83 research outputs found

    Weinig gevaar van distelzaad

    Get PDF
    Telers zijn zeer beducht op de verspreiding van akkerdistelzaad uit natuurgebieden, omdat ze bang zijn voor veronkruiding van percelen. Toch blijkt deze verspreiding erg mee te vallen, zo blijkt uit veldproeven van PPO-AGV en PRI

    Vullen en reiniging spuitapparatuur als mogelijke emissieroutes van gewasbeschermingsmiddelen : enquete gehouden onder akkerbouwers binnen Telen met toekomst netwerk

    Get PDF
    Is de reiniging van spuitapparatuur een (mogelijk) belangrijke oorzaak van de normoverschrijdende belasting van het oppervlaktewater met gewasbeschermingsmiddelen? Doel van het onderzoek is het vaststellen van de omvang van de emissie die ontstaat bij het reinigen van spuitapparatuur. De mogelijke verschillende emissieroutes tijdens het vul- en/of reinigingsproces van de spuitapparatuur moeten worden benoemd en er moet een inschatting van de omvang van de emissie via deze routes worden gemaakt. Daartoe is in 2007 een enquête gehouden, waarover in dit verslag gerapporteerd word

    Literatuurstudie 'Teelt van groenbemesters in combinatie met niet-kerende grondbewerking'

    Get PDF
    Het principe van minimale grondbewerking gaat uit van het zo min mogelijk verstoren van de grond en het zolang mogelijk bedekt houden van de grond. Voor het bedekt houden, worden vooral groenbemesters (cover crops) gebruikt. Er zijn verschillende technieken beschikbaar om deze groenbemesters in het voorjaar te bewerken, zoals kneuzen, ondergronds doorsnijden, rollen, rollen in combinatie met kneuzen en maaien. Met name in Brazilië, de Verenigde Staten en Canada is veel onderzoek en praktijkervaring opgedaan met minimale grondbewerking. De vraag is in hoeverre deze kennis bruikbaar is voor de Nederlandse landbouw. In deze literatuurstudie is o.a. gekeken naar de geschiktheid van groenbemesters om stikstof in het najaar op te nemen en deze de winter over te dragen. Zo wordt voorkomen dat de in het profiel aanwezige stikstof verloren gaat. Voor het overdragen van stikstof is de eigenschap “winterhardheid” van belang. Als een groenbemester gedurende de winter dood vriest, gaat de opgenomen stikstof alsnog verloren. Het bedekt houden van de grond door een afgestorven of dood gevroren groenbemester beperkt echter nog wel de kieming van onkruid en voorkomt erosie, en heeft dus nog wel voordele

    Aangepast doseringssysteem herbiciden in wintertarwe : kosten soms te verlagen tot 50 %

    Get PDF
    Onkruidbestrijding in wintertarwe door met lagere doseringen te spuiten. In proeven van PPO-AGV op drie proeflocaties (Valthermond, Kollumerwaard, Nagele) zijn de effecten onderzocht van lagere doseringen van verschillende gangbare en experimentele herbiciden op het aanwezige onkruidbestand; daarbij is specifiek gekeken naar de bestrijding van veelknopige onkruiden. De effectiviteit van een lagere dosering wordt in belangrijke mate bepaald door grootte en soort van de onkruiden en de mate van afharding. Daarnaast is ook de standdichtheid van het gewas belangrij

    Teelt van biomassa niet rendabel

    Get PDF
    Op verschillende locaties in Nederland werd gedurende de jaren 1993-1999 onderzoek gedaan naar de geschiktheid van miscanthus en hennep als akkerbouwmatig geteeld energiegewas. De resultaten wat betreft gewasproductiviteit (biomassa-opbrengst) bij verschillende stikstofbemestingsniveaus en plantdichtheden, de minerale samenstelling en minerale behoeften van het gewas, gewasopkomst en gewasvestiging bij variërende plantleeftijd, poottijd en rhizoomgrootte (voor miscanthus), en voor beide gewassen de economische perspectieven. Ondanks goede opbrengsten kan het saldo niet tippen aan het gemiddelde van de gewassen in een normaal bouwplan; ook hier zijn weer subsidies nodi

    Screening herbiciden in kleine gewassen (AGV4421, 2004)

    Get PDF
    In het kader van het meerjarig onderzoek naar de selectiviteit van herbiciden in gewassen met een klein areaal, zijn in 2004 de volgende gewassen onderzocht: blauwmaanzaad, boerenkool, Chinese kool, erwt, zaaiprei, raketblad, stamslaboon, knolselderij en venkel. Er is een keuze gemaakt uit potentiële bodem- en contactherbiciden, waarvan er zeven herbiciden of combinaties van herbiciden zowel als bodem als contactherbiciden zijn meegenomen, één herbicide alleen als bodemherbicide en zeven herbiciden alleen als contact herbicide. De gewassen zijn op twee verschillende tijdstippen gezaaid. Door op twee tijdstippen te spuiten werd getracht om in vier verschillende gewasstadia te toetsen op selectiviteit. Na de bespuitingen zijn de gewassen beoordeeld op de mate van gewasschade door het middel, en groeireductie

    Literatuurstudie kritisch doseren MCPA en 2,4-D

    Get PDF
    Voor zowel MCPA als 2,4-D wordt de drinkwaternorm in oppervlaktewater bestemd voor drinkwater af en toe overschreden. Het aantal overschrijdingen neemt echter toe. Een mogelijke oplossing om tot terugdringing van het aantal normoverschrijdingen te komen is vermindering van het gebruik van MCPA en 2,4-D door gebruik van alternatieven en door kritisch te doseren. De doelstelling van deze studie is om inzichtelijk te maken welke kennis beschikbaar is voor het opstellen van adviezen voor kritische dosering van 2,4-D en MCPA en welke informatie die hiervoor nodig is eventueel nog ontbreekt. In dit rapport wordt de beschikbare kennis voor kritisch gebruik van MCPA en 2,4-D in de teelt van granen, voedergewassen, graszaad, gladiolus, vlas, aardbei, mais, asperge, zetmeel-, poot, en consumptieaardappelen op een rijtje gezet

    Screening herbiciden in knolselderij (KAS450, 2004)

    Get PDF
    Knolselderij (Apium graveolens L., var. rapaceum) heeft een lange kiemduur en voor een groot deel van het groeiseizoen een “open” gewasstructuur, zodat onkruid gedurende een lange periode kan kiemen en tot ontwikkeling kan komen. Tussen de rijen kan geschoffeld worden en bij goed vastgegroeide planten kan in de rij gewerkt worden met machines als vinger- en rotorwieder. Deze machines zijn echter (lang) niet zo effectief als chemische middelen en veroorzaken veelal ook gewasschade. In een ter plaatse gezaaid gewas zijn ze niet bruikbaar omdat ze dan teveel gewasschade veroorzaken en de effectiviteit tegen het onkruid te laag is. Chemische onkruidbestrijding is daarom in knolselderij belangrijk. Er zijn echter maar twee middelen toegelaten: linuron en de grassenbestrijder Fusilade. Gezien het werkingsspectrum van deze middelen kunnen aantal belangrijke onkruidsoorten (straatgras, perzikkruid, zwaluwtong, varkensgras etc.) in knolselderij niet of nauwelijks bestreden worden

    Screening herbiciden in kleine gewassen : proefjaar 2003

    Get PDF
    In het kader van het meerjarig onderzoek naar de selectiviteit van herbiciden in gewassen met een klein areaal, zijn in 2003 de volgende gewassen onderzocht: boon, erwt, kool, peen, raketblad, ui, venkel, vlas en witlof. Er is een keuze gemaakt uit potentiële bodem- en contactherbiciden, waarvan er twaalf in twee doseringen en één in vier doseringen (twee doseringen als bodemherbicide en twee doseringen als contactherbicide) getoetst zijn in de hierboven genoemde gewassen. De gewassen zijn op twee verschillende tijdstippen gezaaid. Door op twee tijdstippen te spuiten werd er in vier verschillende gewasstadia getoetst op selectiviteit. Na de bespuitingen zijn de gewassen beoordeeld op de mate van gewasschade (mate van aantasting door het middel) en groeireductie
    corecore