11 research outputs found

    Survey polychlooralkanen (korte keten)

    Get PDF
    Chloorparaffines (polychlooralkanen, PCA’s) zijn sterk accumulerend (vergelijkbaar en zelfs sterker dan de PCB’s, afhankelijk van de ketenlengte) in biota. Gehalten in vis in historische buitenlandse studies (gegevens uit artikelen vanaf 1980 tot 2001) variëren van 82 (vis uit Atlantische Oceaan) tot 3700 (tarbotlever) μg/kg op vetbasis. Herhaalde blootstelling aan deze stoffen leidt bij proefdieren tot lever-, nier- en schildkliertoxiciteit waarbij de toxiciteit het grootst is bij de kortketenige, hoog gechloreerde verbindingen. Bij langdurige blootstelling resulteert dit in lever- en schildkliertumoren, maar de stoffen zijn niet genotoxisch. Door de WHO is daarom een TDI voor chronische blootstelling vastgesteld van 11 μg/kg lg/dag. Een beperkte inventariserende survey m.b.t. PCA’s (C10-C13, korte keten) is in 2008 uitgevoerd met een door IMARES recent ontwikkelde methode. De uit deze survey verkregen resultaten van diverse onderzochte Nederlandse visserijproducten, variëren voor PCA’s (C10-C13, korte keten) va

    TIE-studie van dioxine-achtige stoffen in zwevend stof en sediment met behulp van de DR-CALUX assay en gas chromatografie met time-of-flight massaspectrometrie

    Get PDF
    In dit onderzoek werd de toxiciteit van dioxine-achtige stoffen met behulp van de DR-CALUX assay van zwevend stof en sediment monsters bepaald

    Analyse van baggerslib met de DR-CALUX assay en een screening met gaschromatografie met time-of-flight massaspectrometrie

    Get PDF
    In dit onderzoek werd de toxiciteit van dioxine-achtige stoffen met behulp van de DR-CALUX assay van sediment uit het Zeehavenkanaal van Delfzijl bepaald. De toxiciteit was vergelijkbaar met de resultaten uit het onderzoek van 2002. De activiteit van het sediment bewerkt met een niet-destructieve methode (GPC) was 100 maal hoger dan wanneer het sediment werd bewerkt met het standaard protocol (SPECIE-01) waarbij een chemisch agressieve methode wordt toegepast. Dit bevestigt de resultaten uit eerder onderzoek. Na 18 maanden van anaërobe degradatie van het sediment was de DR-CALUX activiteit van de totale hoeveelheid extraheerbare stoffen met een DR-CALUX activiteit onveranderd, maar een verhoging werd waargenomen voor de fractie waarin zich dioxinen, furanen en PCB’s bevonden. Onduidelijk is waardoor deze verhoging werd veroorzaakt. Echter een sterke afname in DRCALUX activiteit werd gevonden voor stoffen die biologisch beschikbaar zijn. In sediment werd een drietal stoffen (dichloroanthraceen, dichloro-lichexanthone, dichloorbenzidine) met gaschromatografie met time-of-flight massaspectrometrie geïdentificeerd. Deze stoffen bezitten mogelijk een DR-CALUX activiteit en kunnen daarom bijdragen in de dioxine-achtige toxiciteit. Uitgezocht zou moeten worden of deze stoffen inderdaad een activiteit bezitten en hoeveel van de toxiciteit verklaard kan worden

    Het bepalen van hexabroomcyclododecaan op tomaten (vruchten en planten)

    Get PDF
    De tomatenplanten van HBCD-trays bevatten twee keer zoveel HBCD als tomatenplanten van HBCD-vrije trays (resp. 2,0 en 2,6 ug/kg t.o.v. 1,2 en 0,9 ug/kg). In alle tomatenvruchtenmonsters waren de HBCD gehaltes zeer laag

    Survey polychlooralkanen (korte keten)

    No full text
    Chloorparaffines (polychlooralkanen, PCA’s) zijn sterk accumulerend (vergelijkbaar en zelfs sterker dan de PCB’s, afhankelijk van de ketenlengte) in biota. Gehalten in vis in historische buitenlandse studies (gegevens uit artikelen vanaf 1980 tot 2001) variëren van 82 (vis uit Atlantische Oceaan) tot 3700 (tarbotlever) μg/kg op vetbasis. Herhaalde blootstelling aan deze stoffen leidt bij proefdieren tot lever-, nier- en schildkliertoxiciteit waarbij de toxiciteit het grootst is bij de kortketenige, hoog gechloreerde verbindingen. Bij langdurige blootstelling resulteert dit in lever- en schildkliertumoren, maar de stoffen zijn niet genotoxisch. Door de WHO is daarom een TDI voor chronische blootstelling vastgesteld van 11 μg/kg lg/dag. Een beperkte inventariserende survey m.b.t. PCA’s (C10-C13, korte keten) is in 2008 uitgevoerd met een door IMARES recent ontwikkelde methode. De uit deze survey verkregen resultaten van diverse onderzochte Nederlandse visserijproducten, variëren voor PCA’s (C10-C13, korte keten) va

    TIE-studie van dioxine-achtige stoffen in zwevend stof en sediment met behulp van de DR-CALUX assay en gas chromatografie met time-of-flight massaspectrometrie

    No full text
    In dit onderzoek werd de toxiciteit van dioxine-achtige stoffen met behulp van de DR-CALUX assay van zwevend stof en sediment monsters bepaald

    Analyse van baggerslib met de DR-CALUX assay en een screening met gaschromatografie met time-of-flight massaspectrometrie

    No full text
    In dit onderzoek werd de toxiciteit van dioxine-achtige stoffen met behulp van de DR-CALUX assay van sediment uit het Zeehavenkanaal van Delfzijl bepaald. De toxiciteit was vergelijkbaar met de resultaten uit het onderzoek van 2002. De activiteit van het sediment bewerkt met een niet-destructieve methode (GPC) was 100 maal hoger dan wanneer het sediment werd bewerkt met het standaard protocol (SPECIE-01) waarbij een chemisch agressieve methode wordt toegepast. Dit bevestigt de resultaten uit eerder onderzoek. Na 18 maanden van anaërobe degradatie van het sediment was de DR-CALUX activiteit van de totale hoeveelheid extraheerbare stoffen met een DR-CALUX activiteit onveranderd, maar een verhoging werd waargenomen voor de fractie waarin zich dioxinen, furanen en PCB’s bevonden. Onduidelijk is waardoor deze verhoging werd veroorzaakt. Echter een sterke afname in DRCALUX activiteit werd gevonden voor stoffen die biologisch beschikbaar zijn. In sediment werd een drietal stoffen (dichloroanthraceen, dichloro-lichexanthone, dichloorbenzidine) met gaschromatografie met time-of-flight massaspectrometrie geïdentificeerd. Deze stoffen bezitten mogelijk een DR-CALUX activiteit en kunnen daarom bijdragen in de dioxine-achtige toxiciteit. Uitgezocht zou moeten worden of deze stoffen inderdaad een activiteit bezitten en hoeveel van de toxiciteit verklaard kan worden

    Preliminary study on the occurrence of brominated organic compounds in Dutch marine organisms

    No full text
    The extracts of three marine organisms; the ascidian Ciona intestinalis, the brown seaweed Sargassum muticum and the sponge Halichondria panicea, all elicited a number of brominated compounds, some of which were tentatively identified. Tribromophenol was observed in all species. This compound, also industrially produced as flame retardant and fungicide, was likely due to endogenous production

    Preliminary study on the occurrence of brominated organic compounds in Dutch marine organisms

    No full text
    The extracts of three marine organisms; the ascidian Ciona intestinalis, the brown seaweed Sargassum muticum and the sponge Halichondria panicea, all elicited a number of brominated compounds, some of which were tentatively identified. Tribromophenol was observed in all species. This compound, also industrially produced as flame retardant and fungicide, was likely due to endogenous production
    corecore