16 research outputs found
Biomass for the Circular Economy : Everything you wanted to know about biomass but were afraid to ask
We have compiled this booklet with the aim of providing an overview and, where possible, guidelines for policy and entrepreneurship. It offers an overview of the types of biomass and biomass availability on the scale of the Netherlands, Europe and the world, and the available technologies for converting biomass into a range of useful products
Biomassa voor de circulaire economie : Alles wat je wilde weten over biomassa maar nooit durfde te vragen
Nederland en de meeste andere landen willen het gebruik van koolstofhoudende fossiele grondstoffen zoals aardolie, steenkool en aardgas verminderen. De twee belangrijkste motivaties hiervoor zijn de klimaatproblematiek en de eindigheid van de voorraden van deze grondstoffen. Het gebruik van fossiele brandstoffen en kunststoffen die gemaakt zijn uit fossiele grondstoffen verandert het klimaat doordat na verbranding of na biologische afbraak koolstofdioxide vrijkomt dat zich ophoopt in de atmosfeer en daar het broeikaseffect versterkt. Een atmosfeer met een verhoogd gehalte aan koolstofdioxide houdt de warmte beter vast en verhoogt daardoor de temperatuur van de atmosfeer, zoals een broeikas dat doet. Sinds het jaar 1750, het begin van de industriële revolutie, is de koolstofdioxideconcentratie met 48% toegenomen en veel klimatologen gaan er vanuit dat dat de hoofdoorzaak is van de eveneens toegenomen temperatuur op aarde. Volgens hen zal deze temperatuursverhoging leiden tot een stijging van de zeespiegel en extremer weer (stormen, droogte, overstromingen)
Biomass for the Circular Economy : Everything you wanted to know about biomass but were afraid to ask
We have compiled this booklet with the aim of providing an overview and, where possible, guidelines for policy and entrepreneurship. It offers an overview of the types of biomass and biomass availability on the scale of the Netherlands, Europe and the world, and the available technologies for converting biomass into a range of useful products
Biomassa voor de circulaire economie : Alles wat je wilde weten over biomassa maar nooit durfde te vragen
Nederland en de meeste andere landen willen het gebruik van koolstofhoudende fossiele grondstoffen zoals aardolie, steenkool en aardgas verminderen. De twee belangrijkste motivaties hiervoor zijn de klimaatproblematiek en de eindigheid van de voorraden van deze grondstoffen. Het gebruik van fossiele brandstoffen en kunststoffen die gemaakt zijn uit fossiele grondstoffen verandert het klimaat doordat na verbranding of na biologische afbraak koolstofdioxide vrijkomt dat zich ophoopt in de atmosfeer en daar het broeikaseffect versterkt. Een atmosfeer met een verhoogd gehalte aan koolstofdioxide houdt de warmte beter vast en verhoogt daardoor de temperatuur van de atmosfeer, zoals een broeikas dat doet. Sinds het jaar 1750, het begin van de industriële revolutie, is de koolstofdioxideconcentratie met 48% toegenomen en veel klimatologen gaan er vanuit dat dat de hoofdoorzaak is van de eveneens toegenomen temperatuur op aarde. Volgens hen zal deze temperatuursverhoging leiden tot een stijging van de zeespiegel en extremer weer (stormen, droogte, overstromingen)
Influence of synthetic packing materials on the gas dispersion and biodegradation kinetics in fungal air biofilters
The biodegradation of toluene was studied in two
lab-scale air biofilters operated in parallel, packed respec-
tively with perlite granules (PEG) and polyurethane foam
cubes (PUC) and inoculated with the same toluene-
degrading fungus. Differences on the material pore size,
from micrometres in PEG to millimetres in PUC, were
responsible for distinct biomass growth patterns. A compact
biofilm was formed around PEG, being the interstitial
spaces progressively filled with biomass. Microbial growth
concentrated at the core of PUC and the excess of biomass
was washed-off, remaining the gas pressure drop compar-
atively low. Air dispersion in the bed was characterised by
tracer studies and modelled as a series of completely stirred
tanks (CSTR). The obtained number of CSTR (
n
) in the
PEG packing increased from 33 to 86 along with the
applied gas flow (equivalent to empty bed retention times
from 48 to 12 s) and with operation time (up to 6 months).
In the PUC bed,
n
varied between 9 and 13, indicating that
a stronger and steadier gas dispersion was achieved.
Michaelis
–
Menten half saturation constant (
k
m
) estimates
ranged 71
–
113 mg m
−
3
, depending on the experimental
conditions, but such differences were not significant at a
95% confidence interval. The maximum volumetric elim-
ination rate (
r
m
)variedfrom23to50gm
−
3
h
−
1
.
Comparison between volumetric and biomass specific
biodegradation activities indicated that toluene mass trans-
fer was slower with PEG than with PUC as a consequence
of a smaller biofilm surface and to the presence of larger
zones of stagnant air