569 research outputs found

    Video imaging in turbid water

    Get PDF
    In order to describe seabed habitats and to identify and quantify spatial patterns information is needed at different scales. Whereas ground-truthing techniques are used to gain point information, remote sensing techniques are used to obtain information on a larger scale. To link seabed samples taken with grabs and cores to a wider patterns remote sensing techniques as side scan sonar, multibeam and video imaging are often used. For the latter, however, the Dutch waters are often too turbid to obtain good images. In order to improve information obtained by photography and video a “water lens” system was developed and tested

    High-power, highly-efficient thulium-doped potassium double tungstate channel waveguide lasers

    Get PDF
    The subject of this thesis is the development of 2-μm rare-earth lasers in thuliumdoped yttrium-gadolinium-lutetium-co-doped potassium double tungstate film layers. These thulium-doped layers were grown onto undoped potassium yttrium double tungstates by liquid-phase epitaxy and were lapped and polished afterwards, prior to a photo-lithographic process to define channel waveguides. Channels were subsequently obtained by argon-beam milling of the samples, resulting in ridge-type channel waveguides. During another liquid-phase epitaxy growth these channels were overgrown with a double tungstate cladding to obtain buried channel waveguides. The concentration of the co-dopants and the dimensions of the buried channel waveguide are chosen such that the overlap between pump and laser optical modes is maximised, whilst preventing lattice stress and cracking of the layers and ensuring single-transverse-mode operation at both the pump and laser frequency. The fabricated channels on multiple samples have a width of 7.5 − 25 μm and a height of 6.6 − 14.3 μm, and have thulium dopant concentrations of 1.5 − 20at.%. Laser experiments on the channel waveguides were performed by using a Ti:-sapphire laser near 800 nm as the pumping source. The channel waveguides were tested with different out-coupling transmission of up to 89%, provided by various combinations of butt-coupled dielectric mirrors, or an out-coupling transmission of up to 99% in case no mirrors were used. For a 1.5% thulium-doped channel waveguide, a threshold of 7 mW, a slope efficiency of 31.5%, and an output power of 149 mW were measured and a value for the propagation loss of 0.1 ± 0.03 dB/cm at the lasing wavelength of 2 μm were derived from relaxation-oscillation measurements. Laser experiments on channel waveguides with a higher thulium dopant concentration of 5at.% yielded a maximum slope efficiency of 53%. The optimum thulium dopant concentration was 8at.% which yielded a maximum slope efficiency of 81 ± 3%, which is close to the theoretical maximum for this laser of 83%. An output power of 1.6 W was obtained from this laser for 2.3 W of absorbed pump power. The high efficiency is a result of cross-relaxation which increases the maximum quantum efficiency for this laser to ⌘q = 1.94. For higher thulium concentrations of 12at.% and 20at.%, the maximum obtained slope efficiency was 60%. Depending on the out-coupling transmission selectable by the dielectric mirrors, the laser output wavelength was found to shift between 1840 nm and 2037 nm, as a result of the varied threshold inversion. By using a blazed diffraction grating in Littrow configuration, tuning of the laser output wavelength between 1810 – 1950 nm has been achieved

    Consultancy Varenrouwmug

    Get PDF
    Larven van de varenrouwmug (Sciara spp.) kunnen grote schade toebrengen tijdens het vermeerderen van boomkwekerijgewassen. Op sommige bedrijven lukt biologische bestrijding goed, maar op andere bedrijven lukt het slecht. In een inventarisatie onder 5 bedrijven is gezocht naar verklaringen hiervoor. Hieruit is gebleken dat consequent hygiënisch werken én gezond en sterk uitgangsmateriaal gebruiken belangrijke voorwaarden zijn voor het slagen van de biologische bestrijding. In die gevallen kan met relatief lage preventieve doseringen van biologische bestrijders (m.n. Hypoaspis) toch goede resultaten behaald worden. Een bedrijf met veel varenrouwmug in het verleden krijgt het probleem nu onder controle door meer aandacht te besteden aan het schoonmaken en door meerdere biologische bestrijders (Hypoaspis, Bio1020, evt. Steinernema) in te zetten in relatief hogere doseringen. Er is nog weinig ervaring met nieuwe biologische bestrijders

    Beschrijving macrofaunagemeenschap Verdiepte Loswal 2008

    Get PDF
    Het Havenbedrijf Rotterdam N.V. en Rijkswaterstaat Zuid-Holland hebben een ontheffing voor het verspreiden van schone en licht verontreinigde baggerspecie uit de Rotterdamse havens en vaargeulen op de Noordzee. Het onderzoek is uitgevoerd om de huidige ecologische situatie in Put 6 van de Verdiepte Loswal te beschrijven en hiermee kennis te ontwikkelen over het verloop van de kolonisatie en herstel van de put na afloop van het storten van slib. Voor de beschrijving van de samenstelling van het macrobenthos is in oktober 2008 op twee locaties binnen Put 6 de samenstelling en biomassa van het bodemleven bemonsterd. Als referentie zijn drie locaties ten zuidoosten van Put 6 bemonsterd. De bodemfaunagemeenschap is beschreven aan de hand van het aantal soorten, de dichtheid en de biomassa. De Shannon-Wiener index H' en Pielou’s index of Evenness J' zijn berekend als parameters voor de diversiteit van de bodemfauna. De structuur van de benthische gemeenschap in en rondom de Verdiepte Loswal is verder beschreven door middel van clusteranalyse en non-metric multidimensional scaling (MDS). Bij de interpretatie van de resultaten is tevens gebruik gemaakt van gegevens die verkregen zijn uit het onderzoek uitgevoerd door Deltares naar de ontwikkeling van het sediment in en rondom de putten van de Verdiepte Loswal

    Nd-doped aluminum oxide integrated amplifiers at 880 nm, 1060 nm, and 1330 nm

    Get PDF
    Neodymium-doped Al2O3 layers were deposited on thermally oxidized Si substrates and channel waveguides were patterned using reactive-ion etching. Internal net gain on the Nd3+ transitions at 880, 1064, and 1330 nm was investigated,\ud yielding a maximum gain of 6.3 dB/cm at 1064 nm. Values for the energy-transfer upconversion parameter for different Nd3+\ud concentrations were deduced

    Lattice matching and microstructuring of Gd3+, Lu3+ co-doped KY(WO4)2:Tm3+ channel waveguide lasers

    Get PDF
    Lattice-matched KY(WO4)2:Gd3+,Lu3+,Tm3+ layers with a thickness of 6 μm have been grown onto pure KY(WO4)2 substrates. Channel waveguides of 7.5 μm to 12.5 μm width have been microstructured to a depth of 1.5 μm using Ar+ beam milling. Laser experiments with buttcoupled mirrors demonstrate laser oscillation near 1844 nm while pumping at 792 nm

    The usefulness of a connected leadership model for sport management professionals

    Get PDF
    This research aims to investigate the usefulness of a connected leadership model for sport organizations. The following research questions were designed: 1) How can professional sport managers successfully make use of thedevelopments of new professionalism (Leijnse, Hulst & Vromans, 2006), the new way of working and managerial leadership? 2) What are the features of a connected managerial leadership model? 3) What are the designprinciples of an applicable learning environment for professional sport managers 2.0? 4) What are thesimilarities or differences of connected managerial leadership in traditionally organized sports

    Taksterfte in Buxus, veroorzaakt door Cylindrocladium buxicola

    Get PDF
    De laatste jaren wordt de Buxusteelt geplaagd door een ziekte die veroorzaakt wordt door de schimmel Cylindrocladium buxicola. Gezien de snelle uitbreiding van de ziekte is het voor kwekers en afnemers van Buxus van groot belang dat deze problematiek wordt aangepakt. Daar om is begin 2006 in opdracht van het Productschap Tuinbouw (PT) een onderzoek naar de oorzaak en de bestrijding van deze taksterfte opgestart. Hierin is vooral aandacht gegeven aan het zoeken naar effectieve gewasbeschermings middelen. Daarnaast zijn zowel praktijk ervaring en met betrekking tot deze ziekte geïnventariseerd als ook de aanwezige biolgische kennis van de schimmel in kaart gebracht. Deze kennis moet in de toekomst leiden tot een meer efficiënte klassieke bestrijding, aangevuld met teelttechnische en resistentiemaatregelen

    Consultancy: invloed tijdelijk lage nutriëntengehaltes

    Get PDF
    Afzet uit de pot- en containerteelt is voor een groot deel bestemd voor de consumentenmarkt. Deze producten moeten visueel aantrekkelijk zijn en daarom is een goede plantkwaliteit heel belangrijk. Voor een goede groei moet de plant voldoende nutriënten ter beschikking hebben. Anderzijds kan de wortel bij te hoge zoutconcentraties schade oplopen. Omdat pot- en containerteelt grotendeels plaatsvindt onder buitenomstandigheden, heeft het weer een belangrijke invloed op de teelt. In natte perioden treedt uitspoeling op. Dit wordt in de praktijk aangevuld door hogere mestgiften om een goede groei te behouden. Het doel van dit literatuuronderzoek is om na te gaan in hoeverre tijdelijk (1 dag tot ca. 1 week) lage nutriëntengehaltes uiteindelijk een verminderde productkwaliteit geeft van houtige siergewassen. Hierbij wordt gefocust op stikstof als meest uitspoelingsgevoelige nutriënt. Als bemestingsmethode wordt uitgegaan van oplosbare meststoffen. Er is een wisselwerking tussen bovengrondse groei, stikstofopname en wortelgroei. Tijdens sterke bovengrondse groei vindt nauwelijks stikstofopname plaats. De plant gebruikt dan reeds aangelegde stikstofvoorraden. Daarnaast leidt een tijdelijk stikstoftekort snel tot nieuwe wortelgroei. Hierdoor raakt de pot sneller doorworteld en zal beter bestand zijn tegen nieuwe stressomstandigheden (nutriënten- en of watertekort). Bovendien kan de plant na een tijdelijk stikstoftekort (enkele dagen) de opnamesnelheid van stikstof verhogen, zodat netto toch genoeg stikstof wordt opgenomen. In deze studie is uitspoelonderzoek bestudeerd en de neerslagintensiteit onder Nederlandse weersomstandigheden geanalyseerd. Hieruit blijkt dat de kans klein is dat planten in een pot lang (> 4 dagen) te weinig stikstof tot hun beschikking hebben, als er in deze periode vanwege neerslag niet bemest wordt. Onder voorwaarde dat de planten buiten deze neerslagperioden van genoeg stikstof zijn voorzien, zal een tijdelijk laag stikstofniveau naar verwachting geen invloed hebben op de uiteindelijke gewaskwaliteit. In de praktijk worden de planten in neerslagrijke perioden meestal snel van extra stikstof voorzien. Uit deze literatuurstudie blijkt hiervoor geen grote noodzaak. Toediening van een lage dosis gecontroleerd vrijkomende meststoffen aan het begin van de teelt in plaats van intensief bijmesten tijdens regenrijke periode kan extra zekerheid geven dat een gewas in deze regenrijke perioden toch van stikstof wordt voorzien

    Stekken onder LED-belichting : verkenning naar de mogelijkheden van het stekken van boomkwekerijgewassen onder LED in een meerlaagssysteem zonder daglicht

    Get PDF
    LED-belichting biedt enorme kansen voor de tuinbouw. Ook in de boomkwekerij biedt LED-belichting perspectief, met name bij het stekken van boomkwekerijgewassen. LED-belichting geeft namelijk specifieke kleuren af, waarmee processen in de plant beïnvloed kunnen worden, zoals beworteling en vertakking. In dit project is een literatuurstudie gedaan naar de effecten van licht en lichtkleuren op de beworteling van planten. Daarbij moet onderscheid gemaakt worden tussen groeilicht (fotosynthese) en stuurlicht. In het geval van stuurlicht kunnen kleine hoeveelheden van een bepaalde lichtkleur al grote effecten geven. Rood licht lijkt een stimulerende werking te hebben op de beworteling. Vervolgens is er een oriënterende proef gedaan in een klimaatcel. De proef richtte zich op de 1e fase van wortelvorming met relatief lage lichtintensiteiten, omdat stuurlicht hierbij naar verwachting een grote rol heeft. Hierin is het effect beoordeeld van verschillende lichtintensiteiten en verschillende rood/blauw verhoudingen, al dan niet gecombineerd met aanvullend verrood licht. Deze behandelingen zijn vergeleken met een praktijkbehandeling
    corecore