65 research outputs found

    Packed modulation loops to reduce band broadening in two-dimensional liquid chromatography

    Get PDF
    Modulation interfaces employing sample loops are applied in many hyphenated separations such as two-dimensional liquid chromatography (2D-LC). When the first-dimension effluent in 2D-LC is eluted from the modulation loop, dispersion effects occur due to differences in the laminar flow velocity of the filling and emptying flow. These effects were recently studied by Moussa et al. whom recommended the use of coiled loops to promote radial diffusion and reduce this effect. In the 1980s, Coq et al. investigated the use of packed loops, which also promote radial diffusion, in large volume injection 1D-LC. Unfortunately, this concept was never investigated in the context of 2D-LC modulation. Our work evaluates use of packed loops in 2D-LC modulation and compares them to unpacked coiled and uncoiled modulation loops. The effect of the solvents, loop volume, differences in filling and emptying rates, and loop elution direction on the elution profile was investigated. Statistical moments were used as a pragmatic tool to quantify elution profile characteristics. Decreased dispersion was observed in all cases for the packed loops compared to unpacked loops and unpacked coiled loops. In particular for larger loop volumes the dispersion was reduced significantly. Furthermore, countercurrent elution resulted in narrower elution profiles in all cases compared to concurrent elution. We found that packed modulation loops are of high interested when analytes are not refocussed in the second-dimension separation (e.g. for size-exclusion chromatography). Moreover, our work suggests that the use of packed loops may aid in prevention of loop overfilling.</p

    Bibliografie van lijnvormige beplantingen

    Get PDF

    Development of a chemometric approach to improve the accuracy of copolymer sequence information obtained from pyrolysis gas-chromatography mass-spectrometry data

    Get PDF
    Number-average copolymer sequence length information can be obtained by pyrolysis-gas chromatography (Py-GC) by comparing the ratios of formed oligomers (i.e. dimers and trimers). The formation constants of the oligomers and their detection efficiency are not constant for all fragments, however. This can lead to unrepresentative peak ratios in the chromatogram. In these cases, calibration with an external method (e.g. NMR) is required. In this work, we introduce an algorithm that improves the copolymer sequence accuracy yielded from chromatograms with unrepresentative peak areas. The algorithm even functions in cases where oligomer data is missing as the rate of formation of certain oligomers is too low to detect them. One Py-GC measurement and one NMR measurement are required to train the developed algorithm for the determination of average monomer reactivity ratios and relative pyrolysis constants. Afterwards, Py-GC measurements of copolymers containing the same monomers, albeit with different compositions, can be corrected using the previously estimated constants. The algorithm was tested on various styrene-acrylate copolymers, yielding more accurate sequence information, even when limited oligomer information was available.</p

    Historisch waterbeheer; een kwantitatieve benadering van historische watersystemen

    Get PDF
    Historisch Waterbeheer heeft als doel om inzicht te geven in de werking van historische watersystemen en de veranderingen die daarin hebben plaatsgevonden. Inzicht hierin is bruikbaar voor introductie, herstel en reconstructie van historische watersystemen. Allereerst is een definitiestudie uitgevoerd, waarbij het begrip is gedefinieerd, vervolgens is het onderzoekskader geschetst. De factoren klimaat, topografie, grondgebruik en beheer oppervlaktewater spelen een rol mbt de werking van watersystemen. Informatie mbt tot het onderwerp is te ontlenen aan verschillende bronnen, zoals literatuur, archieven, kaarten en internet, het gaat hierbij niet alleen om kwalitatieve maar ook kwantitatieve informatie. Op basis van verschil in hydrologische kenmerken kunnen 4 hoofdtypen met betrekking tot de watersytemen worden onderseiden. Van deze systemen zijn enkele belangrijkste kenmerken en veranderingen die zich sinds 1850 hebben voorgedaan beschreven. Kwalitatieve gegevens mbt klimaat, topografie, grondgebruik, inrichting en beheer oppervlaktewater kunnen worden gebruikt om, mbv bijvoorbeeld modellen, de historische situatie te reconstrueren. In een pilot is op basis van historisch bronnenmateriaal de overstroming van de Gelderse Vallei in 1855 beschreven en gemodelleer

    De kadastrale kaart van 1832: digitale ontsluiting en landschapsecologische toepassingen

    Get PDF
    De kadastrale kaart van 1832 geeft in detail (1:2500) per gemeente de eigendomssituatie en het grondgebruik weer. De kaarten en leggers (OAT) zijn momenteel als scans ontsloten, maar daarmee niet bruikbaar voor analyses in een Geografisch Informatie Systeem (GIS). In een pilotproject is de kadastrale kaart van de gemeente Heino (Overijssel) ontsloten als GIS-bestand en zijn er landschapsecologische analyses uitgevoerd. Hiervoor is ook een terugvertaling gemaakt van de huidige bodem- en grondwaterkaart naar een historisch bestand. Deze ondergrond is gebruikt om na te gaan of belastingklassen en grondgebruik in 1832 indicatief zijn voor de abiotische condities van destijds. Op basis van de historische bodem- en grondwaterkaart en het toenmalige grondgebruik zijn er verspreidingskaarten (habitatkaarten) berekend van vegetatietypen van bossen en heide in 1832

    Jeneverbes (Juniperus communis L.) in de verdrukking; een integrale verkenning van de verjongingsproblematiek

    Get PDF
    In Nederland en omringende landen is er de afgelopen 60 jaar nauwelijks meer sprake van verjonging van Jeneverbes. In dit onderzoek is de kennis over de soort en de problematiek van verjonging bijeengebracht op basis van literatuur en kennis bij beheerders en onderzoekers. Zowel de ecologische aspecten als de historische verspreiding sinds de laatste ijstijd zijn in beeld gebracht. Vergrijzing van populaties leidt voor Jeneverbes bij ongewijzigd beleid binnen enkele decennia tot ineenstorting van de Nederlandse populaties. Uit dit onderzoek blijkt dat kennis over de relevante reproductie- en kiemingsecologie van deze soort ontbreekt en dat oplossingen voor verjonging vooral worden gezocht in herstel van het historisch heidebeheer. Het veiligstellen van huidige populaties tegen brand, schaduwvorming en valhout heeft prioriteit. Abiotische factoren (bodemsamenstelling, vochthuishouding en microklimaat) tijdens het proces van kieming en vestiging en milieucondities (vergrassing) lijken de feitelijke oorzaak te zijn van de ontbrekende reproductie. Secundaire factoren, zoals het geringe aandeel kiemkrachtig zaad, verergeren dit probleem. Experimenteel onderzoek en de vertaling daarvan naar succesvol operationeel beheer is noodzakelijk om op korte termijn zinvolle beheermaatregelen te kunnen treffen

    Mogelijke schade door waterberging op landbouwgrond

    Get PDF
    De implementatie van 'Waterbeheer 21e eeuw' richt zich momenteel vooral op de kwantitatieve aspecten van waterberging. Waar, wanneer, hoeveel en hoelang kan water worden geborgen? Aan de kwalitatieve effecten hiervan op gewassen, vee en productie-omstandigheden is tot nu toe nog weinig aandacht besteed. Vanuit de landbouw is aangedrongen op onderzoek naar de effecten van waterberging. In opdracht van de STOWA is binnen het regionale watersysteem verkend of waterberging op korte of langere termijn grote risico’s met zich mee brengt voor de landbouw. Feiten en ficties zijn zo goed mogelijk in beeld gebracht. De studie is uitgevoerd door Alterra, Plant Research International en Centraal Instituut voor Dierziekte Controle (CIDC) Lelystad. De resultaten zijn door het Instituut voor Milieuvraagstukken van de Vrije Universiteit Amsterdam en het Centrum voor Landbouw en Milieu in een kennistabel bijeengebrach
    • …
    corecore