163 research outputs found

    De preventie van postoperatieve longcomplicaties

    Get PDF
    Sinds de eeuwwisseling is bekend dat ademoefeningen en houdingsdrainage zinvol kunnen zijn bij longaandoeningen, onder meer door 5 het werk van William Ewart (1901). Reeds in die tijd werd aandacht besteed aan het probleem van de postoperatieve longcomplicatie. Pasteur beschreef in 1910 de lobaire collaps van de long na buikoperaties. MacMahan publiceerde in 1915 gegevens over ademoefeningen bij oorlogsslachtoffers met thoraxverwondingen. Haight wees in 1941 op het belang van de vermindering van bronchiaalsecreet en verbetering van de hoesttechniek in de postoperatieve fase. Zo zijn er in de literatuur vanaf bet begin van deze eeuw, tot op heden vele -voornamelijk retrospectieve-studies te vinden die betrekking hebben op het probleem van de postoperatieve longcomplicatie, de behandeling en de preventie. Maar nog altijd zijn postoperatieve atelectase en pneumonie belangrijke en frequente complicaties na grote chirurgische ingrepen en vaak mede oorzaak van postoperatieve sterfte (Glenn en Hays, 1955, Neeley e.a. 1970',1971, Beecher, 1954, O'Donahue,l985). De incidentie van postoperatieve longproblemen wordt nogal verschillend opgegeven in de literatuur, zoals blijkt uit het in Tabel I gegeven overzicht (Hansen e.a.l977, Lazlo e.a. 1973, Rudnikoff en Headland, 1951; Martin,1984, Campbell e.a. 1942, Garibaldi e.q. 1981). Het feit dat het begrip longcomplicaties in bet geheel niet is gestandaardiseerd is hier voornamelijk debet aan. Men hanteert in de literatuur dan ook niet te vergelijken diagnostische criteria. Daarnaast is een scala aan factoren betrokken bij het ontstaan van postoperatieve longcomplicaties : het type operatie, pulmonale status geslacht en gewicht. Er is geen consensu

    Front Cover

    Get PDF
    Scholar-athlete
    • …
    corecore