378 research outputs found
Grenswaarden voor temperatuurintegratie : een definitiestudie
Op grond van jarenlang empirisch onderzoek is duidelijk geworden dat door toepassing van temperatuurintegratie in de glastuinbouw energie kan worden bespaard. Ook bij de doelgroep, telers, tuinbouwvoorlichters en leveranciers van klimaatregelapparatuur voor de glastuinbouw wordt vrij algemeen geaccepteerd dat temperatuurintegratie in principe kan werken. De vraag is binnen welke grenswaarden temperatuurintegratie verantwoord kan worden toegepast. Een volledig antwoord op deze vraag blijkt bijzonder moeilijk te geven. In dit rapport wordt de theorie onderbouwd dat die grenswaarden worden bepaald door plantkundige processen die te maken hebben met de coördinatie tussen aanmaak en verwerking van assimilaten en tussen groei5 en ontwikkelingsprocessen. Voorgesteld wordt om voor dit complex aan afstemmingsprocessen de term 'plantbalans' te gebruiken. Inzicht in de plantbalans maakt het mogelijk om de optimaliseringruimte voor energiebesparing door temperatuurintegratie kwantitatief te bepalen en om de factor temperatuur gericht te gebruiken voor teeltsturing. Dat wil zeggen het gericht beïnvloeden van de teelt om een vooraf bepaalde oogstdatum en/ of (uitwendige) kwaliteitsspecificatie te realiseren
Grenswaarden voor temperatuurfluctuaties van verschillende duur bij siergewassen : verslag van een teeltproef met modelgestuurd temperatuursverloop : Deelverslag 3: Toetsing van een dynamisch gewasmodel voor groei, ontwikkeling en sierwaarde van Kalanchoe
Het gewasmodel zoals beschreven in rapport 3 van dit project (zie ook Buwalda et al., 2004) is ontwikkeld en gekalibreerd op basis van de resultaten van een teeltproef uitgevoerd in het najaar van 2003. Met het oog op een algemene toepasbaarheid van het model is het van belang dat het ook in andere perioden van het jaar accurate simulatieresultaten op kan leveren. De algemene theorie met betrekking tot het totstandkomen van uitwendige kwaliteit (sierwaarde) zoals uiteengezet in rapport 1 (Buwalda, 2003) is gebaseerd op het idee dat de laterale groei (uitgroeien van zijscheuten) en allocatie van biomassa naar generatieve delen de belangrijkste kwaliteitsbepalende processen zijn. Verondersteld wordt dat de verhouding tussen groeisnelheid en ontwikkelingstempo de bepalende factor is voor beide processen
Grenswaarden voor temperatuurfluctuaties van verschillende duur bij siergewassen : beschrijving van het gewasmodel
Een voorlopig model voor groei en ontwikkeling van Kalanchoe werd ontwikkeld. Het model berekent versgewicht en ontwikkelingsstadium van individuele phytomeren aan de hoofdscheut van de plant, van de zijscheuten en van de generatieve delen in relatie tot licht en temperatuur. De snelheid van verandering van deze toestandsvariabelen wordt bepaald door de processen groei, ontwikkeling en verdeling van biomassa op basis van de relatieve sinksterkte van individuele organen. Activering van okselknoppen, waaruit de zijscheuten ontstaan, werd beschreven op basis van source/sink en ontwikkelingsstadium. De potentiële groei van onderdelen werd beschreven als een Richardsfunctie van het ontwikkelingsstadium. In het geval van de generatieve delen werd de potentiële groei nog vermenigvuldigd met het gemiddelde gewicht per phytomeer in de betreffende scheut. Het model kon zo worden gekalibreerd dat het verloop van een eerdere proef met effecten van licht en temperatuur bij Kalanchoe (Horst, voorjaar 2003) behoorlijk goed simuleerd
Global opportunities for remote production support
For a hard copy: [email protected] of +31 (0) 297 34 40 3
Grenswaarden voor temperatuurfluctuaties van verschillende duur bij siergewassen : verslag van een teeltproef met modelgestuurd temperatuursverloop : Deelverslag 1: temperatuurverloop, energieverbruik en overzicht teeltresultaten
Temperatuurintegratie draagt bij aan energiezuinig stoken in de glastuinbouw. Door het tijdelijk toelaten van afwijkingen van de streeftemperatuur hoeft niet alle gratis zonnewarmte te worden afgelucht. Het warmteoverschot dat hierdoor ontstaat, kan worden gecompenseerd door op andere momenten minder te stoken. Verder kan de temperatuur tijdelijk worden verlaagd in perioden dat het extra veel energie kost om de gewenste temperatuur te handhaven, zoals bij harde wind, lage hemeltemperatuur en lage buitentemperaturen. Ook kunnen besparingsmogelijkheden van technische voorzieningen zoals een energiescherm en een warmtebuffer optimaal worden benu
Grenswaarden voor temperatuurfluctuaties van verschillende duur bij siergewassen : verslag van een teeltproef met modelgestuurd temperatuursverloop : Deelverslag 5: mogelijkheden bij Potchrysant, Begonia en Saintpaulia
In dit verslag worden resultaten beschreven van de laatste proef in een serie experimenten, die in het kader van het PPO project 'Grenswaarden voor temperatuurfluctuaties bij siergewassen' zijn uitgevoerd op de voormalige PPO locatie Horst. Doel van de proeven was om te onderzoeken welke fysiologische processen bepalend zijn voor de grenswaarden die aangehouden moeten worden bij het toepassen van temperatuurintegratie. Temperatuurintegratie betekent dat het gemiddelde temperatuurniveau bepalend is voor het teeltresultaat, en dat tijdelijke afwijkingen van de streefwaarde kunnen worden toegelaten, mits ze op tijd worden gecompenseerd. De meest bekende toepassing van temperatuurintegratie in de glastuinbouw is gericht op energiebesparing, waarbij een stooktechnisch optimaliserende klimaatregelaar de ruimte wordt gegeven om de gratis warmte van de zon te benutten door minder te luchten, en de temperatuuroverschotten die hierbij ontstaan te compenseren door de temperatuur op andere momenten tijdelijk te verlagen
Temporal and spatial dynamics of corticosteroid receptor down-regulation in rat brain following social defeat
The experiments explored the nature and time course of changes in glucocorticoid receptor (GR) and mineralocorticoid receptor (MR) binding in homogenates of various brain regions and pituitary of male Wistar rats following social defeat stress. One week after defeat, the binding capacity of GRs was decreased in the hippocampus and the hypothalamus while no changes were observed in the parietal cortex and the pituitary. The number of MRs remained at the same level as in undefeated rats. Three weeks postdefeat, the initially down-regulated GR returned to baseline level in the hippocampus and the hypothalamus. However, GR binding was now decreased in the parietal cortex. Severe down-regulation of MRs was detected in the hippocampal and septal tissue. The results show that brief but intense stress like social defeat induces a long-lasting down-regulation of corticosteroid receptors and that the temporal dynamics of these changes are not only differential for GRs and MRs but also for brain sites.
Enhanced sensitivity of postsynaptic serotonin-1A receptors in rats and mice with high trait aggression
Individual differences in aggressive behaviour have been linked to variability in central serotonergic activity, both in humans and animals. A previous experiment in mice, selectively bred for high or low levels of aggression, showed an up-regulation of postsynaptic serotonin-1A (5-HT1A) receptors, both in receptor binding and in mRNA levels, in the aggressive line. The aim of this experiment was to study whether similar differences in 5-HT1A receptors exist in individuals from a random-bred rat strain, varying in aggressiveness. In addition, because little is known about the functional consequences of these receptor differences, a response mediated via postsynaptic 5-HT1A receptors (i.e., hypothermia) was studied both in the selection lines of mice and in the randomly bred rats. The difference in receptor binding, as demonstrated in mice previously, could not be shown in rats. However, both in rats and mice, the hypothermic response to the 5-HT1A agonist alnespirone was larger in aggressive individuals. So, in the rat strain as well as in the mouse lines, there is, to a greater or lesser extent, an enhanced sensitivity of postsynaptic 5-HT1A receptors in aggressive individuals. This could be a compensatory up-regulation induced by a lower basal 5-HT neurotransmission, which is in agreement with the serotonin deficiency hypothesis of aggression.
- …