Balanceren tussen een taakverdeling en collegialiteit binnen de raad

De auditcommissie heeft een vaste positie verworven binnen het Nederlandse vennootschapsrecht. Recente ontwikkelingen accentueren de onduidelijkheid die bestaat over de verhouding tussen auditcommissieleden en overige leden van de raad. De auteur meent dat het evenwicht dient te worden bewaakt tussen een ver(der)gaande taakverdeling en het beginsel van collegialiteit binnen de raad

Het BV-aandeel met ‘slechts’ aanspraak op het liquidatie-overschot: een naschrift

Het stemt tot tevredenheid dat onze eerdere bijdrage een pen – in dit geval die van Wolf – in beweging heeft weten te krijgen. Het (ondernemings)recht is immers gebaat bij gedachtevorming over en weer. Dat geldt onverminderd voor het ietwat bijzondere BV-aandeel – dat louter deelt in het liquidatie-overschot en geen stemrecht, noch aanspraken op winst of reserves kent – zoals wij dat bespraken

‘Slechts’ aanspraak op het liquidatie-overschot: onvoldoende om van een BV-aandeel te kunnen spreken?

Per 1 oktober 2012 kan de BV zowel ‘winstrechtloze’ aandelen als ‘stemrechtloze’ aandelen uitgeven. Het vernieuwde art. 2:190 BW staat, ondanks een advies van de Werkgroep Concordantie Rechtspersonenrecht anderszins, echter niet toe dat een BV-aandeel ‘slechts’ een aanspraak op het liquidatiesaldo omvat, omdat een dergelijke uitleg het aandelenbegrip – in de woorden van de minister – te ver zou oprekken. Aldus heeft de wetgever beoogd te voorkomen dat rechten van aandeelhouders te zeer worden uitgehold. Hieruit volgt dat aan art. 2:190 BW (nieuw) mede een beschermend element kan worden toegekend. Plaatst men art. 2:190 BW in historisch perspectief, dan wordt duidelijk dat de Flex-BV nog steeds, zij het wellicht in mindere mate dan voorheen, als instituut dient te worden beschouwd. Vanuit dogmatisch oogpunt zijn aan die vaststelling consequenties verbonden met het oog op de aan de aandeelhouders toekomende inrichtingsvrijheid. Vanuit economisch perspectief dient echter opgemerkt te worden dat de aankondiging van het vennootschapsbestuur om over te gaan tot vrijwillige ontbinding gepaard kan gaan met economische voordelen voor de aandeelhouder. Zulks maakt dat de beslissing het instrument, dat ‘slechts’ aanspraak op het liquidatiesaldo omvat, niet als BV-aandeel aan te merken, zijn doel in ieder geval gedeeltelijk voorbijschiet; zulks geldt des te meer gelet op de arbitraire grens omtrent het ‘nihilaandeel’. Vanuit (Duitse) rechtsvergelijkende optiek wordt eveneens duidelijk dat de beslissing het instrument dat ‘slechts’ aanspraak op het liquidatiesaldo omvat niet als BV-aandeel aan te merken zijn doel voorbijschiet. Indien een aandeel louter deelt in

De eerste beurs-BV. Certificaten van aandelen in Fastned BV toegelaten tot de handel op de nieuwe gereglementeerde markt van Nxchange

Item does not contain fulltext7 p

Draagt nieuwe wetgeving voor accountants(organisaties) bij aan het dichten van de verwachtingskloof?

Het dichten van de verwachtingskloof vormt een essentiële schakel voor het beoogd vertrouwensherstel in de accountant(sverklaring). Auteurs betwijfelen of het uitvaardigen van nieuwe wet- en regelgeving voor accountants(organisaties) bijdraagt aan het dichten van de verwachtingskloof. Volgens auteurs dient de wetgever in te zetten op het nauwkeurig(er) in kaart brengen van publieke verwachtingen, omdat dit de enige route is naar vertrouwensherstel

Intraoperative ventilator settings and their association with postoperative pulmonary complications in neurosurgical patients: post-hoc analysis of LAS VEGAS study

Background: Limited information is available regarding intraoperative ventilator settings and the incidence of postoperative pulmonary complications (PPCs) in patients undergoing neurosurgical procedures. The aim of this post-hoc analysis of the 'Multicentre Local ASsessment of VEntilatory management during General Anaesthesia for Surgery' (LAS VEGAS) study was to examine the ventilator settings of patients undergoing neurosurgical procedures, and to explore the association between perioperative variables and the development of PPCs in neurosurgical patients. Methods: Post-hoc analysis of LAS VEGAS study, restricted to patients undergoing neurosurgery. Patients were stratified into groups based on the type of surgery (brain and spine), the occurrence of PPCs and the assess respiratory risk in surgical patients in Catalonia (ARISCAT) score risk for PPCs. Results: Seven hundred eighty-four patients were included in the analysis; 408 patients (52%) underwent spine surgery and 376 patients (48%) brain surgery. Median tidal volume (VT) was 8 ml [Interquartile Range, IQR = 7.3-9] per predicted body weight; median positive end-expiratory pressure (PEEP) was 5 [3 to 5] cmH20. Planned recruitment manoeuvres were used in the 6.9% of patients. No differences in ventilator settings were found among the sub-groups. PPCs occurred in 81 patients (10.3%). Duration of anaesthesia (odds ratio, 1.295 [95% confidence interval 1.067 to 1.572]; p = 0.009) and higher age for the brain group (odds ratio, 0.000 [0.000 to 0.189]; p = 0.031), but not intraoperative ventilator settings were independently associated with development of PPCs. Conclusions: Neurosurgical patients are ventilated with low VT and low PEEP, while recruitment manoeuvres are seldom applied. Intraoperative ventilator settings are not associated with PPCs

Association between night-time surgery and occurrence of intraoperative adverse events and postoperative pulmonary complications

Background: The aim of this post hoc analysis of a large cohort study was to evaluate the association between night-time surgery and the occurrence of intraoperative adverse events (AEs) and postoperative pulmonary complications (PPCs)

Association between night-time surgery and occurrence of intraoperative adverse events and postoperative pulmonary complications

Background: The aim of this post hoc analysis of a large cohort study was to evaluate the association between night-time surgery and the occurrence of intraoperative adverse events (AEs) and postoperative pulmonary complications (PPCs). Methods: LAS VEGAS (Local Assessment of Ventilatory Management During General Anesthesia for Surgery) was a prospective international 1-week study that enrolled adult patients undergoing surgical procedures with general anaesthesia and mechanical ventilation in 146 hospitals across 29 countries. Surgeries were defined as occurring during 'daytime' when induction of anaesthesia was between 8: 00 AM and 7: 59 PM, and as 'night-time' when induction was between 8: 00 PM and 7: 59 AM. Results: Of 9861 included patients, 555 (5.6%) underwent surgery during night-time. The proportion of patients who developed intraoperative AEs was higher during night-time surgery in unmatched (43.6% vs 34.1%; P<0.001) and propensity-matched analyses (43.7% vs 36.8%; P = 0.029). PPCs also occurred more often in patients who underwent night-time surgery (14% vs 10%; P = 0.004) in an unmatched cohort analysis, although not in a propensity-matched analysis (13.8% vs 11.8%; P = 0.39). In a multivariable regression model, including patient characteristics and types of surgery and anaesthesia, night-time surgery was independently associated with a higher incidence of intraoperative AEs (odds ratio: 1.44; 95% confidence interval: 1.09-1.90; P = 0.01), but not with a higher incidence of PPCs (odds ratio: 1.32; 95% confidence interval: 0.89-1.90; P = 0.15). Conclusions: Intraoperative adverse events and postoperative pulmonary complications occurred more often in patients undergoing night-time surgery. Imbalances in patients' clinical characteristics, types of surgery, and intraoperative management at night-time partially explained the higher incidence of postoperative pulmonary complications, but not the higher incidence of adverse events