289 research outputs found

    Studieopdracht naar een archeologische evaluatie en waardering van 7 schansen (provincies Limburg en Vlaams-Brabant)

    Get PDF
    In het voorjaar en de zomer van 2009 voerde RAAP een waarderend terreinonderzoek uit van 7 schansen in de provincies Limburg en Vlaams-Brabant. Het gaat om de Kelbergseschans bij Vleugt, de Hezerschans in Halen, de Kolverenschans in Zonhoven, en de schansen van Opglabbeek, Niel, Houthalen en Korspel. Op basis van bureauonderzoek beschrijft dit rapport eerst in welke context schansen werden opgericht en hoe een schans er over het algemeen uitzag. De politieke en militaire context van de 16e tot en met het begin van de 17e eeuw stond in de Zuidelijke Nederlanden gelijk met oorlog. De plattelandsbevolking leed hieronder en was voor bescherming volledig op zichzelf aangewezen. Vanaf het eind van de 16e eeuw bouwde de lokale boerenbevolking schansen om zich tegen groepen plunderende soldaten te beschermen. Ze werden meestal aangelegd op gemeenschapsgrond, vooral in natte gebieden. Mocht de schans ontdekt worden, dan boden de grachten, een wal (eventueel beplant met doornstruiken) en de gewapende bewoners nog enige vorm van verdediging. Over de interne structuur van de schansen is maar weinig bekend. Hoofdstuk 5 beschrijft de specifieke historische en landschappelijke (topografie, geologie, bodem en natuur) context van de 7 onderzochte schansen. Met uitzondering van de Hezerschans lagen alle schansen redelijk geïsoleerd en in een natte omgeving. Verkennend booronderzoek leverde vervolgens een indruk van de omvang, begrenzingen en gaafheid van de schansen en via proefsleuvenonderzoek op de schans van Houthalen en de Hezerschans (gemeente Halen), via metaaldetectie, en via geofysisch onderzoek op een deel van de Kelbergseschans bij Vleugt, blijkt dat een schans niet alleen bestond uit het graven van een gracht en het opwerpen van een wal. Voor het oprichten van de schansen zijn enorme inspanningen verricht door de relatief kleine gemeenschappen. Om een egaal en droog schansterrein te verkrijgen, zijn bij iedere schans ophogingspakketten van het schanslichaam vastgesteld. Ook aan de waterhuishouding lijkt veel aandacht te zijn besteed. Op basis van de beschermingscriteria komt in principe iedere schans in aanmerking voor bescherming als archeologische zone. Op iedere schans zijn de grachten nog duidelijk aanwezig in de ondergrond en op de schansen die aan een proefsleuvenonderzoek zijn onderworpen, blijken zelfs grondsporen relatief goed bewaard. Het rapport eindigt met een aantal aanbevelingen voor beheer, ontsluiting en toekomstig onderzoek

    Studieopdracht naar een archeologische evaluatie van het St. Gitterdal (Landen, provincie Vlaams Brabant)

    Get PDF
    In opdracht van het Ruimte en Erfgoed heeft het RAAP Archeologisch Adviesbureau (regionale vestiging Zuid-Nederland te Weert) in het voorjaar en de zomer van 2010 een bureau- en veldonderzoek uitgevoerd in verband met het opstellen van een archeologisch beschermingsdossier van het St. Gitterdal te Landen (gemeente Landen, provincie Vlaams Brabant). In dit dal ligt een uitgestrekte archeologische site die de oorsprong van Landen vertegenwoordigd. Deze site, ook aangeduid als Ouderstad, wordt in het algemeen gerelateerd aan Pepijn I: hofmeier van het Frankische koninkrijk Austrasië. In het St. Gitterdal zijn nog steeds middeleeuwse restanten herkenbaar: de nu verdwenen Sint-Gertrudiskerk, een motte met de naam Tombe van Pepijn en een motte bekend als de Hunsberg of Tombe van Karloman. Concluderend kan worden gesteld dat deze studie extra informatie met betrekking tot het St. Gitterdal aan het licht heeft gebracht, maar dat er nog een aantal onduidelijkheden blijft. De precieze begrenzingen van de diverse onderdelen zijn niet overal even duidelijk of slechts op beperkte plaatsen vastgesteld. Verder heeft dit onderzoek alleen een inzicht verschaft in de gaafheid van de archeologische sporen. Of er daadwerkelijk nog grondsporen aanwezig zijn, kan op basis van onderhavig onderzoek niet uitgemaakt worden. Bovendien blijkt uit het bureauonderzoek dat de bewoning in het St. Gitterdal zich ook uitstrekte tot buiten de grenzen van het onderzoeksgebied. Vooral de mogelijke aanwezigheid van een Romeinse villa ten westen van het onderzoeksgebied zou het St. Gitterdal een nog hogere inhoudelijke en belevingswaarde geven

    Archeologische evaluatie en waardering van een kasteelsite te Schendelbeke. (Geraardsbergen, provincie Oost-Vlaanderen)

    Get PDF
    In opdracht van het agentschap Onroerend Erfgoed (Vlaamse Overheid), heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in 2009 een archeologische evaluatie en waardering uitgevoerd van een kasteelsite te Schendelbeke in de gemeente Geraardsbergen, Provincie Oost-Vlaanderen. Het archeologisch onderzoek had als doel het in kaart brengen van de archeologische resten van het kasteel, het achterhalen van de locatie van opgravingssleuven die er in de jaren 70 werden aangelegd (een onderzoek dat nooit werd gepubliceerd) en het verzamelen van voldoende informatie om een beschermingsdossier voor de site te ondersteunen. Er is vastgesteld dat het kasteel op deze locatie omstreeks 1300 werd gebouwd in het komgebied van de Dender, zeer waarschijnlijk nabij de samenvloeiing van een beek en de Dender. Op de zuidwesthoek van het kasteel lag een zeshoekige toren en op noordhoek mogelijk eveneens een (ronde) toren. Het uniforme materiaalgebruik en karakter van de funderingen lijkt er bovendien op te wijzen dat het kasteel als één concept, in één bouwfase is opgetrokken. Het vierkante grondplan van het kasteel past goed bij het vierkante kasteeltype dat vanaf het einde van de 13de eeuw wordt toegepast. De gracht rondom het kasteel was circa 20 tot 30 m breed. Voor de aanwezigheid van een 11de of 12de-eeuwse voorganger van het kasteel zijn op deze locatie geen aanwijzingen gevonden. Toch worden de heren van Schendelbeke al in 1088 genoemd in historische bronnen en was de heerlijkheid een eigen goed dat in leen werd gehouden van het graafschap Aalst. Dat er op deze locatie geen oudere sporen van een kasteel zijn aangetroffen onderschrijft de hypothese dat het oudste kasteel van Schendelbeke, wellicht een motte, zich verderop aan de Dender bevond, ter hoogte van de oude hoeve t Schipken op ongeveer 520 meter in vogelvlucht van de latere kasteelsite

    Studieopdracht naar een archeologische evaluatie en waardering van de kasteelsite te Wezemaal. (Rotselaar, provincie Vlaams-Brabant)

    Get PDF
    In het voorjaar en de zomer van 2011 voerde RAAP Archeologisch Adviesbureau een bureau- en veldonderzoek uit om de resten van het voormalig kasteel van Wezemaal te waarderen als archeologische zone. Dit kasteel heeft gedurende vele eeuwen het dorpsgezicht van Wezemaal gedomineerd. Dit rapport bespreekt eerst de landschappelijke context van het kasteelterrein met aandacht voor de topografische, geologische en bodemkundige aspecten en voor de inrichting van Wezemaal en omgeving in de Middeleeuwen. Vervolgens schetsen de auteurs aan de hand van iconografisch en archeologisch bronnenonderzoek de bewoningsgeschiedenis van het kasteel dat zeker vanaf het begin van de 13e eeuw heeft bestaan. Hoe de oudste verschijningsvorm eruit zag is onbekend. Pas vanaf de 15e eeuw duiken archivalische bronnen op, die het uitzicht van het kasteelterrein documenteren als een omgracht neer- en bovenhof. Op het neerhof stonden diverse structuren, voornamelijk uit vakwerk. Op het bovenhof lijken ten minste twee belangrijke gebouwen aanwezig te zijn geweest, namelijk het Ridderhuis en de Zaal, naast nog diverse houten structuren. Er lijkt een kasteeltype met rond, veelhoekig of vierkant grondplan aanwezig. Vanaf de Nieuwe tijd duiken de eerste iconografische bronnen op. Waar het kasteel dan aanvankelijk nog een laat-middeleeuws karakter heeft, met verdedigingselementen die, hoewel weinig functioneel, nog het uiterlijk bepalen, verandert het beeld in de loop van de 17e eeuw. De meeste gebouwen zijn dan in steen opgetrokken en ook de belangrijkste daken worden bedekt met pannen en leien. Aan het einde van de 18e eeuw wordt het dan verouderde kasteel gesloopt, waarbij diverse funderingen wel in de grond bewaard blijven. Het terrein werd in eerste instantie als een vroege landschapstuin ingericht, in de loop van de 19e eeuw wordt het grachtenstelsel aangepast en hoewel het daarna steeds als boomgaard in gebruik is gebleven, zijn in de 20e eeuw nog diverse muurrestanten gesloopt. Op basis van het veldwerk dat bestond uit een verkennend en karterend booronderzoek, een oppervlaktekartering en een geofysisch onderzoek zijn, met name bij het weerstandsonderzoek, op het bovenhof nog diverse muren en/of uitbraaksporen herkend. De structuur op het bovenhof komt daarbij enigszins overeen met de oudste afbeelding van het kasteel. Omdat gravend onderzoek niet werd toegelaten kunnen de beschermingscriteria zeldzaamheid en representativiteit niet afdoende worden vastgesteld. De overige criteria scoren echter hoog tot zeer hoog. Vooral het oostelijke deel van het onderzoeksgebied en de oost- en zuidrand van het centrale deel komen volgens het rapport in aanmerking voor bescherming als archeologische zone. Ook enkele beheersmaatregelen worden voorgesteld

    Plangebied Keizersbaan te Kessel, gemeente Kessel : archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst

    Plangebied St. Annastraat te Uden, gemeente Uden : archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst

    Plangebied Bisschoppelijk College Echt, gemeente Echt-Susteren : een archeologische begeleiding

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst

    Landgoed Droenen te Beek, gemeente Beek : archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst

    Egalisatiegebieden 3, 16, 17, 20, 22 en poel Klein Maalbergen, gemeente Zundert : archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst

    Plangebied entree Viecuri, gemeente Venlo : een inventariserend archeologisch onderzoek

    No full text
    Lit.opg. en verklarende woordenlijst
    corecore