405 research outputs found
In vivo imaging of dopamine and serotonin release: response to psychopharmacological challenges
De neurotransmitters dopamine en serotonine zijn betrokken bij vele processen waaronder de regulatie van beloningsmechanismen (dopamine) en de stemming (serotonine). Ook is gevonden dat deze neurotransmitters betrokken zijn bij het ontstaan en de behandeling van verschillende psychiatrische en neurologische ziektebeelden. Het is echter nog steeds niet bekend wat de precieze rol van deze neurotransmitters hierbij is. Met behulp van neuroimaging technieken zoals PET (positron emission tomography) is het mogelijk om hierin meer inzicht te krijgen. In dit proefschrift werden een aantal methoden onderzocht die gericht zijn op het meten van de serotonerge en dopaminerge transmissie.
In de eerste studies van dit proefschrift werd onderzocht of PET gebruikt kan worden om veranderingen in serotonine afgifte te meten. Hierbij werd gebruik gemaakt van de serotonine-1A ligand 18F-MPPF. Het principe van deze methode berust op het gegeven dat de binding van een radioligand wordt beïnvloed door veranderingen in de neurotransmitterconcentratie. Deze studies werden uitgevoerd bij gezonde vrijwilligers en proefdieren. Helaas bleek de binding van 18F-MPPF niet gevoelig voor veranderingen in de serotonineconcentratie.
In een volgende studie werd het effect van een verhoging van de dopamineconcentratie onderzocht met behulp van de dopamine D2 ligand 11C-raclopride, bij gezonde vrijwilligers. Hierbij werd ondermeer een verband gevonden tussen de mate van dopamineafgifte en emoties zoals angst en euforie.
In de laatste studie werd het effect van een dopamine toename op de hersenactiviteit gemeten met behulp van 15O-H2O PET. In deze studie werd een relatie gevonden tussen de dopamine-geïnduceerde toename in activiteit in de “anterior cingulate cortex” en de mate van euforie.
Deze laatste twee methoden kunnen mogelijk worden toegepast bij patiëntenonderzoek en onderzoek naar het werkingsmechanisme van geneesmiddelen.
Het gaat weer beter met de natuur in Nederland
In een Volkskrantinterview (22 mei 2009) poneerden de eerste drie auteurs de stelling, dat het weer beter gaat met de Nederlandse natuur. Aanleiding vormde de presentatie van de Monitor Duurzaam Nederland (CBS, 2009) waarbij het Planbureau concludeerde dat de biodiversiteit in ons land nog steeds achteruitholt. Dit artikel onderbouwt de stelling van 22 mei en is in feite een vervolg op een eerdere discussie, waarin de methodiek van het PBL werd gepresenteerd. Dit artikel gaat uit van de vraag hoe het gaat met de biodiversiteit en kijkt van daaruit naar de methode
Behoud en ontwikkeling van flora, fauna en landschap op het Doornduin te Scheveningen naar aanleiding van plannen tot sanering en herinrichting van het NEBO-terrein.
Environmental Biology - ol
Kosten-baten analyse natuurbouw kustlokatie
Wetensch. publicatieInstitute of Environmental Science
Ecosysteemdiensten: nieuw anker voor omgevingsbeleid?
Ecosysteemdiensten krijgen in het beleid steeds meer aandacht. Éen van de redenen is dat binnen dit concept veel aandacht wordt gegeven aan de financiële waardering ervan. Ecologie en economie worden met elkaar verbonden, maar onomstreden is dat niet. Kan deze verbinding voor toepassing in het beleid geloofwaardig worden uitgewerkt en zijn daar niet grote risico's mee verbonden? Een verkennin
Effekten van intensieve veehouderijbedrijven op hun omgeving : kwantificering van de ammoniak-problematiek in het kader van de Hinderwet
Wetensch. publicatieInstitute of Environmental Science
Ammoniak in natuurgebieden : een literatuurstudie
Wetensch. publicatieInstitute of Environmental Science
- …