20 research outputs found
Change-of-state Paradigms and the middle in Kinyarwanda
This paper investigates the derivational relationships among members of verbal paradigms in Kinyarwanda (Bantu JD.61; Rwanda) by pursuing two interrelated goals. First, I describe a variety of derivational strategies for marking transitive and intransitive variants in change-of-state verb paradigms. Second, I focus on the detransitivizing morpheme –ik which serves as one possible marking for intransitive members of these paradigms. Ultimately, I argue that this morpheme is a marker of middle voice, and the variety of readings which appear with this form can be subsumed under a single operation of argument suppression. Finally, I provide a discussion of reflexives and the apparent lack of a reflexive reading with –ik by arguing that this reading is blocked by either lexical reflexives or the reflexive prefix i–
Spieringvisserij IJsselmeer en Waddenzee : Voorstudie ecologische risicoanalyse ten behoeve van afwegingskader spieringvisseri
Spiering is een sleutelsoort in het voedselweb van het IJsselmeer en Markermeer. Spieringen zijn klein en veruit de meeste planten zich al voort na een jaar, terwijl ze nog geen 10 cm zijn, terwijl daarnaast ook oudere spiering voorkomt. Spiering is belangrijk voedsel voor baars en snoekbaars en belangrijk voor beschermde visetende watervogels als zaagbekken, futen en sterns. Daarnaast is spiering een aantrekkelijke bron van inkomsten voor de vissers, omdat spiering efficiënt gevangen kan worden wanneer spiering in de paaiperiode in het vroege voorjaar naar de oever trekt en daar concentraties vormt. De laatste jaren is de spieringvisserij met fuiken in het IJsselmeer en Markermeer echter niet opengesteld geweest door de lage spieringstand en door het belang van spiering voor visetende vogels. Internationaal erkende visserijmodellen werken niet goed voor kortlevende soorten als spiering om te bepalen of spieringvisserij duurzaam en doelmatig kan worden bedreven binnen de beleidsdoelstellingen voor visserij en natuurbescherming. Daarom moeten alternatieve afwegingskaders worden geformuleerd om tot een verantwoord beheer te komen. In deze voorstudie wordt onderzocht in hoeverre ecologische risicoanalyses (ERA) op basis van bestaande informatie, expert judgement en stakeholder-consultatie gebruikt kunnen worden voor een dergelijk afwegingskader en welke kennisbehoefte kan worden afgeleid uit de gemaakte (voorlopige) risicobeoordelingen. Belangrijke aspecten die in deze voorstudie naar voren komen zijn de verslechtering van de spieringstand en daarmee gepaard gaande toenemende risico’s van spieringvisserij voor instandhouding van de spieringpopulaties in IJsselmeer, Markermeer en Waddenzee en de effecten daarvan op voedselbeschikbaarheid voor roofvis en vogels
Burgerbetrokkenheid voor een transitie naar een natuurinclusieve samenleving: De Theory of Change van Beach Clean-up en Tiny Forest-initiatieven
Item does not contain fulltext65 p