22 research outputs found
Actualisering forfaitaire waarden voor gasvormige N-verliezen uit stallen en mestopslagen van varkens, pluimvee en overige dieren
Door technische ontwikkelingen en veranderingen in het management zijn de hoeveelheid N in de mest en de gasvormige N-verliezen uit de mest in stallen en mestopslagen veranderd. Het Ministerie van LNV heeft daarom aan de Commissie van Deskundigen Meststoffenwet (CDM) gevraagd om de forfaitaire waarden voor N-excreties en voor N-verliezen uit stallen en mestopslagen te actualiseren. Dit rapport beschrijft geactualiseerde waarden voor N-verliezen uit de mest in stallen en mestopslagen van de overige landbouwhuisdieren (varkens, pluimvee en overig vee
Ammoniakemissie 2010; Referentiescenario en effecten van bestaand beleid en mogelijke aanscherpingen
Dit rapport beschrijft een referentiescenario voor de ammoniakemissie uit de landbouw in 2010 en een aantal varianten hierop. Het referentiescenario beschrijft op basis van het vastgestelde en voorgenomen milieubeleid tot 2010 een mogelijk scenario. De varianten richten zich zowel op minder beleid (effecten van bestaande beleidsmaatregelen) als op meer beleid (effecten van aanvullend beleid). De ammoniakemissie uit de landbouw in 2010 zal onder het vastgestelde en voorgenomen beleid naar schatting ongeveer 106 mln. kg ammoniak bedragen. Uit het onderzoek blijkt dat de AMvB Huisvesting, de aanscherping van Minas in de periode 2000-2004 en de RbV, respectievelijk ongeveer 11, 7 en 7 mln. kg ammoniakemissiereductie teweeggebracht hebben dan wel zullen brengen tot 2010. Aanvullend beleid met aanscherping van de regels voor aanwending van dierlijke mest, beperking van het melkureumgehalte en emissiearme stallen voor rundvee leiden in 2010 tot een reductie van maximaal ongeveer 17 mln. kg ammoniakemissie. Het nationale emissieplafond (emissieverplichting van de EU 128 mln. kg ammoniak) gecorrigeerd voor de overige doelgroepen (14 Ă 15 mln. kg) wordt op basis van resultaten van dit onderzoek gehaald en de doelstelling uit NMP4 voor 2010 (100 mln. kg ammoniak) gecorrigeerd voor de overige doelgroepen komt binnen bereik
Direct and indirect nitrous oxide emissions from agricultural soils, 1990-2003. Background document on the calculation method for the Dutch National Inventory Report.
Actualisering forfaitaire waarden voor gasvormige N-verliezen uit stallen en mestopslagen van varkens, pluimvee en overige dieren
Door technische ontwikkelingen en veranderingen in het management zijn de hoeveelheid N in de mest en de gasvormige N-verliezen uit de mest in stallen en mestopslagen veranderd. Het Ministerie van LNV heeft daarom aan de Commissie van Deskundigen Meststoffenwet (CDM) gevraagd om de forfaitaire waarden voor N-excreties en voor N-verliezen uit stallen en mestopslagen te actualiseren. Dit rapport beschrijft geactualiseerde waarden voor N-verliezen uit de mest in stallen en mestopslagen van de overige landbouwhuisdieren (varkens, pluimvee en overig vee
Ammoniakemissie 2010; Referentiescenario en effecten van bestaand beleid en mogelijke aanscherpingen
Dit rapport beschrijft een referentiescenario voor de ammoniakemissie uit de landbouw in 2010 en een aantal varianten hierop. Het referentiescenario beschrijft op basis van het vastgestelde en voorgenomen milieubeleid tot 2010 een mogelijk scenario. De varianten richten zich zowel op minder beleid (effecten van bestaande beleidsmaatregelen) als op meer beleid (effecten van aanvullend beleid). De ammoniakemissie uit de landbouw in 2010 zal onder het vastgestelde en voorgenomen beleid naar schatting ongeveer 106 mln. kg ammoniak bedragen. Uit het onderzoek blijkt dat de AMvB Huisvesting, de aanscherping van Minas in de periode 2000-2004 en de RbV, respectievelijk ongeveer 11, 7 en 7 mln. kg ammoniakemissiereductie teweeggebracht hebben dan wel zullen brengen tot 2010. Aanvullend beleid met aanscherping van de regels voor aanwending van dierlijke mest, beperking van het melkureumgehalte en emissiearme stallen voor rundvee leiden in 2010 tot een reductie van maximaal ongeveer 17 mln. kg ammoniakemissie. Het nationale emissieplafond (emissieverplichting van de EU 128 mln. kg ammoniak) gecorrigeerd voor de overige doelgroepen (14 Ă 15 mln. kg) wordt op basis van resultaten van dit onderzoek gehaald en de doelstelling uit NMP4 voor 2010 (100 mln. kg ammoniak) gecorrigeerd voor de overige doelgroepen komt binnen bereik
Het "Veld"-project : een gedetailleerde inventarisatie van de ammoniakemissies en -concentraties in een agrarisch gebied
Linking nitrogen deposition to nitrate concentrations in groundwater below nature areas : modelling approach and data requirements
This study determines the most suitable model and required model improvements to link atmospheric deposition of nitrogen and other elements in the Netherlands to measurements of nitrogen and other elements in the upper groundwater. The deterministic model SMARTml was found to be the most suitable model. The model requires an improved C&N modeling, improved forest growth modeling, linking forest growth to hydrology and an explicit dispersion calculation. A large number of independent data are available for validation of the improved model. Application of the model to sites of the ‘National monitoring network on nitrate concentrations in the upper groundwater under nature areas’ requires assumptions on soil properties, hydrology, deposition of base cations and chloride
Linking nitrogen deposition to nitrate concentrations in groundwater below nature areas : modelling approach and data requirements
This study determines the most suitable model and required model improvements to link atmospheric deposition of nitrogen and other elements in the Netherlands to measurements of nitrogen and other elements in the upper groundwater. The deterministic model SMARTml was found to be the most suitable model. The model requires an improved C&N modeling, improved forest growth modeling, linking forest growth to hydrology and an explicit dispersion calculation. A large number of independent data are available for validation of the improved model. Application of the model to sites of the ‘National monitoring network on nitrate concentrations in the upper groundwater under nature areas’ requires assumptions on soil properties, hydrology, deposition of base cations and chloride