Accelerated intermittent theta burst stimulation for suicide risk in therapy-resistant depressed patients : a randomized, sham-controlled trial

Objectives: We aimed to examine the effects and safety of accelerated intermittent Theta Burst Stimulation (iTBS) on suicide risk in a group of treatment-resistant unipolar depressed patients, using an extensive suicide assessment scale. Methods: In 50 therapy-resistant, antidepressant-free depressed patients, an intensive protocol of accelerated iTBS was applied over the left dorsolateral prefrontal cortex (DLPFC) in a randomized, sham-controlled crossover design. Patients received 20 iTBS sessions over 4 days. Suicide risk was assessed using the Beck Scale of Suicide ideation (BSI). Results: The iTBS protocol was safe and well tolerated. We observed a significant decrease of the BSI score over time, unrelated to active or sham stimulation and unrelated to depression-response. No worsening of suicidal ideation was observed. The effects of accelerated iTBS on mood and depression severity are reported in Duprat et al. (2016). The decrease in suicide risk lasted up to 1 month after baseline, even in depression non-responders. Conclusions: This accelerated iTBS protocol was safe. The observed significant decrease in suicide risk was unrelated to active or sham stimulation and unrelated to depression response. Further sham-controlled research in suicidal depressed patients is necessary. (Clinicaltrials.gov identifier: NCT01832805)

Denken anorexia nervosa patiënten anders?: resultaten uit neuropsychologisch onderzoek

Recente onderzoeksbevindingen suggereren dat het neuropsychologisch functioneren van personen met anorexia nervosa (AN) enkele specifieke kenmerken vertoont, kenmerken die trekgebonden en niet louter toestandsgebonden blijken te zijn. De dysfuncties waar in recent neuropsychologisch onderzoek bij AN veel aandacht voor is, zijn de zwakke centrale coherentie en de verminderde mentale flexibiliteit. Een zwakke centrale coherentie betekent concreet een superieure detailverwerking gecombineerd met een verminderde globale informatieverwerking, een cognitieve stijl die in zowel klinische settings als onderzoekssettings wordt bevestigd. De verminderde mentale flexibiliteit (of set shifting) houdt in dat de inhibitie van een stimulus-respons associatie en een verschuiving naar een nieuw gedefinieerde associatie bemoeilijkt wordt. Ook deze rigiditeit wordt herkend in de klinische praktijk. In de mededeling worden deze recente neuropsychologische onderzoeksresultaten toegelicht en samengebracht met eigen onderzoeksbevindingen. Op basis van data uit de eigen onderzoeksgroep wordt de relatie van deze cognitieve variabelen met klinische en persoonlijkheidsvariabelen besproken. Ten slotte worden op basis van de onderzoeksresultaten suggesties gedaan voor de klinische praktijk in het algemeen en de behandeling van AN in het bijzonder

De maatschappelijke sfeer in de Abele spelen /

Diss. lic. letteren en wijsbegeert

Are there differences in central coherence and set shifting across the subtypes of anorexia nervosa?: a systematic review

Anorexia nervosa (AN) has been associated with weaknesses in central coherence and set shifting. In this line, it has been proposed to directly address these neuropsychological features in treatment (e.g., cognitive remediation therapy). It is not clear, however, whether the 2 subtypes of AN, the restricting (AN-R) and bingeing/purging (AN-BP) type, have the same amount of problems in these domains. A systematic search of the literature was conducted, using the databases Web of Science and PubMed, looking for studies on the comparison of AN-R and AN-BP in performing central coherence/set-shifting tasks. Notably, very few authors describe the results of a direct comparison of the performance of patients with AN-R and AN-BP. In summary, the available indications for possible group differences are not strong enough to draw definitive conclusions

Informatieverwerking bij anorexia nervosa: is ze verstoord?

Anorexia nervosa (AN) is a major health problem with an unfavourable prognosis. More than half of AN patients struggle with chronic problems, desspite treatment. The identification of endophenotypes, such as information processing biases, may contribute to a better understanding of the disease and to the development of a tailor-made treatment. AN is found to be associated with a cognitive style characterised by a reduced mental flexibility, a weak central coherence and a selective attentional bias for disease relevant information. These deficits are found in AN and bulimia nervosa, as well as in recovered eating disorder patients and healthy relatives. The management of neuropsychological problems is not the primary focus of most current therapeutic approaches for AN. However, preliminary research findings suggest that purposeful cognitive training may influence the cognitive functioning in AN. In this article, results of neuropsychological research are summarised and implications for clinical practice discussed as well as preliminary findings about the effectiveness of cognitive remediation therapy

Suïcidaal gedrag: epidemiologie en risicofactoren

Uit epidemiologische studies blijkt dat zelfdoding een belangrijke doodsoorzaak is bij jongeren en volwassenen in Vlaanderen en dat de Vlaamse incidentie van suïcidaal gedrag hoog is. Conform de internationale gegevens is er ook in Vlaanderen sprake van een ‘ontgrijzende’ trend waarbij de hoge suïcidecijfers bij oudere mannen aan het dalen zijn. Dit neemt echter niet weg dat oudere mannen een belangrijke risicogroep blijven voor zelfdoding. Naast ouderen is er evidentie voor een verhoogd risico op suïcidaal gedrag bij homoseksuelen, nabestaanden, patiënten die recentelijk ontslagen zijn na een psychiatrische opname en patiënten die eerder een suïcidepoging hebben ondernomen. De oorzaken en risicofactoren van suïcidaal gedrag kunnen aan de hand van het biopsychosociaal verklaringsmodel worden toegelicht. Dit model is gebaseerd op de empirische evidentie dat suïcidaal gedrag multifactorieel bepaald is door predispositie (biologische en psychologische ‘traits’) in combinatie met toestandsgebonden, tijdelijke stressoren (sociale en psychiatrische ‘states’) en drempelverlagende of uitlokkende factoren. De hoge suïcidecijfers in Vlaanderen hebben duidelijk gemaakt dat de preventie van suïcidaal gedrag noodzakelijk is. Vanuit de Vlaamse overheid is er dan ook werk gemaakt van een Vlaams actieplan ‘suïcidepreventie’ dat loopt van 2006 tot 2010, waarna geëvalueerd zal worden welke verdere preventiestrategieën toegepast moeten worden

Schapen en geiten in Gambie en de rol van de vrouw in een eventuele verhoging van de produktie

SIGLEKULeuven Campusbibliotheek Exacte Wetenschappen / UCL - Université Catholique de LouvainBEBelgiu

The role of set shifting and central coherence in differentiating bingeing/purging and restrictive eating disorder subtypes

Objective : Eating disorders (ED) have been associated with dysfunctions in set shifting and central coherence. This association has been repeatedly confirmed with regard to anorexia nervosa (AN), while the evidence for bulimia nervosa (BN) remains inconclusive. A small amount of neuropsychological studies focuses on the distinction between AN and BN, whereas research about differences between restrictive ED and bingeing/purging ED is lacking. From personality research there is however growing evidence for the usefulness of this latter distinction. The aim of this study is to further investigate these dysfunctions across ED subtypes, with special attention to the differences between restrictive ED patients and bingeing/purging ED patients. We hypothesize that the first group will exhibit lower levels of set shifting ability and that central coherence will not discriminate both groups. In addition, we sought to examine the relationship with personality characteristics and clinical features. Methods : This ongoing study contains 41 inpatients (17 with AN restrictive type, 9 with AN bingeing/purging type and 15 with BN) and 19 healthy controls, until now. All participants individually complete a neuropsychological test battery including three measures of set shifting ability (a designed task-switching paradigm, the Wisconsin Card Sorting Test and the Trail Making Test), and two measures of central coherence (Picture Completion and Block Design). Personality-related characteristics are examined with the Temperament and Character Inventory; clinical characteristics are assessed using self report questionnaires, including the Beck Depression Inventory, the State-Trait Anxiety Inventory, and the Frost Multidimensional Perfectionism Scale. A General Linear Model repeated measures ANOVA is employed to test our major hypothesis. Results & Conclusions : Results will be presented and conclusions and implications for clinical practice and further research will be discussed