61 research outputs found

    Symbiose in het voortgezet speciaal onderwijs:wat, wie en waarom?

    Get PDF
    Om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de mogelijkheden van leerlingen wordt in het voortgezet speciaal onderwijs (vso) veelvuldig gebruikgemaakt van symbiose. Leerlingen die ingeschreven zijn bij het vso, kunnen tot maximaal 60% onderwijs volgen op een andere school. De symbioseregeling komt voort uit het feit dat het aanbieden van praktijkvakken vaak een uitdaging is voor vso-scholen, mede door de geringe omvang van het onderwijs én de beperkte bevoegdheid van leraren. Middels symbiose kunnen leerlingen dit deel op een reguliere vo-school volgen en een volledig diploma behalen. Hoewel symbioseveelvuldig wordt gebruikt in de onderwijspraktijk, is er tot op heden geen systematisch onderzoek naar gedaan. In dit artikel presenteren we een deelonderzoek van een groter onderzoeksproject naar symbiose.We zoomen hierbij in op de manier waarop symbiose is vormgegeven, wat de meerwaarde is van symbiose, en wat er nodig is aan competenties van een reguliere vo-docent om les te geven aan leerlingen die gebruikmaken van symbiose. Achttien onderwijsprofessionals uit tien verschillende vso-locaties die te maken hebben met symbiose werden aan de hand van een semigestructureerd interview bevraagd. De interviews zijn getranscribeerd en vervolgens op thema’s gecodeerd. Hoewel symbiose op vrijwel alle scholen verschillend is vormgegeven, zijn er in grote lijnen vijf varianten te onderscheiden. De meerwaarde van symbiose is voor leerlingen voornamelijk het behalen van een volledig diploma (i.p.v. certificaten) en een gevoel van eigenwaarde. De overgrote meerderheid van de geïnterviewden is van mening dat leraren vanhet reguliere vo kennis nodig hebben op het gebied van de vso-doelgroep (zoals gedragsproblematiek) en van hieruit de vertaalslag moeten maken naar wat een leerling nodig heeft aan ondersteuning. In de discussie staan we stil bij enkele praktische implicaties van deze eerste bevindingen van dit deelonderzoek

    Een beschrijving van de leerlingenpopulatie in het (voortgezet) speciaal onderwijs

    Get PDF
    In het speciaal onderwijs ligt de focus tegenwoordig veel meer op welke ondersteuningsbehoeften leerlingen hebben dan op hun gedrags- en/of leerproblemen. Daarmee komt de rol van de leraar duidelijker in beeld: wat constateert de leraar, welke behoefte aan extra ondersteuning hebben leerling en hoe speelt hij of zij daar op in? Omdat tot op heden onbekend is hoe leraren ondersteuningsbehoeften van leerlingen omschrijven, hebben wij in dit onderzoek ruim 1100 ontwikkelingsperspectiefplannen (opp’s) geanalyseerd. Dit geeft ons mogelijk aanknopingspunten over hoe scholen het beste kunnen inspelen op de ondersteuningsbehoeften van leerlingen. We hebben scholen onderzocht uit het speciaal onderwijs (so), het voortgezet speciaal onderwijs (vso) en het speciaal basisonderwijs (sbo, scholen voor basisschoolleerlingen in vergelijking met so ‘lichte’ problematiek). We vonden onder andere dat sbo-leerlingen meer ondersteuning nodig hebben dan so- en vso-leerlingen op taal, lezen, rekenen en internaliserende problemen. Vso- en vooral so-leerlingen hebben daarentegen voornamelijk ondersteuning nodig op externaliserendeproblematiek. Sbo-leerlingen verschillen ook van so- en vso-leerlingen op een aantal leerling- en gezinskenmerken, zoals IQ en problematische thuissituatie. De verschillen tussen so- en vso-leerlingen qua leerling- en gezinskenmerken zijn gradueel. Met een clusteranalyse hebben we vervolgens een en andernader gespecificeerd. Hierbij wilden we vooral weten of de leerling- en gezinskenmerken houvast zouden bieden in welke ondersteuning leerlingen nodig hebben. We vonden acht inhoudelijk relevante clusters die we in de discussie nader bespreken

    Voorspellers van leerprestaties in het speciaal (basis)onderwijs

    Get PDF
    In dit onderzoek is voor het eerst systematisch bestudeerd in welke mate leerlingkenmerken als IQ-score, gedrag en leervoorwaarden invloed hebben op de prestaties op de kennisgebieden taal en rekenen/wiskunde van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften in het speciaal onderwijs. We brachten eenrange aan leerling- en schoolkenmerken in kaart en onderzochten in hoeverre de kenmerken drie CITOvaardigheidsscores voorspelden. Rekening houdend met een positief effect van leerjaar kunnen we concluderen dat een hogere IQ-score de vaardigheidsscores positief beïnvloedt, en dat gedragsproblemen (zich uitend in incidenten en ongeoorloofde absenties), concentratieproblemen en leesproblemen een negatieve invloed hebben. Voor geslacht geldt dat jongens het gemiddeld beter doen op rekenen/wiskunde en meisjes beter op begrijpend lezen. Schoolkenmerken speelden in de uitkomsten van dit onderzoekechter geen prominente rol. Mogelijk is er zo’n grote diversiteit en intensiteit van leerlingproblematiek in het speciaal onderwijs dat schoolkenmerken niet het verschil kunnen maken. Het speciaal onderwijs staat voor de uitdaging interventies uit te voeren op die voorspellende leerlingkenmerken die veranderbaar zijn: ongeoorloofde absenties, schorsingen en leervoorwaardeproblemen als concentratie

    Person-Related Protective and Vulnerability Factors of Psychopathology Symptoms in Non-Clinical Adolescents

    Get PDF
    Psychopathology in youths is thought to originate from a dynamic interplay of a variety of protective and vulnerability factors. In this study, a large multi-ethnic sample of non-clinical adolescents (N = 376) completed questionnaires for measuring a wide range of person-related protective and vulnerability factors as well as psychopathology symptoms, in order to explore (a) the relations among various protective and vulnerability factors, and (b) the unique contributions of these protective and vulnerability factors to different types of psychological problems. Results indicated that the overlap among protective and vulnerability factors was quite modest. Further, it was found that factors clustered in theoretically meaningful components reflecting protection, vulnerability, and more specific aspects of coping and social support. Finally, data indicated that each type of psychopathology symptoms was associated with a typical set of protective and vulnerability factors. Although these results should be interpreted with caution because of the cross-sectional nature of the study, they may nevertheless guide future research exploring multifactorial models of psychopathology in youths

    De kinderen van de Bladergroenschool in cijfers

    No full text
    corecore