712 research outputs found

    Voorsorteren op de belofte van DBFM

    Get PDF
    Integrale DBFM-contracten in de transportinfrastructuur zijn nieuw en het duurt nog jaren voordat de eerste contracten aflopen. Om eerder al een indruk te krijgen van de prestatie van DBFM is systematische evaluatie nodig. Maar hoe evalueer je projectresultaten die in een wirwar van complexiteit tot stand komen? Net zoals smaakvolle gerechten tot stand komen door de juiste combinatie van ingrediënten is het zaak om de juiste elementen binnen DBFM te selecteren en te evalueren. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat transportinfrastructuur-projecten, zowel in Nederland als wereldwijd, regelmatig hun planningen en budgetten overschrijden (Cantarelli, 2011). Een contractvorm die recentelijk veel aandacht geniet als een middel om betere resultaten te boeken is Design, Build, Finance & Maintain, afgekort DBFM (Reynaers & Verweij, 2014). Deze contractvorm kenmerkt zich door integraliteit (Eversdijk & Korsten, 2009): de verantwoordelijkheden voor het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud van de weg zijn neergelegd bij een private partij, vaak een consortium. De private partij levert de publieke opdrachtgever geen product maar een dienst, die is vastgelegd in een prestatiecontract. Bij transportinfrastructuurprojecten gaat het dan om de beschikbaarheid van een bepaald wegtraject, vaak voor perioden van tussen de 15 en 30 jaar (Eversdijk & Korsten, 2009)

    Once the shovel hits the ground

    Get PDF
    Abstract Much attention is being paid to the planning of public-private partnership (PPP) infrastructure projects. The subsequent implementation phase – when the contract has been signed and the project ‘starts rolling’ – has received less attention. However, sound agreements and good intentions in project planning can easily fail in project implementation. Implementing PPP infrastructure projects is complex, but what does this complexity entail? How are projects managed, and how do public and private partners cooperate in implementation? What are effective management strategies to achieve satisfactory outcomes? This is the fi rst set of questions addressed in this thesis. Importantly, the complexity of PPP infrastructure development imposes requirements on the evaluation methods that can be applied for studying these questions. Evaluation methods that ignore complexity do not create a realistic understanding of PPP implementation processes, with the consequence that evaluations tell us little about what works and what does not, in which contexts, and why. This hampers learning from evaluations. What are the requirements for a complexity-informed evaluation method? And how does qualitative comparative analysis (QCA) meet these requirements? This is the second set of questions addressed in this thesis

    Systeemsynchronisatie bij gebiedsontwikkeling Avenue2 Maastricht: Overheid en markt doen beide waar ze goed in zijn

    Get PDF
    __Abstract__ Bij het realiseren van ruimtelijke projecten wordt vaak veel nadruk gelegd op het belang van integratie. Het is 'the way forward' om bij te dragen aan ruimtelijke kwaliteit en efficientere planningsprocedures. Toch moet het belang van fragmentatie niet worden vergeten, blijkt uit onderzoek van Stefan Verweij. Integrale opgaven kunnen alleen efficient en effectief word en gerealiseerd als taken en verantwoordelijkheden duidelijk verdeeld zijn. Het management van ruimtelijke projecten vraagt daarom om systeemsynchronisatie

    Ethiek In En Van Kwalitatief Onderzoek

    Get PDF
    In november 2012 publiceerde de Commissie Levelt haar eindrapport van het onderzoek naar de frauduleuze onderzoekspraktijken van sociaalpsycholoog Diederik Stapel. Integriteit en ethiek in sociaalwetenschappelijk onderzoek kregen naar aanleiding van deze kwestie in de media en de wetenschap volop aandacht. Een van de aanbevelingen in het rapport is dat stafleden en promovendi bij hun aanstelling worden geïnformeerd over de ethische normen binnen hun instelling en dat promovendi worden onderwezen in de ethiek (p. 57). Een andere aanbeveling is dat onderzoeksdata – zowel ruwe data als datasets – worden gearchiveerd en op aanvraag ter beschikking worden gesteld aan andere wetenschapsbeoefenaren. Deze aanbevelingen zijn illustratief voor de nieuwe ontwikkelingen waarmee kwalitatieve onderzoekers te maken hebben

    Beleidsevaluaties tussen methode en praktijk: Naar een meer realistische evaluatiebenadering

    Get PDF
    __Abstract__ Het idee dat evaluatie kan bijdragen aan het verbeteren van beleid is niets nieuws onder de zon. Al in de jaren ’80 van de vorige eeuw bloeide evaluatie op met de bedoeling beleidsformulering en beleidsuitvoering te informeren, en in het hedendaagse ‘evidence-based’ tijdperk is evaluatie meer dan ooit een bloeiende praktijk. 1 Nederland volgde historisch weliswaar een ander en sneller traject dan Belgie¨, waar evaluatie slechts na de millenniumwisseling algemeen ingang vond.2 De potentie van evaluatie is tegenwoordig niettemin grotendeels (h)erkend en wordt gevat in adagia als ‘leren van evalueren’. Er worden met regelmaat evaluatiestudies uitgevoerd, maar opvallend is dat deze in toenemende mate ook het gebruik van evaluatieonderzoek zelf betreffen

    Systematische kwalitatieve vergelijkende analyse

    Get PDF
    __Abstract__ Systematische kwalitatieve vergelijkende analyse (SKVA) – of Qualitative Comparative Analysis (QCA) in het Engels – is in 1987 door Charles C. Ragin geïntroduceerd met zijn boek The comparative method. Ragin beoogt met zijn werk een brug te slaan tussen kwalitatief casusonderzoek en kwantitatief variabelegeoriënteerd onderzoek, waarbij hij een synthese van beide onderzoekstypen voorstelt. SKVA staat een vergelijking van casussen voor, waarbij de gedetailleerde complexiteit van afzonderlijke casussen en de diversiteit van het desbetreffende verschijnsel grotendeels behouden blijven (Ragin, 1987). SKVA kan voor verscheidene doeleinden worden gebruikt, waaronder het systematisch samenvatten en ordenen van grote hoeveelheden kwalitatieve data, het ontdekken van patronen en verschillen tussen casussen en het ontwikkelen en articuleren van nieuwe theoretisch

    Zonder Bruggenbouwers Geen Integrale Gebiedsontwikkeling: De Cases A2 Maastricht En Caterham Barracks

    Get PDF
    __Abstract__ Integrale gebiedsontwikkeling biedt kansen voor het beter benutten van schaarse ruimte en het realiseren van economische voordelen. Daarnaast kan het zorgen voor meer betrokkenheid bij en een breder maatschappelijk draagvlak voor ruimtelijke ontwikkeling. Maar integrale gebiedsontwikkeling is complex en het vraagt van partijen met uiteenlopende belangen en denkbeelden dat ze met elkaar communiceren, elkaar begrijpen en tot gezamenlijke besluitvorming komen. Bruggenbouwers vervullen hierin een belangrijke rol, laat recent onderzoek zien. Wie zijn deze bruggenbouwers, wat doen ze, en hoe helpen ze integrale gebiedsontwikkeling succesvol te realiseren

    Do public–private partnerships achieve better time and cost performance than regular contracts?

    Get PDF
    Infrastructure development with public–private partnership (PPP) contracts has been claimed to lead to better performance compared to regular contracts. However, the empirical evidence for this claim is weak. The authors assessed the difference in the actual performance of Dutch infrastructure PPP projects (design–build–finance–maintain: DBFM) compared to regularly procured projects (design-and-construct: D&C). DBFM projects demonstrated significantly better cost performance. IMPACT: Public–private partnerships (PPPs) have been widely used for the development and management of transport infrastructure, such as highways, railways, and waterways. However, hard evidence that PPPs perform better than regularly procured projects is lacking. Existing evidence tends to rely on anecdotal and perceptual data. This paper provides policy-makers and managers with real information about the actual performance and benefits of PPPs
    • …
    corecore