11 research outputs found

    Rotterdam IJsselmondse Randweg : een karterend inventariserend veldonderzoek van archeologische resten uit de 12e en 13e eeuw door middel van een proefsleuf

    No full text
    Met lit. op

    Spijkenisse De Dalle Calais kreek : een definitief veldonderzoek door middel van een archeologische begeleiding

    No full text
    Met lit. op

    Spijkenisse De Dalle, Calais Kreek : een definitief veldonderzoek door middel van een archeologische begeleiding

    No full text
    Lit.opg., bijl

    Projectplan 'Vlaardingen-cultuur'

    No full text
    Met lit. op

    Gat in de Markt 1.101 : houtgebruik in 11e-eeuwse graven

    No full text
    Lit.opg

    Projectplan 'Vlaardingen-cultuur'

    No full text
    Lit.opg

    Een verkennend en karterend inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven en grondboringen

    No full text
    In 2002 heeft het Bureau Oudheidkundig Onderzoek van Gemeentewerken Rotterdam (BOOR) in opdracht van de gemeente Spijkenisse een verkennend inventariserend veldonderzoek uitgevoerd in het herinrichtingsgebied rondom het Vredehofplein (Peters 2002). Dit onderzoek, gecombineerd met een bureauonderzoek, heeft geleid tot de conclusie dat grondwerkzaamheden in het gebied aanwezige archeologische waarden zouden kunnen aantasten of vernietigen. Met de voorgenomen bouw van een parkeergarage binnen het herinrichtingsgebied werd een nader karterend inventariserend onderzoek ter plaatse dan ook noodzakelijk geacht. Het voorliggende rapport beschrijft de resultaten van het karterend inventariserend veldonderzoek in het plangebied Spijkenisse Parkeergarage Vredehofplein (Afb. 1). Het onderzoek is door het BOOR uitgevoerd in opdracht van de gemeente Spijkenisse en heeft plaatsgevonden in de periode van 11 tot en met 17 december 2008. Het uitvoeren van archeologisch onderzoek bestaat in de regel uit drie stappen: - Stap 1. De inventarisatie van archeologische waarden. Een inventarisatie bestaat doorgaans uit het uitvoeren van een bureauonderzoek gevolgd door een inventariserend veldonderzoek. Bij een inventariserend veldonderzoek kan onderscheid gemaakt worden in een verkennende, een karterende en een waarderende fase. In de praktijk vallen deze fasen vaak geheel of gedeeltelijk samen. Inventariserend veldonderzoek kan, afhankelijk van de archeologische verwachting, worden uitgevoerd door middel van boringen en/of proefsleuven. - Stap 2. De selectie van eventuele behoudenswaardige archeologische vindplaatsen en advisering over het beleid ten aanzien van vindplaatsen. Deze stap vindt over het algemeen zijn weerslag in de rapportage na de waarderend fase van het inventariserend veldonderzoek. - Stap 3. Indien van toepassing vindt, in navolging van de hierboven genoemde advisering, documentatie van behoudenswaardige, maar niet in situ te handhaven, vindplaatsen plaats door middel van een opgraving of archeologische begeleiding. Het voorliggende rapport kan beschouwd worden als de karterende fase van stap 1

    Projectplan 'Graven in Vlaardingen'

    No full text
    Lit.opg

    Verslag van het (bouw-)historisch en archeologisch onderzoek

    No full text
    In 2004 is door het Vlaardings Archeologisch Kantoor (VLAK) een opgraving uitgevoerd op de locatie ‘Het Hof' . Dit toponiem verwijst naar de buitenplaats van de familie Van Ruytenburgh en latere ambachtsheren, die hier gelegen was. De locatie staat op de Archeologische Monumentenkaart dan ook aangeduid als ' Terrein van hoge archeologische waarde' . De computerplot, vervaardigd vóór de aanvang van het archeologisch onderzoek, blijkt tamelijk nauwkeurig. Verstoringen ten zuidwesten en westen van het gebouw hebben een gedeelte van het achterterrein vernield, maar de fundamenten van het gebouw en enkele voorzieningen voor het putten, de opslag en afvoer van water konden gedocumenteerd worden

    Bewoningssporen en vondsten uit de stedelijke periode (14e-18e eeuw); de bedijking van en de bewoning op het voormalige Westnieuwland in Rotterdam

    No full text
    Het archeologisch onderzoek op de locatie van de nieuwe Markthal heeft een zeer grote hoeveelheid gegevens opgeleverd, die een aanvulling vormen op de bestaande historische bronnen en kaarten. Met name heeft het archeologisch onderzoek informatie opgeleverd over de vroegste ontwikkeling van de stadsuitbreiding in de polder Westnieuwland in de tweede helft van de 14e eeuw. Niet alleen de aanleg van de ringdijk rond de polder kon in detail worden bestudeerd, ook het inzicht in de ontwikkeling van de bebouwing, de economische bedrijvigheid en de sociale status van de bewoners is hierdoor vergroot. De polder Westnieuwland was door de ruime opzet van de percelen en de ligging aan een diepe haven met brede kaden een aantrekkelijke vestigingslocatie, waar vanaf de tweede helft van de 14e eeuw diverse ambachten werden uitgeoefend en waar bij uitstek wonen en werken werd gecombineerd. Van de haringvisserij en ook de toename van de internationale handel over zee in de 15e en 16e eeuw hebben de bewoners van het Westnieuwland zeker geprofiteerd (Sigmond 1989, 0-43). De gunstige ligging van Rotterdam speelde daarbij een grote rol. Verzanding van de toegang tot de haven was voor Rotterdam, gelegen aan een buitenbocht van de Maas, een minder groot (en kostbaar) probleem dan voor de overige havensteden aan de Maas. Met het graven van de Rotterdamse Schie, omstreeks 1350, had Rotterdam tevens een goede verbinding met het achterland en vormde de stad een belangrijke schakel in bijvoorbeeld de import van Engelse wol (De Neve en Van Heezik 2007, 180)
    corecore