7,671 research outputs found
Mostly Heterosexual and Lesbian/Gay Young Adults:Differences in Mental Health and Substance Use and the Role of Minority Stress
Individuals mostly attracted to other-sex but also to same-sex partners are a distinct and common sexual orientation group with possibly increased levels of health problems. The current study examined whether mostly heterosexual individuals differed in mental health and substance use from lesbian/gay individuals and whether sexual minority risk and protective factors offer an explanation in a sample of 528 Dutch young adults (16 to 25 years old, M = 21.2 years). Mostly heterosexual participants reported higher levels of psychological distress, suicidality, drug use, and smoking than lesbian/gay participants and equal levels of binge drinking. They also reported higher levels of internalized negativity to same-sex attractions, less openness to family members and others, less community involvement, and lower numbers of lesbian/gay/bisexual friends. However, bootstrapped mediation analysis showed that the differences in minority stress risk and protective factors did not mediate most of the differences in mental health and substance use with one exception: higher levels of psychological distress were mediated by the higher levels of internalized negativity to same-sex attractions. The limited explanatory power of the minority stress factors combined with the elevated level of problems of mostly heterosexual individuals call for future studies examining other risk and protective factors
Octet Magnetic Moments with Null Instantons and Semibosonized Nambu-Jona-Lasinio Model
It is shown that the difference between the magnetic moment results in the
quark model with null instantons and semibosonized Nambu-Jona-Lasinio model
lies in the description of the magnetic moment of the -hyperon.Comment: RevTex, 6 pages, submitted to Progr.Theor.Phy
Decay of scalar variance in isotropic turbulence in a bounded domain
The decay of scalar variance in isotropic turbulence in a bounded domain is
investigated. Extending the study of Touil, Bertoglio and Shao (2002; Journal
of Turbulence, 03, 49) to the case of a passive scalar, the effect of the
finite size of the domain on the lengthscales of turbulent eddies and scalar
structures is studied by truncating the infrared range of the wavenumber
spectra. Analytical arguments based on a simple model for the spectral
distributions show that the decay exponent for the variance of scalar
fluctuations is proportional to the ratio of the Kolmogorov constant to the
Corrsin-Obukhov constant. This result is verified by closure calculations in
which the Corrsin-Obukhov constant is artificially varied. Large-eddy
simulations provide support to the results and give an estimation of the value
of the decay exponent and of the scalar to velocity time scale ratio
Self-esteem and problem behavior in Dutch adolescents conceived through sperm donation in planned lesbian families
Ferromagnetism below 10 K in Mn doped BiTe
Ferromagnetism is observed below 10 K in [Bi0.75Te0.125Mn0.125]Te. This
material has the BiTe structure, which is made from the stacking of two
Te-Bi-Te-Bi-Te blocks and one Bi-Bi block per unit cell. Crystal structure
analysis shows that Mn is localized in the Bi2 blocks, and is accompanied by an
equal amount of TeBi anti-site occupancy in the Bi2Te3 blocks. These TeBi
anti-site defects greatly enhance the Mn solubility. This is demonstrated by
comparison of the [Bi1-xMnx]Te and [Bi1-2xTexMnx]Te series; in the former, the
solubility is limited to x = 0.067, while the latter has xmax = 0.125. The
magnetism in [Bi1-xMnx]Te changes little with x, while that for
[Bi1-2xTexMnx]Te shows a clear variation, leading to ferromagnetism for x >
0.067. Magnetic hysteresis and the anomalous Hall Effect are observed for the
ferromagnetic samples.Comment: Accepted for publication in Phys. Rev.
Eenzaamheid en mentale gezondheid: verschillen in relatietypes
Het hebben van een relatie wordt over het algemeen beschouwd als een protectieve factor voor mentale gezondheidsproblemen, maar het is onduidelijk of dit ook geldt voor man-man en vrouw-vrouw relaties. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat de prevalentie van mentale gezondheidsproblemen hoger is onder seksuele minderheden, waarbij seksuele minderheidsstress als verklaring wordt gegeven. Het hebben van een partner van hetzelfde geslacht kan leiden tot ‘relatie-minderheidsstress’, waardoor het protectieve effect van relaties op de mentale gezondheid mogelijk verkleind of zelfs tenietgedaan wordt. Het doel van deze studie was om te onderzoeken of (1) relatietype (geen relatie, man-vrouw relatie, man-man / vrouw-vrouw relatie) gerelateerd is aan depressie door gevoelens van eenzaamheid en (2) om te onderzoeken of het verband tussen eenzaamheid en mentale gezondheid varieert afhankelijk van het type relatie. Voor dit onderzoek werd gebruik gemaakt van de data van het eerste meetmoment van de landelijk representatieve Generations and Gender Survey (2004-2013), met in totaal 176.281 respondenten verspreid over 16 landen. Respondenten met een partner van hetzelfde geslacht werden geïdentificeerd (n = 161), waarna deze gematched werden met zowel respondenten in een man-vrouw relatie als met respondenten zonder relatie. De resulterende onderzoeksgroep bestond uit 468 respondenten, met een leeftijd tussen de 19 en 80 jaar (M = 44,05 jaar, SD = 15,12). De onderzoeksgroep werd onderverdeeld in mannelijke (n = 216) en vrouwelijke (n = 252) respondenten voor gescheiden analyses. Mediatie-analyses werden uitgevoerd om het effect van eenzaamheid op het verband tussen relatietype en depressieve symptomen te onderzoeken. Moderatie-analyses werden uitgevoerd om te onderzoeken of relatietype het verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen beïnvloedt. Wanneer de respondenten zonder relatie werden vergeleken met de respondenten met een relatie, lieten de mediatie-analyses zien dat deze laatste groep minder depressieve gevoelens ervaren en dat dit deels verklaard wordt doordat zij minder eenzaamheid ervaren. Wanneer man-man en vrouw-vrouw relaties vergeleken werden met manvrouw relaties, werden geen verschillen gevonden met betrekking tot eenzaamheid en depressie. De moderatieanalyses lieten zien dat het verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen sterker was voor vrouwen in vrouw-vrouw relaties dan voor vrouwen in man-vrouw relaties. Hoewel de mate van eenzaamheid en depressieve symptomen vergelijkbaar kunnen zijn tussen personen in manman/vrouw-vrouw en man-vrouw relaties, is de negatieve impact van eenzaamheid op de mentale gezondheid groter voor vrouwen met een partner van hetzelfde geslacht dan voor vrouwen met een man als partner. De gevolgen van minderheidsstress zijn mogelijk groter voor personen in vrouw-vrouw relaties dan voor personen in man-man relaties
Decuplet baryon magnetic moments in a QCD-based quark model beyond quenched approximation
We study the decuplet baryon magnetic moments in a QCD-based quark model
beyond quenched approximation. Our approach for unquenching the theory is based
on the heavy baryon perturbation theory in which the axial couplings for baryon
- meson and the meson-meson-photon couplings from the chiral perturbation
theory are used together with the QM moment couplings. It also involves the
introduction of a form factor characterizing the structure of baryons
considered as composite particles. Using the parameters obtained from fitting
the octet baryon magnetic moments, we predict the decuplet baryon magnetic
moments. The magnetic moment is found to be in good agreement with
experiment: is predicted to be compared to the
experimental result of (2.02 0.05) .Comment: 19 pages, 2 figure
Planten en dieren houden van melkveebedrijven
Planten, vogels, vlinders en libellen zijn volop te vinden op intensieve en moderne melkveebedrijven. Dit blijkt uit een inventarisatie van de Vlinderstichting in 2002 van planten- en diersoorten op negen Koeien & Kansen-bedrijven. De inventarisatie van de Vlinderstichting geeft een redelijk beeld van wat er aan planten en dieren voorkomt op deze melkveebedrijven. De inventarisatie omvat vogels, planten, libellen en vlinders. Vogels en planten In Nederland bestaat een Rode Lijst voor bedreigde vogelsoorten. Het is verheugend dat enkele van deze soorten, zoals grutto en tureluur, regelmatig zijn gesignaleerd bij de veebedrijven. Op alle bedrijven zijn sowieso veel weidevogelsoorten te vinden: gemiddeld vijftien soorten per bedrijf. Ook de planten doen het goed: per veebedrijf zijn gemiddeld 76 soorten geteld. Over het algemeen zijn bedrijven op zand- en lössgronden soortenrijker dan bedrijven in de polders van Westen Noord-Nederland. Libellen en vlinders Variatie in plantensoorten is aantrekkelijk voor insecten. Zo speelt krabbescheer een belangrijke rol bij de voortplanting van de groene glazenmaker, een libellensoort. De vlinders die bij veebedrijven zijn waargenomen, komen in Nederland algemeen voor, met uitzondering van het oranje zandoogje. Deze vlinder is gesignaleerd bij de familie Van Laarhoven in Loon op Zand. Bij de inventarisatie van vlinders zijn gemiddeld 9,6 soorten per bedrijf gespot
- …