A Quasi-Experimental Evaluation of High-Intensity Inpatient Sex Offender Treatment in the Netherlands

The current study quasi-experimentally assessed the outcome of high-intensity inpatient sex offender treatment in the Netherlands in terms of sexual and violent (including sexual) recidivism. It was hypothesized that treated sex offenders would show lower recidivism rates than untreated sex offenders of the same risk level. In line with the risk principle of the Risk, Need, Responsivity (RNR) model, we predicted that this would especially hold true for offenders of higher risk levels. The study sample consisted of 25% of all convicted Dutch sex offenders not referred to any form of treatment and discharged from prison between 1996 and 2002, and all convicted Dutch sex offenders referred to inpatient treatment who were discharged between 1996 and 2002. Static- 99R risk levels of these 266 offenders were retrospectively assessed and survival curves regarding sexual and violent (including sexual) recidivism were compared between treated and untreated offenders, controlling for level of risk. Mean follow-up was 148.0 months (SD = 29.6) and the base rate of sexual recidivism was 15.0% and 38.4% for violent (including sexual) recidivism. Cox regression survival analyses showed marginally significant lower failure rates regarding sexual recidivism for treated high-risk offenders only, and significantly lower failure rates regarding violent (including sexual recidivism) for treated sex offenders of moderate-high and high-risk levels. No treatment effects for low and low-moderate risk offenders were found. Results underscore the risk principle of the RNR model: Treatment is more effective when its dosage is attuned to risk level

Minimumloon: verstand en misverstand

Economic

Uit de mest- en mineralenprogramma's : Het lot van urinestikstof bij najaarsbeweiding

Urineplekken in beweid grasland zijn een grote bron van makkelijk beschikbaar N. Lokaal kunnen concentraties oplopen tot hoger dan 1000 kg N ha-1. Toch zijn er, in tegenstelling tot bij het uitrijden van mest, geen restricties aan het beweiden gedurende herfst en winter. Deze studie heeft tot doel om het lot van urine-N bij najaarsbeweiding te kwantificeren, om zodoende mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu in kaart te brengen. In eerdere studies werd een groot gat in het budget van urine-N gevonden, dat grotendeels werd toegeschreven aan vastlegging in organische N in de bodem. Om deze post te kwantificeren is deze keer gekozen voor een lysimeterproef met urine gelabeld met de stabiele isotoop 15N. Daarnaast is een literatuurstudie naar het lot van urine-N als gevolg van toedieningstijdstip uitgevoer

Learning from failure

We study decentralized learning in organizations. Decentralization is captured through a symmetry constraint on agents’ strategies. Among such attainable strategies, we solve for optimal and equilibrium strategies. We model the organization as a repeated game with imperfectly observable actions. A fixed but unknown subset of action profiles are successes and all other action profiles are failures. The game is played until either there is a success or the time horizon is reached. For any time horizon, including infinity, we demonstrate existence of optimal attainable strategies and show that they are Nash equilibria. For some time horizons, we can solve explicitly for the optimal attainable strategies and show uniqueness. The solution connects the learning behavior of agents to the fundamentals that characterize the organization: Agents in the organization respond more slowly to failure as the future becomes more important, the size of the organization increases and the probability of success decreases.Game theory

Child outcomes after placement of a cervical pessary in women with a multiple pregnancy : A 4-year follow-up of the ProTWIN trial

Acknowledgements We like to thank the research nurses of the Dutch Consortium for Healthcare Evaluation and Research in Obstetrics and Gynecology for their help in finding contact details of the parents.Peer reviewedPublisher PD

Het schrijven van RIKILT rapporten en wetenschappelijke artikelen

Dit raport is samengesteld door de werkgroep "Herziening rapportindeling RIKILT'', Duidelijk ingedeelde rapporten, voorzien van een abstract, verhogen de leesbaarheid en de bekendheid. De aanbevelingen die hier gegeven worden zijn gebaseerd op internationale afspraken. Verder zijn er nog aanvullende richtlijnen gegeven voor zover dat nodig was, zodat dit rapport alle informatie bevat voor het schrijven van een RIKILT rapport. Voor het schrijven van wetenschappelijke artikelen is volstaan met het geven van richtlijnen. Doorgaans is het de regel dat ieder tijdschrift en/of uitgever zijn eigen richtlijnen heeft, waaraan de schrijver zich houden moet

Nifedipine versus atosiban in the treatment of threatened preterm labour (Assessment of Perinatal Outcome after Specific Tocolysis in Early Labour: APOSTEL III-Trial)

Background: Preterm birth is the most common cause of neonatal morbidity and mortality. Postponing delivery for 48 hours with tocolytics to allow for maternal steroid administration and antenatal transportation to a centre wit

Denitrificatie in de zone tussen bouwvoor en het bovenste grondwater in zandgronden

Er zijn grote variaties in de nitraatconcentratie in het bovenste grondwater van uitspoelings-gevoelige zandgronden geconstateerd. Deze variaties worden waarschijnlijk veroorzaakt door denitrificatie. In het kader van de evaluatie van de Meststoffenwet 2004 zijn studies uitgevoerd om kwantitatief inzicht te krijgen in de denitrificatie in de bodemlaag tussen de onderkant van de bouwvoor en het bovenste grondwater. De resultaten geven aan dat veenlagen en/of moerige lagen leiden tot lagere nitraatconcentraties in het bovenste grondwater. Andere bodem-eigenschappen zoals het voorkomen van klei- en leemlagen en de uitspoeling van organische stof uit de bouwvoor hebben geen duidelijk effect op denitrificatie. Geconcludeerd wordt dat de aanwezigheid van veenlagen of moerige lagen in zandgronden een extra criterium zou kunnen zijn om uitspoelingsgevoelige gronden te differentiëren. Dit geldt met name voor grondwatertrap VI. In veel zandgronden heeft afbraak van veen plaatsgevonden, zodat een bodemkartering nodig is om het areaal uitspoelingsgevoelige zandgronden met veenlagen te bepalen

Disruptions of anaerobic gut bacteria are associated with stroke and post-stroke infection: a prospective case-control study

In recent years, preclinical studies have illustrated the potential role of intestinal bacterial composition in the risk of stroke and post-stroke infections. The results of these studies suggest that bacteria capable of producing volatile metabolites, including trimethylamine-N-oxide (TMAO) and butyrate, play opposing, yet important roles in the cascade of events leading to stroke. However, no large-scale studies have been undertaken to determine the abundance of these bacterial communities in stroke patients and to assess the impact of disrupted compositions of the intestinal microbiota on patient outcomes. In this prospective case-control study, rectal swabs from 349 ischemic and hemorrhagic stroke patients (median age, 71 years; IQR: 67-75) were collected within 24 h of hospital admission. Samples were subjected to 16S rRNA amplicon sequencing and subsequently compared with samples obtained from 51 outpatient age- and sex-matched controls (median age, 72 years; IQR, 62-80) with similar cardiovascular risk profiles but without active signs of stroke. Plasma protein biomarkers were analyzed using a combination of nuclear magnetic resonance (NMR) spectroscopy and liquid chromatography-mass spectrometry (LC-MS). Alpha and beta diversity analyses revealed higher disruption of intestinal communities during ischemic and hemorrhagic stroke compared with non-stroke matched control subjects. Additionally, we observed an enrichment of bacteria implicated in TMAO production and a loss of butyrate-producing bacteria. Stroke patients displayed two-fold lower plasma levels of TMAO than controls (median 1.97 vs 4.03 mu M, Wilcoxonp < 0.0001). Finally, lower abundance of butyrate-producing bacteria within 24 h of hospital admission was an independent predictor of enhanced risk of post-stroke infection (odds ratio 0.77,p = 0.005), but not of mortality or functional patient outcome. In conclusion, aberrations in trimethylamine- and butyrate-producing gut bacteria are associated with stroke and stroke-associated infections.Proteomic