22 research outputs found
Sociétés scientifiques, musées, universités
Cet article décrit comment, en Belgique, l’attention portée à l’archéologie coloniale, partie des sociétés spécialisées, s’est déplacée vers les musées puis vers les universités. Comparée à l’archéologie belge nationale, l’archéologie coloniale a bénéficié tardivement d’une reconnaissance institutionnelle et ce, avec la création d’une section anthropologique au sein du Musée du Congo, en 1898. La présente étude souligne également la manière dont les objets archéologiques ont été impliqués dans des discussions typiquement occidentales portant sur « l’âge de l’Homme », sur l’existence ou la non-existence de « stades d’évolution » dans la culture matérielle et sur la distribution mondiale des différentes « races » humaines.This article discusses how the focus on colonial archaeology in Belgium moved from scientific societies to museums and universities. In comparison to the Belgian national archaeology, its colonial counterpart acquired its institutional recognition in a later stage with the creation of the anthropological section in the Congo Museum in 1898. Attention is also paid to the way in which Congolese archaeological objects were integrated within typically western discourses on the “antiquity of man”, the existence of “evolution phases” in material culture and the worldwide dispersion op the different human “races”
EO.0.0.7943
By examining one ‘ethnographic’ object kept at the Royal Museum for Central Africa, this article discusses three consecutive demands for restitution of eo.0.0.7943, in 1878, in the 1960s-1970s, and in 2016. Neither informal nor official demands resulted in the actual return of the object to Congo. Instead, it featured in major exhibitions in Belgium, the Netherlands and the United States. While the Tervuren museum ‘donated’ other objects to local Congolese museums in the 1970s and 1980s, Congolese voices by now seem powerless, and debate is almost inexistent in Belgium. So what can museums and communities do? I argue that both provenance research and local expertise can provide rich and useful contemporary insights on objects and people, as well as on acquisition and exhibition history. Such objects and insights may be integrated in exhibitions Europe and Africa, with all its uplifting and darker consequences. What is more valuable: owning an object or the encounter?This article is part of the forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict'Door te kijken naar één ‘etnografisch’ object, bewaard in het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, bespreekt dit artikel drie opeenvolgende vragen naar restitutie van eo.0.0.7943, in 1878, de jaren 1960-1970 en in 2016. Informele, noch officiële vragen hebben echter geresulteerd in de terugkeer van het object naar Congo. Het werd daarentegen wel getoond op grote tentoonstellingen in België, Nederland en de Verenigde Staten. Het museum in Tervuren ‘schonk’ wel degelijk andere objecten aan lokale Congolese musea in de jaren 1970 en 1980, maar vandaag lijken Congolese stemmen machteloos en het debat is bijna onbestaande in België. Dus wat kunnen museums en gemeenschappen doen? Mijn inziens kunnen oorsprongsonderzoek en lokale expertise rijke en bruikbare hedendaagse inzichten opleveren over objecten en mensen, en de geschiedenis van verzamelen en tentoonstellen. Objecten en inzichten die kunnen worden geïntegreerd in tentoonstellingen in Europa en Afrika met al zijn verheffende en meer duistere gevolgen. Wat is waardevoller: een object bezitten of de ontmoetingDit artikel is onderdeel van het forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict'</p
EO.0.0.7943
By examining one ‘ethnographic’ object kept at the Royal Museum for Central Africa, this article discusses three consecutive demands for restitution of eo.0.0.7943, in 1878, in the 1960s-1970s, and in 2016. Neither informal nor official demands resulted in the actual return of the object to Congo. Instead, it featured in major exhibitions in Belgium, the Netherlands and the United States. While the Tervuren museum ‘donated’ other objects to local Congolese museums in the 1970s and 1980s, Congolese voices by now seem powerless, and debate is almost inexistent in Belgium. So what can museums and communities do? I argue that both provenance research and local expertise can provide rich and useful contemporary insights on objects and people, as well as on acquisition and exhibition history. Such objects and insights may be integrated in exhibitions Europe and Africa, with all its uplifting and darker consequences. What is more valuable: owning an object or the encounter?
This article is part of the forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict'
Door te kijken naar één ‘etnografisch’ object, bewaard in het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, bespreekt dit artikel drie opeenvolgende vragen naar restitutie van eo.0.0.7943, in 1878, de jaren 1960-1970 en in 2016. Informele, noch officiële vragen hebben echter geresulteerd in de terugkeer van het object naar Congo. Het werd daarentegen wel getoond op grote tentoonstellingen in België, Nederland en de Verenigde Staten. Het museum in Tervuren ‘schonk’ wel degelijk andere objecten aan lokale Congolese musea in de jaren 1970 en 1980, maar vandaag lijken Congolese stemmen machteloos en het debat is bijna onbestaande in België. Dus wat kunnen museums en gemeenschappen doen? Mijn inziens kunnen oorsprongsonderzoek en lokale expertise rijke en bruikbare hedendaagse inzichten opleveren over objecten en mensen, en de geschiedenis van verzamelen en tentoonstellen. Objecten en inzichten die kunnen worden geïntegreerd in tentoonstellingen in Europa en Afrika met al zijn verheffende en meer duistere gevolgen. Wat is waardevoller: een object bezitten of de ontmoeting
Dit artikel is onderdeel van het forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict
EO.0.0.7943
By examining one ‘ethnographic’ object kept at the Royal Museum for Central Africa, this article discusses three consecutive demands for restitution of eo.0.0.7943, in 1878, in the 1960s-1970s, and in 2016. Neither informal nor official demands resulted in the actual return of the object to Congo. Instead, it featured in major exhibitions in Belgium, the Netherlands and the United States. While the Tervuren museum ‘donated’ other objects to local Congolese museums in the 1970s and 1980s, Congolese voices by now seem powerless, and debate is almost inexistent in Belgium. So what can museums and communities do? I argue that both provenance research and local expertise can provide rich and useful contemporary insights on objects and people, as well as on acquisition and exhibition history. Such objects and insights may be integrated in exhibitions Europe and Africa, with all its uplifting and darker consequences. What is more valuable: owning an object or the encounter?
This article is part of the forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict'
Door te kijken naar één ‘etnografisch’ object, bewaard in het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika, bespreekt dit artikel drie opeenvolgende vragen naar restitutie van eo.0.0.7943, in 1878, de jaren 1960-1970 en in 2016. Informele, noch officiële vragen hebben echter geresulteerd in de terugkeer van het object naar Congo. Het werd daarentegen wel getoond op grote tentoonstellingen in België, Nederland en de Verenigde Staten. Het museum in Tervuren ‘schonk’ wel degelijk andere objecten aan lokale Congolese musea in de jaren 1970 en 1980, maar vandaag lijken Congolese stemmen machteloos en het debat is bijna onbestaande in België. Dus wat kunnen museums en gemeenschappen doen? Mijn inziens kunnen oorsprongsonderzoek en lokale expertise rijke en bruikbare hedendaagse inzichten opleveren over objecten en mensen, en de geschiedenis van verzamelen en tentoonstellen. Objecten en inzichten die kunnen worden geïntegreerd in tentoonstellingen in Europa en Afrika met al zijn verheffende en meer duistere gevolgen. Wat is waardevoller: een object bezitten of de ontmoeting
Dit artikel is onderdeel van het forum 'Decolonisation and colonial collections: An unresolved conflict
"One speaks softly, like in a sacred place”: collecting, studying and exhibiting Congolese artefacts as African art in Belgium (1850–1897)
This article will try to correct the ‘modernist myth’, dating the ‘discovery’ of African ‘art’ after 1900, by looking at Belgium and its colony at the end of the 19th century. Although Africans themselves were of course the first to appreciate the beauty of their own objects, not only European artists, but also colonials, scientists and museum curators became fascinated by African artists and their work, including not only sculpture, but also material culture, drawings, architecture, music and dance. The article will trace how African utensils became exhibited as ethnographical specimens and art objects during World Exhibitions and in the (Belgian) Congo Museum in Tervuren
Eurocentrisch denken voorbij. Interculturele perspectieven in geschiedenisonderwijs.
nrpages: 112status: publishe
Eurocentrisch Denken Voorbij Interculturele Perspectieven in Geschiedenisonderwijs
Intro -- _gjdgxsDescription based on publisher supplied metadata and other sources.Electronic reproduction. Ann Arbor, Michigan : ProQuest Ebook Central, YYYY. Available via World Wide Web. Access may be limited to ProQuest Ebook Central affiliated libraries