24 research outputs found

    Portfolio use in vocational education:Helping students to direct their learning

    Get PDF
    Kicken, W. (2008). Portfolio use in vocational education: Helping students to direct their learning. Doctoral Dissertation, Open University of the Netherlands, The Netherlands

    Portfolio use in vocational education:Helping students to direct their learning

    Get PDF

    Zelfgestuurde kappers

    Get PDF

    Het ontwerpen en effectief gebruiken van een ontwikkelingsportfolio, hoe doe je dat?

    Get PDF
    Kicken, W. (2011, 1 november). Het ontwerpen en effectief gebruiken van een ontwikkelingsportfolio, hoe doe je dat? Workshop 5de CLIL Conferentie, Ede-Wageningen, Nederland.Workshop gegeven tijdens de 5de CLIL Conferentie over het ontwikkelen van een e-portfolio en een begeleidingsmode

    Scaffolding advice on task selection: A safe path toward self-directed learning in on-demand education.

    Get PDF
    Kicken, W., Brand-Gruwel, S., & Van Merrienboer, J. J. G. (2008). Scaffolding advice on task selection: A safe path toward self-directed learning in on-demand education. Journal of Vocational Education and Training, 60, 223-239.An intuitively appealing approach to flexibilisation of vocational education and training is to delegate choices on instruction, such as the selection of learning tasks, to students. However, empirical evidence shows that students often do not have sufficiently developed self-directed learning skills to select suitable tasks. This article describes the Informed Self-Directed Learning (ISDL) model, which depicts three information resources supporting students’ process of task selection and helping them to develop important self-directed learning skills necessary for effective task selection: (1) a structured development portfolio to support and develop their self-assessment skills, (2) a description of task metadata to help them compare and select suitable tasks, and (3) a protocol for giving advice, which explicitly demonstrates how to use performance results to select suitable tasks. Furthermore, the ISDL model proposes that as students further develop their self-directed learning skills and improve their task selections, the frequency and/or level of detail of given advice gradually diminishes and the number of available tasks to choose from increases

    Resultaten verkennende vragenlijst kennis, percepties en waarderingen lerarenregister

    Get PDF
    In februari 2012 is het online lerarenregister, Registerleraar.nl, live gegaan en konden leraren uit het basisonderwijs, middelbaar onderwijs, speciaal onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs zich inschrijven in het register. Het lerarenregister (Registerleraar.nl) is een initiatief van de Onderwijscoöperatie (www.onderwijscooperatie.nl) en heeft tot doel de positie van de beroepsgroep leraren te versterken. Het lerarenregister is een register van, voor en door leraren. Registratie als registerleraar is vrijwillig. Met de registratie in het lerarenregister toont de leraar aan dat hij actief werkt aan zijn professionele ontwikkeling als leraar. Als registerleraar versterkt de leraar zijn eigen positie als lesgevende professional binnen het onderwijs en laat hij zien welke activiteiten hij onderneemt om zijn bekwaamheid te onderhouden. De leraar beheert zelf zijn gegevens. Het lerarenregister moet een register worden van leraren en door leraren. Met het streven van het ministerie van OCenW om eind 2013 minstens 20.000 geregistreerde leraren in het register te kunnen tellen is het belangrijk om meer inzicht te krijgen in de kennis, percepties, waarderingen van de niet-geregistreerde en geregistreerde leraren hebben over het lerarenregister. Op deze manier kan informatie over het register aangepast worden, kunnen misconcepties weggenomen worden en kan het implementatieproces bijgesteld worden waar nodig en kan het draagvlak voor het register vergroot worden. In dit verkennend onderzoek wordt onderzocht hoe leraren het lerarenregister waarderen en wat hun percepties zijn van het doel van het lerarenregister. Hiertoe is in samenspraak met de Onderwijscoöperatie een online verkennende vragenlijst opgesteld die verspreid is via de nieuwsbrief en website van de Onderwijscoöperatie en LOOK. In de periode van december 2012 tot en met juni 2013 hebben 159 respondenten de vragenlijst volledig ingevuld. Van deze respondenten waren 71 personen geregistreerd in het lerarenregister, 71 personen waren niet geregistreerd maar hadden wel al van het register gehoord, en 17 personen waren niet geregistreerd en hadden niet van het register gehoord. De verdeling van de respondenten over de onderwijssectoren was als volgt: 25% primair onderwijs, 7% speciaal (voortgezet) onderwijs, 47% voortgezet onderwijs en 23% middelbaar beroepsonderwijs. De som van deze percentages is meer dan 100%, omdat enkele respondenten in meer dan één onderwijssector werkzaam zijn. Gevraagd naar de aard van hun huidige professionaliseringsactiviteiten blijkt de meerderheid van alle respondenten met name deel te nemen aan studiedagen, cursussen en conferenties. Daarnaast voeren met name de geregistreerde respondenten informele leeractiviteiten uit buiten school (bijvoorbeeld deelname netwerk, werkzaamheden vakvereniging) en binnen school (bijvoorbeeld intervisie, innovatietrajecten) om te werken aan hun professionele ontwikkeling. De niet-geregistreerde respondenten kiezen daarentegen iets vaker voor professionele zelfstudie (53% vs 45%). Van alle respondenten geeft 78% aan dat ze de eigen professionaliseringsactiviteiten bijhouden. De geregistreerde respondenten gebruiken een portfolio en het bekwaamheidsdossier voor dit doel, terwijl beide groepen in gelijke mate gebruik maken van LinkedIn of een POP-formulier. De drie belangrijkste redenen voor registratie op Registerleraar.nl waren: “Om te laten zien dat ik bevoegd ben en mij professioneel ontwikkel” (73%), “Om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren” (34%), en “Om het beroep meer aanzien te geven” (31%). De drie belangrijkste redenen voor niet-registratie waren: “Ik ben zelf verantwoordelijk voor mijn professionele ontwikkeling en heb daar geen lerarenregister voor nodig” (38%), “Ik heb onvoldoende zicht op wat er met mijn gegevens gebeurt en voor wie deze zichtbaar zijn” (35%), “Ik ben nog onvoldoende op de hoogte van het doel en de mogelijkheden van het register” (35%). De respondenten verwachten van de website Registerleraar.nl vooral dat ze er geïnformeerd worden over wat het lerarenregister voor hen kan betekenen, hoe de website gebruikt moet worden, en hoe de registratieprocedure verloopt. In totaal bleken 142 respondenten bekend te zijn met het register. Gevraagd naar de mate waarin het lerarenregister binnen de eigen onderwijsinstelling leefde, antwoordden twee derde van de respondenten dat het register helemaal niet leeft binnen hun instelling. Deze 142 respondenten werden ook gevraagd naar hun bekendheid met de verschillende aspecten van het lerarenregister. Ze geven aan zich met name nog onvoldoende geïnformeerd te voelen over de mogelijkheden van het register voor burgers en scholen (58%), de gebruiksmogelijkheden van het register (55%), de vindbaarheid van de eigen informatie voor anderen (54%) en de betekenis van het register voor de beroepsgroep (47% ). Daarnaast voelen de 71 niet-geregistreerde respondenten die wel bekend zijn met het register zich nog onvoldoende geïnformeerd over de registratieprocedure (49%). De antwoorden op de vraag wat volgens de respondenten het doel van het lerarenregister is, zijn zeer divers, maar komen grotendeels overeen met de doelen van het register zoals geformuleerd door de Onderwijscoöperatie: het versterken van de professionaliteit, het laten zien dat je bevoegd en bekwaam bent, het versterken van de beroepsgroep en het waarborgen van kwaliteit van leraren en onderwijs. Daarnaast klinkt in sommige antwoorden een subjectief waardeoordeel door dat met name betrekking heeft op het gevoel dat het register ingezet wordt als controlemiddel bijvoorbeeld. Tot slot zijn er respondenten die aangeven dat het doel voorbij gestreefd wordt en dat het initiatief van een lerarenregister zinloos is. Om de percepties over het lerarenregister te meten, werd aan de respondenten gevraagd om (maximaal) drie trefwoorden te formuleren die zij associeerden met het register. De woorden professionalisering, controle en kwaliteit, en varianten hierop werden het meest genoemd door alle respondenten. Uit een vergelijking tussen respondentgroepen, blijkt dat de geregistreerde leraren veelal trefwoorden met een positieve connotatie noemen of woorden die de doelen van het lerarenregister beschrijven, terwijl de niet-geregistreerde respondenten daarnaast veel trefwoorden met een negatieve klank noemen, zoals controle, onrealistisch, bureaucratie. Ook bij de reactie op een aantal stellingen over het register blijkt dat de standpunten van de twee groepen respondenten sterk van elkaar verschillen. Zo is 40% van de geregistreerde respondenten het eens met de stelling dat Registerleraar.nl inspireert en motiveert om te werken aan de professionele ontwikkeling, terwijl 36% van de niet-geregistreerde respondenten het hier helemaal mee oneens is. Eenzelfde tegenstelling is bij vrijwel alle stellingen te zien. Wel is een groot aantal respondenten van beide groepen het (helemaal) eens met de stelling dat registratie alleen onvoldoende is om aan te tonen dat een leraar werkt aan de eigen professionalisering. Gevraagd naar de tevredenheid over de verschillende aspecten van het register tekent zich geen eenduidig beeld af. Uit de antwoorden blijkt dat de geregistreerde respondenten niet eenduidig tevreden of ontevreden zijn. Gevraagd naar een rapportcijfer (1-10) voor Registerleraar.nl, zijn de antwoorden van geregistreerde en niet-geregistreerde respondenten weer sterk uiteenlopend, in die mate zelfs dat de verschillen statistisch significant zijn. Van de geregistreerde gebruikers geeft 75% een voldoende rapportcijfer (6 tot 8) resulterend in een gemiddelde van 5,9 op 10, terwijl 74% van de niet-geregistreerde respondenten het register met een onvoldoende (1 tot 5) waardeert, hetgeen leidt tot een gemiddelde score van 3,8 op 10. Ondanks het feit dat dit een verkennend onderzoek is, en er slechts een kleine groep mensen de volledige vragenlijst heeft ingevuld, kunnen de volgende voorzichtige conclusies worden getrokken: •Er is veel scepsis over de redenen en het doel van het lerarenregister, maar die scepsis komt deels voort uit een gebrek aan informatie én uit misconcepties over het register. •De geregistreerde respondenten in ons onderzoek hebben een positievere perceptie van het doel en de mogelijkheden van het lerarenregister dan de niet-geregistreerden. Die laatste groep is (nog) niet overtuigd van de effectiviteit van het register. •In algemene zin is men niet erg tevreden over het lerarenregister, zelfs de geregistreerde respondenten niet. Er worden verbeterpunten aangereikt, en er is bereidheid om mee te denken over een verbetering van het systeem, maar er is vooral veel vraag naar goede en relevante informatie. De resultaten van de verkennende vragenlijst worden gebruikt als input voor vervolgonderzoek dat de Open Universiteit samen met de Onderwijscoöperatie zal ondernemen. De uitkomsten zijn een leidraad voor het ontwerp van een monitor-vragenlijst over het lerarenregister die verspreid zal worden via Registerleraar.nl. Daarnaast worden de resultaten van deze verkennende vragenlijst gebruikt bij de begeleiding van het opzetten en voeren van focusgroepsgesprekken die in dat kader van de registerpilots die in de verschillende onderwijssectoren worden uitgevoerd.Open Universiteit - Onderwijscoöperati

    The effects of portfolio-based advice on the development of self-directed learning skills in secondary vocational education

    Get PDF
    Kicken, W., Brand-Gruwel, S., Van Merrienboer, J. J. G., & Slot, W. (2009). The effects of portfolio-based advice on the development of self-directed learning skills in secondary vocational education. Educational Technology Research and Development, 57(4), 439 - 460. DOI: 10.1007/s11423-009-9111-3This experimental study was designed to investigate whether supervision meetings, in which students receive specific advice on how to use a development portfolio to monitor their progress and plan their future learning, helps them to develop self-directed learning skills and improve their learning in the domain. In the first year of a hairdressing program in vocational education, supervision meetings were used to provide students with either specific advice or not. Students in the advice group (n = 21) formulated better learning needs, selected more suitable learning tasks, completed more practical assignments, and acquired more certificates than students in the feedback-only group (n = 22). Interviews also showed that students in the advice group appreciated the supervision meeting more and perceived them as more effective than students in the feedback-only group. Guidelines are provided for the use of development portfolios and the organization of supervision meetings in on-demand vocational education

    Design and evaluation of a development portfolio: How to improve students’ self-directed learning skills.

    Get PDF
    Kicken, W., Brand-Gruwel, S., Van Merrienboer, J. J. G., & Slot, W. (2009). Design and evaluation of a development portfolio: How to improve students’ self-directed learning skills. Instructional Science. DOI 10.1007/s11251-008-9058-5In on-demand education, students often experience problems with directing their own learning processes. A Structured Task Evaluation and Planning Portfolio (STEPP) was designed to help students develop three basic self-directed learning skills: Assessing the quality of own performance, formulating learning needs, and selecting future learning tasks. A case study with 10 first-year students in the domain of hairdressing was conducted to evaluate STEPP’s use, usability, and perceived effectiveness. Results from student interviews show that usability and use are influenced by several factors. Students with low prior hairdressing skills, a weakly developed personal approach to direct their own learning, and an inclination to update STEPP as part of their weekly routine, use STEPP more frequently than students without these characteristics. Both the supervisor and students who frequently used STEPP perceived its use as a positive contribution to the development of self-directed learning skills. Furthermore, this study provides guidelines for the design of development portfolios in on-demand education

    Handover training: does one size fit all? The merits of mass customisation

    Get PDF
    Kicken, W., Van der Klink, M., Barach, P., & Boshuizen, H. P. A. (2012). Handover training: does one size fit all? The merits of mass customisation. British Medical Journal Quality & Safety, 21, i84-i88. doi:10.1136/bmjqs-2012-001164Background. Training plays an important role in improving handovers. However, the content and delivery of handover training are only superficially examined and poorly described in literature. The aim of this study is to formulate recommendations for an effective training in handover and to examine whether standardization is a viable solution. Methods. A training needs analysis was conducted by means of a questionnaire, which was filled out by 96 healthcare professionals in primary and secondary care in the Netherlands, Spain, Sweden, and Poland. Preferences and recommendations regarding training delivery aspects and training topics that should be included in a training for handover were measured. Results. The majority of the participants recommended to provide a short conventional training with practical assignments to a small, multidisciplinary group. Formal examination, e-learning and self-study were not favoured. Recommended training topics were: communication skills, standardized procedures, knowing what to hand over, alertness to vulnerable patient groups, and awareness of responsibility. Small differences between countries pertain to suggested solutions to handover problems, such as reducing the time interval between discharge and discharge letter (The Netherlands), ensure information is handed over at all (Poland), and more standardized procedures and information systems (Sweden and Spain). Conclusions. The idea of a completely standardized handover training is not in line with the identified differences in preferences and recommendations between different handover stakeholders. Instead mass customization of training in which a generic training can easily be adapted to the trainees’ needs, based on examinations of, for example, their preferences or identified handover problems and solutions, is a more promising approach to handover training.FP7-HEALTH-F2-2008-22340
    corecore