6 research outputs found

    De Arco-garantieregeling na de uitspraak van het Grondwettelijk Hof: terug naar af? Een juridische analyse van de status quo

    No full text
    Bij arrest van 15 juni 2017 heeft het Grondwettelijk Hof artikel 36/24 van de wet van 22 februari 1998 in strijd met het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel bevonden. Deze bepaling ligt aan de basis van de Arco-garantieregeling, waarmee de Belgische Staat in 2008 een garantie heeft verleend ten gunste van ruim 800.000 natuurlijke personen die destijds aandeelhouder waren van de drie financiële Arco-coöperaties, i.e. de financieringsvennootschappen van het ACW (nu: beweging.net). Die garantie werd verleend in het kader van de herkapitalisatie van de Belgisch-Franse bank Dexia. De uitspraak van het Grondwettelijk Hof kwam voor velen wellicht niet als een verrassing: eind 2016 oordeelde het Europese Hof van Justitie (HvJ) reeds dat de garantie die België had verleend aan aandeelhouders in de coöperatieve vennootschappen van de Arco-groep in strijd was met het staatssteunrecht. Vervolgens besloot het Grondwettelijk Hof dat het Unierecht geen ongelijke behandeling kon rechtvaardigen tussen aandeelhouders in de coöperatieve vennootschappen van Arco en andere aandeelhouders in vennootschappen in het licht van de Belgische Grondwet. De motivering van het Grondwettelijk Hof is dan ook grotendeels gebaseerd op de uitspraak van het HvJ. Het is de bedoeling van deze noot om de juridische balans van de Arco-garantieregeling op te maken, niet in de laatste plaats voor de toekomst.status: publishe

    ‘Sincere Simplicity’: Gerbrand Bredero’s Apprenticeship with Coornhert and Spiegel

    Get PDF
    Like many authors in the early seventeenth century, the Dutch poet and prose writer Gerbrand Bredero prided himself on his defence of the mother tongue. The main reason for Bredero’s preference can be found in his consideration for the ‘unlearned’ public, perhaps to be associated with his being ‘unlearned’ himself. In his appreciation of the mother tongue, he closely responds to predecessors like Dirck Coornhert and Hendrik Spiegel. Moreover, he shared ideas about purism and ‘language building’ with the leading voices of the Amsterdam chamber of rhetoric, of which Bredero was a member. In this article, it will be shown how and to what extent linguistic aspects of Bredero’s prose are in line with his Amsterdam predecessors. Some of the imagery used by Bredero fits in with the idiom of Coornhert, while Spiegel’s writing exemplified the use of innovative compound words and genitives. Though Bredero is far less extreme in his experimentation with both forms, he did not refrain from leaving his own creative mark on language use, as a supposed result of a direct and active focus on common, Amsterdam burghers
    corecore