207 research outputs found
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP 2008 monitoringsprogramma van bot (Platichthys flesus L.). Biologische gegevens van bot en milieukritische stoffen in bot
De in dit rapport beschreven werkzaamheden zijn door Wageningen IMARES uitgevoerd op basis van een opdracht van Rijkswaterstaat in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van de OSPARCOM. De opdracht hield in het verkrijgen van biologische gegevens van bot. De benodigde monsters bot werden verzameld door IMARES. Tevens werd materiaal van bot verzameld voor chemisch onderzoek en geanalyseerd. De opdracht is gebaseerd op het werkdocument “Werkplan monitoring visziekten en chemische stoffen in botten, 2008”, van 7 mei 2008
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP 2009 monitoringsprogramma van bot (Platichthys flesus L.). Biologische gegevens van bot en milieukritische stoffen in bot
De in dit rapport beschreven werkzaamheden zijn in 2009 door IMARES uitgevoerd op basis van een opdracht van Rijkswaterstaat in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van de OSPARCOM. De opdracht hield in het verkrijgen van biologische gegevens van bot (visziekten). De benodigde monsters bot werden verzameld door IMARES. Tevens werd materiaal van bot verzameld voor chemisch onderzoek en geanalyseerd
Catch comparison of pulse trawls vessels and a tickler chain beam trawler
Comparative fishing trials were conducted in May 2011 (week 19) on commercial beam trawlers fishing with conventional tickler chain beam trawls (on MFV GO4), pulse wings made by HFK-Engineering of Baarn, the Netherlands (MFV TX36), and pulse trawls produced by the DELMECO-Group of Goes, the Netherlands (version used on MFV TX68). The three vessels fished side-by-side as much as possible. Landings and discards of these vessels were monitored. Special emphasis was given on cod and whiting, that were dissected to study possible spinal damage. Result for TX36 and TX68 are expressed in terms of percentages of GO4. The pulse characteristics were as follows: TX36: voltage 45 V0 to peak, pulse frequency: 45 Hz, pulse duration 380 μs; electric power on single gear: 7.0 kW; TX68: voltage 50 V0 to peak, pulse frequency: 50 Hz, pulse duration 220 μs; electric power on single gear: 8.5 kW. The fuel consumption recorded over the whole week was considerably lower for the pulse trawls, i.e. on TX36 (40%) and on TX68 (54%), than for the tickler chain beam trawls used on the GO4. The net earnings (taken as gross earnings minus fuel costs) for the TX36 were almost twice as large at 186%, and for the TX68 also considerably higher at 155%. The vessels with pulse trawls caught fewer (65-69%) target species, but also less (30-50%) immature and non-target fish ('discards'), and benthic species (48-73%) than the vessel with tickler chains on these fishing grounds and in this period. The pulse gears caught fewer (19-42%) kg per hour cod than the tickler chain beam trawls, but the catches of cod on all three vessels were very small. For plaice and dab these differences were statistically proven, for brill, turbot and cod this was not the case. There was no marked difference between both pulse trawl vessels in total landings. The TX68 caught less marketable sole, but not significantly less undersized sole than the GO4. The TX36 caught less undersized sole, but here the difference in marketable fish was not significant. Catches of brill and turbot were so small that no statistically substantiated conclusion could be drawn. Only for undersized turbot the TX36 caught less. For whiting we found a demonstrable reduction in both marketable and undersized fish in both pulse fishing vessels. The TX36 caught less whiting in number per hour. The CPUEs found from the auction data and the sampled hauls correlated reasonably well for the most abundant species, such as plaice and sole. However, for less abundant species the results did not match very well, and care should be taken to increase the sampling rate in future comparative fishing studies. Spinal fracture in cod occurred under pulse stimulation but to a limited extent in both marketable and undersized fish. There is an indication that this happens slightly more on TX68 (11%) than on TX36 (7%). Whiting hardly seems to suffer any damage
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP2017 monitoringsprogramma van milieukritische stoffen in schelpdieren
In opdracht van Rijkswaterstaat zijn door Wageningen Marine Research werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van OSPAR. In dit project, gebaseerd op het door RWS aangeleverde werkdocument “Monitoring chemische stoffen in mariene schelpdieren 2015, meetplan chemisch meetnet MWTL”, worden schelpdieren van twee locaties, Westerschelde en de Eems-Dollard, onderzocht op de gehalten van milieukritische stoffen, zowel organische contaminanten als metalen. Deze schelpdieren worden door RWS aangeleverd in vijf lengteklassen. De beschikbaarheid van grote Blauwe mosselen, Mytilus edulis, in de Westerschelde is echter laag, mede door verdringing door de Japanse oester, Crassostrea gigas. In de Eems-Dollard zijn alle klassen mosselen schaars. Daarom worden, bij afwezigheid van mosselen in de geschikte lengteklassen, als alternatief Japanse oesters bemonsterd. De werkzaamheden zijn in 2017 volgens het RWS-protocol (versie 2015) uitgevoerd, met de kanttekening dat de grootste lengteklasse mosselen voor de locatie Westerschelde niet kon worden geleverd. De Japanse oester is ter vervanging aangeleverd. In de locatie Eems-Dollard werden ook dit jaar onvoldoende mosselen in elke lengteklasse aangetroffen, daarom zijn alleen Japanse Oesters geanalyseerd
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP2017 monitoringsprogramma van bot (Platichthys flesus L.) : biologische en chemische gegevens van JAMP Bot
In opdracht van Rijkswaterstaat zijn in 2017 door Wageningen Marine Research werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van de OSPARCOM. De werkzaamheden betreffen het vangen van botten ten behoeve van de vaststelling van aandoeningen (visziekten), het prepareren van (onderdelen van) botten voor en het uitvoeren van chemische contaminantanalyse. Tot de werkzaamheden behoort ook het verrichten van een aantal veldwaarnemingen. De verzamelde gegevens en analyse-uitkomsten worden aangeleverd in dit rapport. In 2017 is het chemisch onderzoek uitgevoerd op de locaties Kustzone Noordwijk, Westerschelde en Eems-Dollard en het visziekte onderzoek op de locaties Westerschelde en Eems-Dollard. De werkzaamheden zijn volgens protocol uitgevoerd. Het percentage visziekten was hoger dan voorgaande jaren, voornamelijk veroorzaakt door leverworm. De gehalten aan contaminanten zijn vergelijkbaar met voorgaande jaren. De resultaten van deze opdracht zijn in tabelvorm als bijlagen achter in dit rapport bijgevoegd
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP 2014 monitoringsprogramma van bot (Platichthys flesus L.). Biologische gegevens
In opdracht van Rijkswaterstaat zijn in 2014 door IMARES werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van de OSPARCOM. De werkzaamheden bestonden uit het verzamelen van monsters bot waarvan biologische parameters werden bepaald. Tevens werden in deze botten milieukritische stoffen geanalyseerd. De verzamelde gegevens en analyse-uitkomsten worden aangeleverd in dit rapport
Resultaten van het Rijkswaterstaat JAMP 2014 monitoringsprogramma van schol (Pleuronects platessa L.)
In opdracht van Rijkswaterstaat zijn in 2014 door IMARES werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het Joint Assessment and Monitoring Program van de OSPARCOM. De werkzaamheden bestonden uit het verzamelen van monsters schol waarin, naast het vaststellen van biologische parameters, milieukritische stoffen zijn geanalyseerd. De verzamelde gegevens en analyse-uitkomsten worden aangeleverd in dit rapport
Baseline studie naar potentieel bioaccumuleerbare stoffen in oppervlaktewater
Onderzoek werd uitgevoerd naar de bepaling van potentieel bioaccumuleerbare verbindingen (PBS) in influent, effluent en oppervlaktewateren uit Nederland. Hierbij werd gebruik gemaakt van SPME-extractie gecombineerd met een GC-FID/MS detectie. Kwantificering en het scheidend vermogen tussen gehalten was betrouwbaarder met FID dan met MS detectie. De aangetroffen PBS-gehalten in effluent en oppervlaktewater varieerden tussen de 0,7 en 3,8 mM en liggen lager dan de acute en chronische toxiciteitswaarden voor vis, watervlo en alg. Het RWZI influent PBS-gehalte was circa tien maal hoger dan in effluent en lag rond de acute narcotische toxiciteitwaarde voor watervlo. Als achtergrond gehalte in oppervlaktewater wordt 1 mM aangehouden
- …