1,763 research outputs found
Vooral kinderen uit bijstandsgezinnen geen kansrijke start:Ouderlijke hulpbronnen in de eerste duizend dagen tot en met de basisschoolperiode
De aanwezigheid van hulpbronnen in gezinnen is van belang voor een goede start van een kind. In dit artikel is gekeken naar onderwijsniveau, arbeidsparticipatie, welvaart, gezinsstabiliteit en mentale gezondheid van ouders in de eerste duizend dagen. Gekeken is naar de periode van conceptie tot de tweede verjaardag van in 2006 geboren kinderen en beslaat de periode van 2005 tot en met 2007. Vooral het ontbreken van meerdere hulpbronnen tegelijkertijd kan een risico betekenen voor de ontwikkeling van kinderen. Bij kinderen die opgroeien in een gezin met een bijstandsuitkering is bij 9 procent sprake van een opeenstapeling van vier risicofactoren. Bij kinderen in een gezin zonder bijstand is dat bij 0,2 procent het geval
Vooral kinderen uit bijstandsgezinnen geen kansrijke start:Ouderlijke hulpbronnen in de eerste duizend dagen tot en met de basisschoolperiode
Exploration of the BaSeL stellar library for 9 F-type stars COROT potential targets
The Basel Stellar Library (BaSeL models) is constituted of the merging of
various synthetic stellar spectra libraries, with the purpose of giving the
most comprehensive coverage of stellar parameters. It has been corrected for
systematic deviations detected in respect to UBVRIJHKLM photometry at solar
metallicity, and can then be considered as the state-of-the-art knowledge of
the broad band content of stellar spectra. In this paper, we consider a sample
of 9 F-type stars with detailed spectroscopic analysis to investigate the Basel
Stellar Library in two photometric systems simultaneously, Johnson (B-V, U-B)
and Stromgren (b-y, m_1, and c_1). The sample corresponds to potential targets
of the central seismology programme of the COROT space experiment, which have
been recently observed at OHP. The atmospheric parameters T_eff, [Fe/H], and
log g obtained from the BaSeL models are compared with spectroscopic
determinations as well as with results of other photometric calibrations. For a
careful interpretation of the BaSeL solutions, we computed confidence regions
around the best ^2-estimates and projected them on T_eff-[Fe/H],
T_eff-log g, and log g-[Fe/H] diagrams. (Abridged)Comment: 16 pages, LaTeX2e; version accepted for publication in the new A&A
Journal: minor changes + figures in black and white for better readabilit
Rapportage bedrijfsinformatie weidevogelgebieden
Op verzoek van LNV-Directie Kennis heeft Alterra in samenwerking met Sovon en Landschap Noord-Holland een helpdeskvraag beantwoord naar de relatie tussen weidevogels en bedrijfskenmerken. In het onderzoek zijn weinig verschillen gevonden tussen bedrijfsstructuurkenmerken van landbouwbedrijven in stabiele en niet-stabiele weidevogelgebieden. Wel lijkt in stabiele weidevogelgebieden het grondgebruik wat minder intensief en het aandeel gespecialiseerde melkveebedrijven iets kleiner. Mogelijk zijn andere dan de onderzochte bedrijfsfactoren meer van invloed
Ecologische randvoorwaarden voor weidevogelsoorten in het broedseizoen : resultaten van een pilotstudie in het Wormer- en Jisperveld
Veel onderzoek aan weidevogels in het afgelopen decennium is uitgevoerd in agrarisch gebied. Dit onderzoek is grotendeels uitgevoerd in een natuurreservaat onder extensieve landbouwkundige omstandigheden. Het terrein is aangewezen als Natura2000 gebied voor moerasvogels zoals de Roerdomp. Actueel discussiepunt is of het beheer ten behoeve van weidevogels in Natura2000-gebieden niet op gespannen voet staat met andere instandhoudingsdoelen zoals moerasvogels. Dit rapport laat zien dat dit soms het geval kan zijn, maar opgelost kan worden met het uitgekiend ruimtelijk scheiden van moeras en weilandgebieden. Het rapport draagt een aantal relevante verbeteringen aan voor het beheer van de 18.000 ha weidevogelreservaten in Nederland
End-to-End Learning on Multimodal Knowledge Graphs
Knowledge graphs enable data scientists to learn end-to-end on heterogeneous
knowledge. However, most end-to-end models solely learn from the relational
information encoded in graphs' structure: raw values, encoded as literal nodes,
are either omitted completely or treated as regular nodes without consideration
for their values. In either case we lose potentially relevant information which
could have otherwise been exploited by our learning methods. We propose a
multimodal message passing network which not only learns end-to-end from the
structure of graphs, but also from their possibly divers set of multimodal node
features. Our model uses dedicated (neural) encoders to naturally learn
embeddings for node features belonging to five different types of modalities,
including numbers, texts, dates, images and geometries, which are projected
into a joint representation space together with their relational information.
We implement and demonstrate our model on node classification and link
prediction for artificial and real-worlds datasets, and evaluate the effect
that each modality has on the overall performance in an inverse ablation study.
Our results indicate that end-to-end multimodal learning from any arbitrary
knowledge graph is indeed possible, and that including multimodal information
can significantly affect performance, but that much depends on the
characteristics of the data.Comment: Under submission. arXiv admin note: substantial text overlap with
arXiv:2003.1238
Ruimtelijke dynamiek van weidevogelpopulaties in relatie tot de kwaliteit van de broedhabitat. Welke factoren beïnvloeden de vestiging van weidevogels?
Recent onderzoek toonde aan dat percelen met een uitgestelde maaidatum geen hogere dichtheden weidevogels herbergen dan gangbaar, vroeg gemaaide percelen. Deze resultaten zijn moeilijk te verklaren aan de hand van bestaande kennis over ruimtelijke dynamiek en nestplaatskeuze van weidevogels. Deze studie heeft tot doel vast te stellen of de nestplaatsen van weidevogels ruimtelijke geassocieerd zijn met één of meerdere omgevingsvariabelen in de vestigingsfase. Voor de grutto werd daarnaast nog gekeken of de aanleg van plas-dras percelen leidt tot een verhoging van het aantal broedparen in de nabijheid van deze percelen en wat de invloedssfeer is van deze percelen (waar broeden de grutto’s die gebruik maken van een plas-dras perceel?)
An application of the Tree-Step Test-Interview (TSTI): A validation study of the Dutch and Norwegian versions of the 'Illegal Aliens Scale'
In this paper the results of a validation study of the Dutch and Norwegian versions of the Illegal Aliens (IA) Scale are discussed. The main objective is to evaluate the usefulness of the ThreeStep TestInterview (TSTI) as a pretesting method in a validation study. The TSTI is a new technique specifically developed to detect problems with selfcompletion questionnaires. The studys aims were twofold: (1) to evaluate the usefulness of the TSTI for detecting problems regarding attitude measurement; and (2) to identify potential problems with the IA Scale. The IA Scale is a Likerttype attitude scale consisting of 20 parallel interval items. Its main purpose is for large comparative sample studies of political and ideological attitudes, for example between subgroups within populations or between countries. The TSTI procedure appeared to be very productive in terms of the number and kind of problems that were found regarding the Dutch and Norwegian versions of the IA Scale. It is concluded that the TSTI is useful as a diagnostic tool in validation studies of instruments that are aimed at measuring attitudes
- …