie de consument kan aanspreken als de taxidienst niet naar behoren wordt uitgevoerd: Uber of de taxichauffeur? Naar eigen zeggen is Uber alleen een tussenpersoon of technologisch platform. Wat opvalt, is dat Uber zich wel intensief bemoeit met de inhoud van de vervoersovereenkomst. In dit artikel wordt daarom betoogd dat Uber mogelijk in het contractenrechttoch kwalificeert als aanbieder van de taxidienst en niet slechts als technologisch platform of bemiddelaar

    Хронотоп та жанрова специфіка дилогії «Шлях невідомого» і «Дім над кручею» Ігоря Качуровського

    Get PDF
    The article deals with the chronotop of dilogy «The road of the unknown» and «The house on the steep bank» by I. Kachurovsky as a factor of the artistic unity of the work and genre specificity. The core of «The road of the unknown» is a chronotop of the road on which various meetings are waiting for the hero during his travel to the native land. Linear adventurous time predominates. But in «The house on the steep bank» this type of time interlaces with the cyclic idyllic time. The volume of chronotop, its ability to incorporate the smaller chronotops, establish complicated relations between them and some other characteristics make it possible to determine the genre of the dilogy as a novel in short stories, and genre variety – as an adventurous-intellectual one

    Subcutaneous emphysema: a rare manifestation of a perforated diverticulitis in a patent inguinal canal

    Get PDF
    Patients with complicated diverticulitis rarely present with extraperitoneal manifestations but the manifestation of subcutaneous emphysema appears even more seldom. We present the case of a patient with a history of diabetes and immunosuppression, who was admitted with sepsis in association with cellulitis and subcutaneous emphysema of the left groin. The absence of peritonism due to corticosteroid treatment, a history of a recent fall with an ilio- and ischio-pubic fracture and subcutaneous emphysema led to a delay in the diagnosis. The final diagnosis was a perforated diverticulitis in a patent inguinal canal, which was only revealed after surgery. The various complications of diverticulitis, including extraperitoneal manifestations, and associated microorganisms implicated in cellulitis and subcutaneous emphysema are briefly reviewe

    Van normatieve professionalisering naar een integraal kader

    Get PDF
    Mijn scriptie ‘Van Normatieve Professionalisering naar een Integraal Kader’ is geschreven voor de Universiteit voor Humanistiek voor de afstudeerrichting ‘Kritische Organisatie en Interventie Studies (KOIS). Ik laat in ‘mijn genese tot mijn probleemstelling’ zien dat ik naast de UvH verschillende opleidingen gedaan heb die wat mij betreft het makkelijkst samen zijn te vatten onder de noemer: ‘persoonlijke ontwikkeling’. Ik laat hier zien dat ik al deze facetten van persoonlijke ontwikkeling kan plaatsen binnen het integrale kader van Ken Wilber én dat dit rust geeft. Tegelijkertijd problematiseer ik zijn kader wanneer we naar de context van professionals en organisaties kijken. Het kader van normatieve professionalisering is daar beter voor. Normatieve professionalisering is de plaats waar aspecten van persoonlijke ontwikkeling maar ook wetenschappelijke en praktische interdisciplinaire kennis samen komen. Ik probeer in deze scriptie ook zelf niet buiten schot te blijven en in die zin in te gaan op mijn eigen persoonlijke en wetenschappelijke kennis en anderzijds mijn praktische handelen. Normatieve professionalisering is een kader dat laat zien dat alhoewel de situaties binnen organisatorische contexten zeer complex zijn, dat zij in feite nog niet complex genoeg zijn. Er is meer complexiteit nodig. Deze complexiteit heeft met name te maken met ‘morele’ en ‘existentiële’ vraagstukken. Zelf bepleit ik dat ook existentiële vraagstukken niet genoeg zijn. Want deze vragen zijn slechts één aspect van de vragen die komen kijken bij het totale spectrum van persoonlijke ontwikkeling. Alleen, zoals ik laat zien, is het nú al complex voor zowel de student aan de UvH als de (normatieve) professional. Wanneer daar meer complexiteit aan toegevoegd wordt dreigt het gevaar van wat ik ‘gefragmenteerde hyperreflectie’ noem. Simpel gezegd betekent ‘gefragmenteerde hyperreflectie’, dat te veel reflecties elkaar in te hoog tempo opvolgen en waarin geen samenhang in te ontdekken valt. Met deze scriptie probeer ik een verbreding en een verdieping aan te brengen in het kader van normatieve professionalisering. Deze verbreding en verdieping probeer ik te doen aan de hand van drie theorieën. De eerste is het integrale kader over persoonlijke ontwikkeling van Ken Wilber. De tweede is Theory U van Otto Scharmer. Deze theorie is in feite een uitgebreide integrale communicatie en co-creatie theorie voor de context van organisaties. Spiritualiteit en hoogsensitiviteit hebben beiden een belangrijke plaats in deze Theory U. De twee perspectieven van Wilber en Scharmer zijn echter niet voldoende voor de context van organisaties. Dr. Martin Hetebrij, waarbij ik een van mijn twee stages heb gedaan, heeft mij in laten zien dat een perspectief op macht en besluitvormingprocessen van belangrijk zijn voor het krijgen van goed functionerende organisaties. Ik kom in deze scriptie, met behulp van deze drie theorieën tot een conclusie hoe ‘gefragmenteerde hyperreflectie’ tegen gegaan kan worden. Ik wijs enerzijds naar de voordelen van het hebben van een (integraal) cognitief organisatiekader en anderzijds het toepassen van postrationele bewustzijnstaten, zoals mindfullness en het groeien naar een postrationeel ontwikkelingsniveau. Deze ontwikkelingsniveaus vallen uiteen in pedagogische, psychologische en existentiele niveaus. Bewustzijnstaten komen en gaan. Je kunt maar één bewustzijnsstaat op hetzelfde moment hebben. Je kunt bijvoorbeeld niet nuchter en dronken op hetzelfde moment zijn. Een ontwikkelingsniveau gaat niet weg. Wanneer we bijvoorbeeld onze moeders taal geleerd hebben zal deze onder normale situaties altijd tot onze beschikking staan. Ook kom ik in deze scriptie tot de conclusie dat er een onderscheid bestaat tussen een integraal kader en een integraal handelen in de praktijk. ‘Normatieve professionalisering’ verwijst naar de noodzaak van het integreren van bestaanskennis in organisatorische contexten. Ik beargumenteer dat een integraal kader de praktische integratie van bestaanskennis kan voeden en ondersteune

    Qualitative Synthese im Kontext einer Meta-Ethnographie - Patientenzentrierte Sichtweise von App-basierten Interventionen bei Depression und Angst

    Get PDF
    Depression und Angst – zwei eng miteinander assoziierte Krankheitsbilder, die eine steigende Prävalenz in der Bevölkerung aufweisen. Die zunehmende Erkrankungshäufigkeit wirft Versorgungsengpässe auf, die eine Erweiterung bisheriger Therapieansätze erfordern, denn die Nicht-Behandlung der Betroffenen steigert das Risiko der Chronifizierung oder des rezidivierenden Krankheitsverlaufs. Eine innovative Therapiemöglichkeit, die eine langfristige und kontinuierliche Begleitung der Patienten ermöglicht, stellen Mental Health Apps dar. Im Rahmen dieser Synthesearbeit wird das Meinungsbild von App-Nutzern erfasst, um darauf aufbauend Empfehlungen für eine bedürfnisadaptierte App-Entwicklung und einen patientenorientierten App-Einsatz zu erarbeiten. Dies geschieht mittels Meta-Ethnographie, die um verschiedene andere Modelle, teilweise in modifizierter Form, erweitert wurde. Integriert werden unter anderem das ENTREQ – Statement, eine Zusammenführung des SPICE – und SPIDER – Modells, das eMERGe.Project, das CASP – Schema, das PRISMA – Statement und Anteile der Thematischen Synthese. Die Literaturrecherche umfasst die Datenbanken PubMed (MEDLINE), PsycINFO, Web of Science (SSCI), CINAHL, SCOPUS, CENTRAL, Google Scholar, sowie die Durchsicht von Journals, Aufzählungen und Verlinkungen. Anhand der Ein- und Ausschlusskriterien können sechs geeignete Primärstudien ermittelt werden. Die weiterführende Verarbeitung, der in den Primärstudien erwähnten Konzepte, grenzt sieben wiederkehrende Kernthemen ab: Eigenengagement des Patienten, Therapeutisches Konzept der App, Therapeutische Allianz mit dem Behandler, Präsentation der App, Charakteris-tika App-basierter Behandlung, Aspekte, die eine Therapie behindern, sowie Wünsche und Anliegen der Patienten. Aufbauend auf diesen Themen findet eine Weiterentwicklung der Synthese statt, die in einer Grafik zusammengefasst wird und Kausalitätsketten aufzeigt. Das entscheidende Therapieelement ist das Eigenengagement des Patienten, das durch intra- und interpersonelle Faktoren modifiziert wird. Die Persönlichkeit des Einzelnen ist daher differenziert zu erfassen, um die App-Auswahl und das Therapie-konzept individuell abzustimmen. Insgesamt wird eine therapeutische App mehrheitlich befürwortet, sofern diese als Ergänzung zur herkömmlichen Therapie der Depression und Angst verwendet wird. Der geforderten Individualität und Autonomie des Patienten stehen eine zeitgleich gewünschte klare Behandlungsleitlinie und Führung durch den Behandler gegenüber. Diese und weitere Disparitäten zielführend zu lösen, ist eine Herausforderung im Zuge der App-Implementierung. Das Beziehungskonstrukt des therapeutischen Settings zwischen Patient, Behandler, App und App-Entwickler wird abschließend in Form einer die Kernthemen übergreifenden Diskussion und Grafik herausgearbeitet

    Positive fitness effects help explain the broad range of Wolbachia prevalences in natural populations

    Get PDF
    The bacterial endosymbiont Wolbachia is best known for its ability to modify its host’s reproduction by inducing cytoplasmic incompatibility (CI) to facilitate its own spread. Classical models predict either near-fixation of costly Wolbachia once the symbiont has overcome a threshold frequency (invasion barrier), or Wolbachia extinction if the barrier is not overcome. However, natural populations do not all follow this pattern: Wolbachia can also be found at low frequencies (below one half) that appear stable over time. Wolbachia is known to have pleiotropic fitness effects (beyond CI) on its hosts. Existing models typically focus on the possibility that these are negative. Here we consider the possibility that the symbiont provides direct benefits to infected females (e.g. resistance to pathogens) in addition to CI. We discuss an underappreciated feature of Wolbachia dynamics: that CI with additional fitness benefits can produce low-frequency (< 1/2) stable equilibria. Additionally, without a direct positive fitness effect, any stable equilibrium close to one half will be sensitive to perturbations, which make such equilibria unlikely to sustain in nature. The results hold for both diplodiploid and different haplodiploid versions of CI. We suggest that insect populations showing low-frequency Wolbachia infection might host CI-inducing symbiotic strains providing additional (hidden or known) benefits to their hosts, especially when classical explanations (ongoing invasion, source-sink dynamics) have been ruled out.Peer reviewe
    corecore