RAR/RXR and PPAR/RXR Signaling in Spinal Cord Injury

The retinoid acid receptors (RAR) and peroxisome proliferator-activated receptors (PPAR) have been implicated in the regulation of inflammatory reactions. Both receptor families contain ligand-activated transcription factors which form heterodimers with retinoid X receptors (RXR). We review data that imply RAR/RXR and PPAR/RXR pathways in physiological reactions after spinal cord injury. Experiments show how RAR signaling may improve axonal regeneration and modulate reactions of glia cells. While anti-inflammatory properties of PPAR are well documented in the periphery, their possible roles in the central nervous system have only recently become evident. Due to its anti-inflammatory function this transcription factor family promises to be a useful target after spinal cord or brain lesions

What’s So Special About Patent Law?

The widespread belief that patent law is special has shaped the development of patent law into one of the most specialized areas of the law today. The belief in patent law’s exceptionalism manifests itself as two related presumptions with respect to the judiciary: first, that generalist judges who do not have patent law expertise cannot effectively decide patent cases, and second, that judges can develop necessary expertise through repeated experience with patent cases. Congress showed that it acquiesced to both views when it created the Federal Circuit and the Patent Pilot Program. In recent years, however, the Supreme Court has reminded us that the judiciary’s difficulty with patent cases is not the law, but is instead that patent cases often involve difficult subject matter, which sometimes requires technical or scientific expertise. While Congress’s early attempts to deal with these difficulties focused on courts with legal―rather than technical―expertise, the Supreme Court’s recent pronouncements suggest that they should have been doing the reverse. Moreover, to the extent that it is the underlying technology that makes patent cases difficult, that commends the use of an administrative, rather than a judicial, solution. One potentially viable answer to the judiciary’s problem with patent law has already been partly implemented in the form of the recently created Patent Trial and Appeal Board. This Article proposes expansion of that solution by making that new entity the exclusive forum for deciding issues of patent validity

Formación de usuarios-Difusión de recursos en el CSIC

En esta presentación se plantea la formación de usuarios cómo uno de los servicios de las bibliotecas del CSIC cuya finalidad es el aprovechamiento de los diferentes recursos de información disponibles : OPAC, bases de datos, colecciones impresas y colecciones digitales

Разработка алгоритмического и программного обеспечения для дозиметрического планирования курсов лучевой нейтронной терапии онкологических заболеваний

Выпускная квалификационная работа направлена на разработку и программную реализацию алгоритма, предназначенного для дозиметрического планирования лучевой нейтронной терапии онкологических заболеваний. В результате исследования были изучены алгоритмы расчета поглощенных доз нейтронов. Была разработана программа на основе изученных алгоритмов. Для визуализации распределения доз нейтронов была построена топографическая карта.The final qualification work is aimed at the development and software implementation of an algorithm designed for dosimetric planning of radiation neutron cancer therapy. As a result of the study, the algorithms for calculating the absorbed doses of neutrons were studied. The program was developed based on the studied algorithms. A topographic map was built to visualize the distribution of neutron doses

Capsaicin-Induced Skin Desensitization Differentially Affects A-Delta and C-Fiber-Mediated Heat Sensitivity.

Localized neuropathic pain can be relieved following the topical application of high-concentration capsaicin. This clinical effect is thought to be related to the temporary desensitization of capsaicin- and heat-sensitive epidermal nociceptors. The objective of the present study was to examine whether the changes in thermal sensitivity induced by high-concentration topical capsaicin can be explained entirely by desensitization of capsaicin-sensitive afferents. For this purpose, we characterized, in 20 healthy human volunteers, the time course and spatial extent of the changes in sensitivity to thermal stimuli preferentially activating heat-sensitive A-fiber nociceptors, heat-sensitive C-fiber afferents, and cool-sensitive A-fiber afferents. The volar forearm was treated with a high-concentration capsaicin patch for 1 h. Transient heat, warm and cold stimuli designed to activate Aδ- and C-fiber thermonociceptors, C-fiber warm receptors, and Aδ-fiber cold receptors were applied to the skin before and after treatment at days 1, 3, and 7. Reaction times, intensity ratings, and quality descriptors were collected. The stimuli were applied both within the capsaicin-treated skin and around the capsaicin-treated skin to map the changes in thermal sensitivity. We found that topical capsaicin selectively impairs heat sensitivity without any concomitant changes in cold sensitivity. Most interestingly, we observed a differential effect on the sensitivity to thermal inputs conveyed by Aδ- and C-fibers. Reduced sensitivity to Aδ-fiber-mediated heat was restricted to the capsaicin-treated skin, whereas reduced sensitivity to C-fiber-mediated heat extended well beyond the treated skin. Moreover, the time course of the reduced sensitivity to C-fiber-mediated input was more prolonged than the reduced sensitivity to Aδ-fiber-mediated input

Erfelijkheidsvoorlichting in kaart gebracht : advies voor afstemming tussen het Erfocentrum en de Klinisch Genetische Centra

In dit rapport wordt de erfelijkheidsvoorlichting bij acht Klinisch Genetische Centra (KGC’s) in Nederland in kaart gebracht. KGC’s zijn verbonden aan academische ziekenhuizen. Mensen die te maken hebben of mogelijk krijgen met erfelijke aandoeningen bij zichzelf of in hun directe familie kunnen er terecht voor erfelijksonderzoek en -advisering. Opdrachtgever voor dit onderzoek is Stichting ERFO-centrum (Erfocentrum). De probleemstelling van dit onderzoek luidt: Hoe kan het Erfocentrum de KGC's op het gebied van voorlichting over erfelijkheid en prenatale diagnostiek een optimale ondersteuning bieden, die voldoet aan de wensen van de verschillende KGC’s in Nederland? Om de voorlichting bij de verschillende KGC’s in kaart te brengen zijn medewerkers van de acht KGC’s ondervraagd over doelen, werkwijze en praktijk van de voorlichting die zij geven. Op basis van de gegevens uit die interviews (en een enkele enquête) zijn aanbevelingen geformuleerd over de serviceverlening van het Erfocentrum aan de KGC’s op het gebied van voorlichting over erfelijkheid en prenatale diagnostiek. Het blijkt dat over het algemeen het beleid qua voorlichting binnen de acht KGC's hetzelfde is. De invulling van het voorlichtingsproces verschilt marginaal per centrum. Gesprekken zijn overal het belangrijkste middel om informatie en voorlichting te geven. Het schriftelijk materiaal heeft (als het wordt gebruikt) een ondersteuningsfunctie hierbij. In het antwoord op de vraag wat het Erfocentrum kan betekenen voor de KGC’s, wordt vaak niet alleen het maken van extra voorlichtingsmateriaal genoemd. Het bestaan en de werkwijze van het Erfocentrum zou vooral meer bekend moeten worden, zowel bij de gewone burger als bij (para)medici(inopleiding). Als het Erfocentrum gaat werken aan haar eigen profilering en naamsbekendheid, kan het thema ‘erfelijkheid’ volgens de KGC’s ook meer aandacht krijgen in de Nederlandse samenleving. Op dit moment is namelijk binnen de KGC’s en mogelijk ook bij het algemene publiek onvoldoende bekend wat het Erfocentrum is, en wat het te bieden heeft. Een duidelijke positionering van het Erfocentrum binnen het krachtenveld van de erfelijkheidsvoorlichting is daarom van groot belang. De aanbevelingen aan het Erfocentrum zijn daarom gericht op het maken van schriftelijk voorlichtingsmateriaal, het verzorgen van publiciteit voor het werk van de KGC’s, en profilering en naamsbekendheid van het Erfocentrum zelf