Strategic Framing in Contracts Contracts under hidden action

Abstract We provide a model of the principal-agent relationship with hidden action where the agent thinks in terms of gains and losses with respect to a reference point. A loss averse agent's reference point is the fixed payment that he receives, the gains and losses are respectively any bonuses or penalties. When choosing the net payment for each outcome produced by the agent, the principal takes into account that the base wage chosen determines the agent's reference point, and therefore his behaviour. We consider two variants of the model. In a first variant, the agent's reservation utility is not reference-dependent. We show that the principal always employs bonuses in this case. In a second variant, the reservation utility is reference-dependent. In this case, the principal may also use penalties

Biographic analysis of the demographic characteristics of the life histories of men and women in regional labour market cohorts as clusters of birth cohorts

Birg H, Flöthmann E-J, Reiter I. Biographic analysis of the demographic characteristics of the life histories of men and women in regional labour market cohorts as clusters of birth cohorts. In: Becker HA, Nederlands Instituut voor Voortgezet Wetenschappelijk Onderzoek op het Gebied van de Mens- en Maatschappijwetenschappen (Wassenaar), eds. Life histories and generations: proceedings of a symposium held on 22 and 23 June 1989 at the Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Sciences, at Wassenaar. Utrecht: ISOR; 1991: 145-182

Driving under the influence of drugs, alcohol and medicines

Deze registratie is in 2011 gestopt. Voor de prevalentie is een landelijk representatieve steekproef van circa 5.000 automobilisten getest op het gebruik van alcohol, drugs en psychoactieve geneesmiddelen. Dit gebeurt op verschillende locaties en tijdstippen. Deze steekproef dient tevens als controlegroep in een prospectieve case-control studie. De cases zijn circa 200 gewonde automobilisten. In de ziekenhuizen worden (in principe alle) gewonde automobilisten met een MAIS = 2 eveneens op de stoffen alcohol, drugs en psychoactieve geneesmiddelen getest. Vervolgens worden met behulp van een logistisch regressiemodel odds ratio's berekend die een maat zijn voor het relatieve risico. Het gebruikte analysemodel maakt het mogelijk te corrigeren voor verstorende factoren als geslacht en leeftijd van de automobilisten

Safety of pedestrian crossing facilities : an international comparative research on the effect of variously composed sets of pedestrian crossing facilities (zebra crossings, signal controlled crossings, grade separated crossings) on pedestrian safety in towns.

Bibliography: p. 48

Aanzet voor de onderzoeksopzet in zones, waarin de 30 km/h-maatregel wordt ingevoerd. In opdracht van Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Direktie Verkeersveiligheid, Dienst Verkeerskunde, afd. TXO.

Sinds 1 april 1983 is het mogelijk binnen de bebouwde kom een maximumsnelheid van 30 km/h in te stellen. Per 1 januari 1984 is het tevens mogelijk deze snelheidslimiet door middel van zoneborden aan te geven. Deze zonale werking geeft juist het karakter aan van deze 30 km/h-regeling, namelijk dat deze regeling bedoeld is als instrument ten behoeve van de realisering van verblijfsgebieden. Ook de voorwaarden waaraan de wegbeheerder dient te voldoen alvorens het bord '30' geplaatst mag worden, zijn : gesteld om die verblijfsfunktie aan te geven. Dit komt tot uitdrukking in de belangrijkste voorwaarde waarin gesteld wordt dat de aard en de gesteldheid van de betreffende wegen zodanig moeten zijn dat een maximumsnelheid van 30 km/h redelijkerwijs uit die omstandigheden voortvloeit. Indien dit niét het geval is zullen snelheidsbeperkende voorzieningen aangebracht moeten worden. Daarnaast zijn er voorwaarden die betrekking hebben op het doorgaande verkeer, het openbaar vervoer, het onderscheid met het woonerf, de bereikbaarheid, de zichtbaarheid van voorzieningen en het gevaar dat voorzieningen kunnen opleveren. De gevolgen van de toepassing van deze voorwaarden in de praktijk zijn nog niet geheel te overzien. Daarbij bestaat er nog onzekerheid over de mate waarin snelheidsbeperkende voorzieningen aangebracht moeten worden om het doel (snelheid 30 km/h of minder) te bereiken. Dit heeft tot het besluit geleid dat de 30 km/h-regeling de eerste jaren begeleid zal worden door middel van onderzoek. Dit onderzoek zal gebeuren bij een 15-tal in het kader van de Beschikking Rijksbijdrage Experimenten in Verblijfsruimten (BREV) uit te voeren demonstratieve projekten c.q. experimenten. Het streven is om in 1984 en1985 10 van deze projekten uit te voeren. In deze notitie zal een opzet voor onderzoek in deze 15 experimenten worden uitgewerkt, waarbij uitgegaan wordt van de doelstellingen. (Hoofdstuk 4). Uit deze doelstellingen zijn onderzoeksvragen af te leiden, welke vertaald kunnen worden in aanpak van methoden van onderzoek (hoofdstuk 6 en 7)

Continuïteitsplannen ICT / elektriciteit (projectnummer 2079)

Dit onderzoek bouwt voort op een onderzoek uit 2010 door het Crisis Onderzoeksteam (COT) naar de continuïteit bij de uitval van elektriciteit en ICT binnen de vitale sectoren dat o.a. heeft uitgemond in een informatiepakket voor burgers en voor continuïteitsmanagementen. In deze rapportage worden de volgende twee onderzoeksvragen beantwoord: 1. Hoeveel procent van de organisaties binnen de sectoren Openbaar Bestuur en Openbare Orde en Veiligheid beschikt eind 2011 over een (vastgesteld) continuïteitsplan voor de uitval van ICT of elektriciteit? 2. Wat zijn per sector / doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen? Het onderzoek bestond uit 2 fasen, te weten: - Fase A: inventarisatie d.m.v. telefonische enquete onder alle provincies, gemeenten, politieregio's en veiligheidsregio's. - Fase B: eindmeting, bestaande uit een online enquete onder organisaties in de sectoren OOV en OB en een kwalitatieve analyse van een aantal continuïteitsplannen