154 research outputs found
Children’s Opinions about the Loss of Nature
A survey was conducted among approximately 400 Dutch schoolchildren (age: 8–16 years) in order to test their feelings about deterioration of the environment and the extinction of species. The majority of pupils answered that they regret the extinction of species more or less, especially popular ones. For a minority it does not matter at all. The proportion of pupils who expressed indifference to the pollution of air, water and soil was 7%, 10% and 13%, respectively.Dying of the forest was taken very seriously by approximately 60% of the pupils; this percen tage increased after a slide of a dead forest was shown. A similar result was obtained in respect to the assumed extinction of a common plant species: it was taken more seriously after some information was given.More than half of the pupils predicted a bad future for the Netherlands. However, this pessimistic view can be changed into a more optimistic one by stimulating activities to improve the environment. The fact that most pupils judged their own future positive may indicate that they feel to have some control on the quality of their own life
Distels in de Loowaard
Grondwinning in rivieruiterwaarden wordt tegenwoordig vaak gecombineerd met natuurontwikkeling, wat betekent dat deze gebieden extensiever zullen worden beheerd dan in het recente agrarische verleden. Bij de plotselinge overschakeling naar een extensievere beheersvorm breiden akkerdistelvelden zich doorgaans plaatselijk sterk uit, vooral als er veel vergraven is. In het geval van de Loowaard (gemeente Duiven) heeft dit geleid tot klachten over de jaarlijkse productie van enorme hoeveelheden zaden diezich door zaadpluis verbreiden. De vraag is hoe overlast van distelpluis kan worden voorkomen zonder afbreuk te doen aan de natuurkwaliteit van de Loowaard. In dit rapport is de relevante literatuur over de akkerdistel samengevat en wordt advies gegeven hoe klachten kunnen worden voorkomen
Vrijwillig natuurbeheer
In ons land zetten ongeveer 40.000 vrijwilligers zich in voor het behoud van de kwaliteit van natuur en landschap. Voor zover de doelmatigheid van het werk te wensen overlaat, kan deze worden vergroot door in een vroeg stadium doel en werkwijze met alle betrokkenen te bespreken. Dat kan het contact bevorderen tussen vrijwilligers die inventariseren en vrijwilligers die helpen bij het terreinbeheer. Wanneer het resultaat daarvan via de pers of tijdens een voorlichtingsbijeenkomst aan omwonenden van het betreffende gebied kenbaar wordt gemaakt, voorkomt dit niet alleen nodeloze drukte over impopulaire maatregelen
Ecologische evaluatie van een landgoederenzone (gemeente Zeist)
De landgoederen langs de Driebergseweg (tussen Zeist en Driebergen) liggen op de overgang van de Utrechtse Heuvelrug naar het Kromme Rijngebied en bezitten daardoor een hoge ecologische potentie. Ze staan echter onder grote stedelijke druk. Ontwikkelingen in dit gebied, zoals grondwaterstandsdaling en woningbouw, hebben afbreuk gedaan aan ecologische potenties. De vraag is wat er nog aan waarden kan worden hersteld, mede met het oog op het feit dat de landgoederen thans in bezit zijn van de Stichting Het Utrechts Landschap. Om een betere basis te krijgen voor de benodig over de natuurkwaliteit en de ruimtelijke samenhang van de landgoederen. In dit rapport worden zowel de actuele, als de potentiele kwaliteiten van het gebied besproken. Tevens worden enkele aanbevelingen gedaan ter verbetering van de situatie
- …