Entering a Knowledge Pearl in Times of Creative Cities Policy and Strategy. The Case of Groningen, Netherlands

This chapter argues that: (1) urban inequalities and injustices associated with creative urbanism, for example in terms of employment, income, or housing, are not always visible in the way typically associated with global cities and therefore require nuanced analysis; (2) the “creative cities” paradigm (as well as the contestatory right to the city framework or the just city debate) offers a powerful explanatory device for global neoliberal urbanism, including examples of “creativity orthodoxy” and the capitalist city in Amsterdam, and (3) Groningen in the northern region of The Netherlands provides a compelling case of hidden inequalities and the politics of urban development in what Gabe et al. (2012) and van Winden et al. (Urban Studies 44 (3): 525-549, 2007) would term a “knowledge pearl” city.</p

Bedum - Grotestraat 19/21

Bouwwerkzaamheden voortzetting onderzoek 199

Noordervisie 2040 : een co-creative verkenning van de toekomst van Noord-Nederland

NOORDERVISIE 2040 Een nieuwe ruimtelijk-economische visie voor de drie noordelijke provincies. Dat is Noordervisie 2040. De voorloper, KoersNoord, had een looptijd van 2007 tot 2013. Sinds het verschijnen van die visie, is er veel veranderd in de samenleving.

NITG-TNO rapport 05-073-A

De aanleg van nieuwe bermsloten is benut voor het doen van geologische en archeologische waarnemingen die in dit rapport worden gepresenteerd (TNO ism provinciaal archeoloog Groningen). Naast veldopnames zijn in rapport ook de resulaten van het dateringsonderzoek en palynologisch onderzoek gepresenteerd. Op de zandkop zijn resten uit de vroege middeleeuwen aangetroffen. Het veen wat zandkop heeft afgedekt is grotendeels ontgonnen, gedurende de vroege middeleeuwen is al sprake van overstromingen als gevol van stormvloeden. in het onderliggende dekzand zijn ook enkele vuurstenen artefacten aangetroffen (mesolithicum/neolithicum)

The dynamics of self-governance capacity: the Dutch rural civic initiative "Project Ulrum 2034'

In this article, we use Kooiman’s theory of governance in combination with key-conditions of community self-steering identified in recent studies to examine how the self-steering capacity developed of a community initiative aiming at improving the liveability of a small Dutch village. Using non-participatory observations and qualitative analysis, we obtained in-depth insights into how this initiative, ‘Project Ulrum 2034’ managed to build local autonomy from 2010 to 2018. We found that government support was crucial for many of its successes. Also, tensions came to light between 1. local autonomy, and its dependence on professional support, and; 2. broader community engagement, and accountability related to the public funding obtained leading to the formalisation of its organisation and the centralisation of tasks. We discovered that self-steering capacities fluctuate in time, are dynamic and develop in a non-linear way. The voluntary engagement was above all temporary, except for some activities when of direct interest to those involved. The continuity of community self-governance was fragile, due to its dependency on external funding and voluntary engagement

Egmond Binnen, Abdij van Egmond

Veldtekeningen van de opgravingscampagnes georganiseerd door het BAI op de Abdij van Egmond in de jaren '30 en '40 van de 20ste eeuw. Bij deze opgravingen, die onder leiding stonden van Van Giffen, zijn nederzettingssporen uit de Romeinse Tijd en Vroege Middeleeuwen aangetroffen, alsmede graven behorende bij, en de fundamenten van, het abdijcomplex, daterende uit de Hoge en Late Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd