16 research outputs found

    Telescopic actions

    Get PDF
    A group action H on X is called "telescopic" if for any finitely presented group G, there exists a subgroup H' in H such that G is isomorphic to the fundamental group of X/H'. We construct examples of telescopic actions on some CAT[-1] spaces, in particular on 3 and 4-dimensional hyperbolic spaces. As applications we give new proofs of the following statements: (1) Aitchison's theorem: Every finitely presented group G can appear as the fundamental group of M/J, where M is a compact 3-manifold and J is an involution which has only isolated fixed points; (2) Taubes' theorem: Every finitely presented group G can appear as the fundamental group of a compact complex 3-manifold.Comment: +higher dimension

    Precision Measurement of the Proton Flux in Primary Cosmic Rays from Rigidity 1 GV to 1.8 TV with the Alpha Magnetic Spectrometer on the International Space Station

    Get PDF
    A precise measurement of the proton flux in primary cosmic rays with rigidity (momentum/charge) from 1 GV to 1.8 TV is presented based on 300 million events. Knowledge of the rigidity dependence of the proton flux is important in understanding the origin, acceleration, and propagation of cosmic rays. We present the detailed variation with rigidity of the flux spectral index for the first time. The spectral index progressively hardens at high rigidities.</p

    Some long-term observations on cyclical and seral processes in Dutch heathlands

    No full text
    Changes over a period of 10–30 years in the vegetation of some Dutch heathlands were studied, using aerial photographs and information derived from observations and permanent plots. The sites studied are situated in (formerly) Calluna vulgaris-dominated heathlands, known to be infested in the past by the heather beetle Lochmaea suturalis, Thoms., followed by a Calluna die-off. No interference by management practices had interrupted the natural changes in the vegetation following the infestation. Evidence for both seral and cyclical changes is presented. It is concluded that abiotic factors, i.e. physiographically controlled minor differences in the soil type, determine whether a cyclical or seral change will occur

    De onderwijsvisitatie Bio-ingenieurswetenschappen: Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Bio-ingenieurswetenschappen en de masters in de deeldomeinen Bio-informatics and Molecular Biology, Land and Water Resources en Nutrition and Food Technology aan de Vlaamse Universiteiten

    No full text
    Dit rapport geeft de visie weer van de visitatiecommissie die de academische opleidingen Bioingenieurswetenschappen (Toegepaste Biologische Wetenschappen) aan de Universiteit Gent, de Vrije Universiteit Brussel, de Katholieke Universiteit Leuven en de Universiteit Antwerpen evalueerde. De kerncommissie verrichtte haar onderzoek en bezocht de basisopleidingen in de lente van 2006 en de deelcommissies evalueerden de masters vanuit het Paleis der Academiën, Brussel. Dit initiatief kadert mede in de opdracht die de Vlaamse overheid gaf aan de Vlaamse universiteiten en aan de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) wat betreft de externe kwaliteitszorg van het academisch onderwijs. De visitatiecommissie heeft hierbij de visitatieprocedure gevolgd, waarin zij ¿ naast de zeer belangrijke geachte suggesties en aanbevelingen in het kader van de continue verbetering van het academisch onderwijs ¿ ook een oordeel en evaluatiescore geeft over de zes onderwerpen en onderliggende facetten van het accreditatiekader van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Deze evaluatiescores zullen een belangrijk element zijn in het accreditatiebesluit van de NVAO. Het visitatierapport is in de eerste plaats bedoeld voor de betrokken opleidingen en is vooral gericht op kwaliteitshandhaving en -verbetering. Daarnaast wil het rapport ook de buitenwereld objectief inlichten over de kwaliteit van de geëvalueerde opleiding. Daarom wordt het rapport op de webstek van de VLIR geplaatst (www.vlir.be). De lezer moet er echter rekening mee houden dat dit visitatierapport slechts een momentopname is en slechts één fase is in het proces van blijvende zorg voor onderwijskwaliteit. Al na korte tijd kan de opleiding immers grondig zijn gewijzigd en verbeterd, mede als antwoord op de resultaten van interne onderwijsevaluaties door de universiteit zelf of als reactie op terecht geformuleerde aanbevelingen van de visitatiecommissie. hebben uitgevoer

    De onderwijsvisitatie Bio-ingenieurswetenschappen: Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Bio-ingenieurswetenschappen en de masters in de deeldomeinen Bio-informatics and Molecular Biology, Land and Water Resources en Nutrition and Food Technology aan de Vlaamse Universiteiten

    No full text
    Dit rapport geeft de visie weer van de visitatiecommissie die de academische opleidingen Bioingenieurswetenschappen (Toegepaste Biologische Wetenschappen) aan de Universiteit Gent, de Vrije Universiteit Brussel, de Katholieke Universiteit Leuven en de Universiteit Antwerpen evalueerde. De kerncommissie verrichtte haar onderzoek en bezocht de basisopleidingen in de lente van 2006 en de deelcommissies evalueerden de masters vanuit het Paleis der Academiën, Brussel. Dit initiatief kadert mede in de opdracht die de Vlaamse overheid gaf aan de Vlaamse universiteiten en aan de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) wat betreft de externe kwaliteitszorg van het academisch onderwijs. De visitatiecommissie heeft hierbij de visitatieprocedure gevolgd, waarin zij ¿ naast de zeer belangrijke geachte suggesties en aanbevelingen in het kader van de continue verbetering van het academisch onderwijs ¿ ook een oordeel en evaluatiescore geeft over de zes onderwerpen en onderliggende facetten van het accreditatiekader van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Deze evaluatiescores zullen een belangrijk element zijn in het accreditatiebesluit van de NVAO. Het visitatierapport is in de eerste plaats bedoeld voor de betrokken opleidingen en is vooral gericht op kwaliteitshandhaving en -verbetering. Daarnaast wil het rapport ook de buitenwereld objectief inlichten over de kwaliteit van de geëvalueerde opleiding. Daarom wordt het rapport op de webstek van de VLIR geplaatst (www.vlir.be). De lezer moet er echter rekening mee houden dat dit visitatierapport slechts een momentopname is en slechts één fase is in het proces van blijvende zorg voor onderwijskwaliteit. Al na korte tijd kan de opleiding immers grondig zijn gewijzigd en verbeterd, mede als antwoord op de resultaten van interne onderwijsevaluaties door de universiteit zelf of als reactie op terecht geformuleerde aanbevelingen van de visitatiecommissie. hebben uitgevoer
    corecore