14 research outputs found

    Eco-efficiency trends of the Flemish industry: decoupling of environmental impact from economic growth

    No full text
    A methodology for eco-efficiency reporting is proposed with eco-efficiency indicators for climate change, acidification, photo-oxidant formation, human toxicity, freshwater aquatic ecotoxicity, eutrophication, energy consumption and waste generation. The method is applied to emission, consumption and production data of the Flemish industry provided by the Flemish environmental agency for the period 1995-2006. For climate change, acidification, photo-oxidant formation, human toxicity, freshwater aquatic ecotoxicity and eutrophication, the eco-efficiency improved by 39, 55, 41, 58, 72 and 53%, respectively. For each of these impact categories, the total environmental impact decreased despite an increase in production, indicating absolute decoupling of environmental impact from economic growth. The eco-efficiency indicator for energy consumption and waste generation improved by 16 and 14%, respectively. However, due to the increase in production, the total energy consumption and the amount of waste generated increased: for these two environmental themes decoupling from economic growth was relative. Despite the improved eco-efficiency, industry remains one of the main polluters in Flanders. The application of the method to emission, energy consumption and production data of the Flemish industry resulted in a comprehensive and correct source of information for the general public and the government. Moreover, it can serve as a basis for economically and environmentally sound decisions and for the evaluation of the impact of former decisions. (c) 2010 Elsevier Ltd. All rights reserved.status: publishe

    Verspreiding van gebromeerde vlamvertragers

    No full text
    Gebromeerde vlamvertragers (BFR¿s, Brominated Flame Retardants) zijn scheikundige stoffen die tijdens het productieproces toegevoegd worden aan kunststof voor gebruik in computers, televisietoestellen, textiel, isolatiemateriaal. Het is de bedoeling om de ontvlambaarheid van die producten te verminderen en de kunststofmaterialen niet te laten bijdragen aan de verdere ontwikkeling of verspreiding van een brand. We onderscheiden vier hoofdtypes: de inmiddels niet meer geproduceerde polygebromeerde bifenylen (PBB¿s), polygebromeerde difenylethers (PBDE¿s), tetrabromobisphenol-A (TBBP-A) & derivaten, en hexabromocyclododecaan (HBCD). Bij opname door mens en dier worden gebromeerde vlamvertragers opgeslagen in het vetweefsel en kunnen allerlei gezondheidseffecten veroorzaken. Gebromeerde vlamvertragers zijn potentieel hormoonverstorende stoffen. Het verwarmen en/of verbranden van producten, die PBB's, PBDE's of andere gebromeerde vlamvertragers bevatten, kan aanleiding geven tot de vorming van polygebromeerde dibenzo-p-dioxines en dibenzofuranen. Deze stoffen hebben gelijkaardige toxicologische effecten als gechloreerde dioxines (mogelijks kankerverwekkend, effecten op groei, reproductie en ontwikkeling van het afweersysteem). Studies illustreren verhoogde concentraties van gebromeerde vlamvertragers in het milieu sedert de jaren `70. De aanwezigheid van deze stoffen in eieren van de zilvermeeuw aan de Canadese meren verdubbelde om de 3 à 5 jaar in de periode 1981-2000. De concentratie in moedermelk in Zweden vertoont een exponentiële stijging van 1972 tot ca. 1998 (elke vijf jaar een verdubbeling). De meest recente data wijzen op een stabilisering en zelfs daling. Ook in Vlaanderen wijzen analyses van waterbodems en palingen uit oppervlaktewater op de aanwezigheid van gebromeerde vlamvertragers in sterk variërende concentratie

    Verspreiding van gebromeerde vlamvertragers

    No full text
    Gebromeerde vlamvertragers (BFR¿s, Brominated Flame Retardants) zijn scheikundige stoffen die tijdens het productieproces toegevoegd worden aan kunststof voor gebruik in computers, televisietoestellen, textiel, isolatiemateriaal. Het is de bedoeling om de ontvlambaarheid van die producten te verminderen en de kunststofmaterialen niet te laten bijdragen aan de verdere ontwikkeling of verspreiding van een brand. We onderscheiden vier hoofdtypes: de inmiddels niet meer geproduceerde polygebromeerde bifenylen (PBB¿s), polygebromeerde difenylethers (PBDE¿s), tetrabromobisphenol-A (TBBP-A) & derivaten, en hexabromocyclododecaan (HBCD). Bij opname door mens en dier worden gebromeerde vlamvertragers opgeslagen in het vetweefsel en kunnen allerlei gezondheidseffecten veroorzaken. Gebromeerde vlamvertragers zijn potentieel hormoonverstorende stoffen. Het verwarmen en/of verbranden van producten, die PBB's, PBDE's of andere gebromeerde vlamvertragers bevatten, kan aanleiding geven tot de vorming van polygebromeerde dibenzo-p-dioxines en dibenzofuranen. Deze stoffen hebben gelijkaardige toxicologische effecten als gechloreerde dioxines (mogelijks kankerverwekkend, effecten op groei, reproductie en ontwikkeling van het afweersysteem). Studies illustreren verhoogde concentraties van gebromeerde vlamvertragers in het milieu sedert de jaren `70. De aanwezigheid van deze stoffen in eieren van de zilvermeeuw aan de Canadese meren verdubbelde om de 3 à 5 jaar in de periode 1981-2000. De concentratie in moedermelk in Zweden vertoont een exponentiële stijging van 1972 tot ca. 1998 (elke vijf jaar een verdubbeling). De meest recente data wijzen op een stabilisering en zelfs daling. Ook in Vlaanderen wijzen analyses van waterbodems en palingen uit oppervlaktewater op de aanwezigheid van gebromeerde vlamvertragers in sterk variërende concentratie
    corecore