5,121 research outputs found

    Transplantation and other aspects of surgery of the liver

    Get PDF

    Sturen op afstand : Over de aansturing van verzelfstandigde organisaties door

    Get PDF
    Steeds meer overheidstaken zijn afgeschaft, maar veel vaker nog zijn ze geprivatiseerd, verzelfstandigd of uitbesteed. In deze bijdrage richten we ons op de relatie die ontstaat tussen kerndepartementen en ver-zelfstandigde organisaties, na verzelfstandiging. Met het uit handen geven van taken is de bemoeienis van de overheid namelijk allerminst afgelopen. In tegendeel zelfs, soms lijkt het of dat juist is toegenomen (Kickert, 1998:161). Veel verzelfstandigingen lijken ingegeven te zijn door een behoefte aan meer ? vooral beheersmatige ? controle en stu-ring vanuit het moederdepartement. Dit wordt de verzelfstandigingsparadox genoemd. Hoe kan dat? En lukt dat? Dat zijn de vragen die hier centraal staan. Ik richt me daarbij vooral op verzelfstandiging op rijksniveau in Nederland, maar veel van de hier behandelde onderwerpen spelen ook op andere overheidsniveaus (Van Thiel, 2002) en in andere landen

    Kaderwet Zelfstandige Bestuursorganen; uniformiteit of verscheidenheid?

    Get PDF
    Over het wetsvoorstel voor de Kaderwet is veel gediscussieerd (zie bijv. Boxum, 1997). Een eerdere versie werd zelfs afgewezen door de ministerraad. In de discussie staan twee opvattingen tegenover elkaar: die van de aanhangers van meer uniformiteit en die van de voorstanders van het eerbiedigen van de diversiteit

    Inleiding

    Get PDF
    De directe aanleiding voor dit boek is het feit dat het Kadaster in 2004 tien jaar als zelfstandig bestuursorgaan (zbo) bestaat en de huidige bestuursleden afscheid nemen. In die tien jaar heeft het Kadaster diverse ontwikkelingen doorgemaakt, bijvoorbeeld in de relatie met het ministerie, de invoering van een baten-lastenstelsel en het omvormen van de organisatie, het instellen van nieuwe verantwoordingsinstrumenten, het ontwikkelen van nieuwe producten voor nieuwe markten, en nog veel meer. De wens bestond om bij gelegenheid van dit jubileum een boekje samen te stellen over al dit soort ontwikkelingen, die het Kadaster uiteraard niet als enige uitvoeringsorganisatie heeft meegemaakt.Het doel van het boek is om een bijdrage te leveren aan de ideeën-vorming rondom uitvoeringsorganisaties en om ervaringen uit te wisselen [...]. Er wordt ingegaan op tal van onderwerpen die bij de meeste uitvoeringsorganisaties veel herkenning zullen oproepen. Praktijkervaringen zullen worden afgewisseld met meer beschouwende bijdragen, opdat we aan het eind een aantal conclusies kunnen trekken over wat het nu eigenlijk betekent om een zelfstandige uitvoeringsorganisatie te zijn en hoe de overheid er het beste mee om zou kunnen gaan

    Governance van uitvoeringsorganisaties: overzicht en conclusies

    Get PDF
    Alhoewel semi-zelfstandige uitvoeringsorganisaties altijd deel hebben uitgemaakt van de Nederlandse publieke sector, is de aandacht voor hun functioneren en aansturing recent sterk toegenomen. Hiervoor zijn twee belangrijke oorzaken aan te geven. Ten eerste is het aantal en soort uitvoeringsorganisaties in de jaren tachtig en negentig van de afgelopen eeuw sterk gestegen. Hierdoor dreigen we niet alleen het overzicht kwijt te raken – zoals de verschillen tussen de inventarisaties door wetenschappers, ministeries en de Algemene Rekenkamer al laten zien – maar moet er ook steeds meer worden geïnvesteerd in het toezicht op en de aansturing van deze organisaties. De vraag die momenteel actueel is hoe deze investeringen zo efficiënt mogelijk kunnen worden gedaan en tegelijkertijd zo optimaal mogelijke vormen van toezicht en aansturing kunnen worden ontwikkeld. De tweede oorzaak van de toegenomen aandacht voor de governance van uitvoerings-organisaties is de politieke discussie die midden jaren negentig is ontstaan over verzelf-standigde organisaties. De toon van deze discussie is vaak negatief; er is veel aandacht voor incidenten en het ‘falen’ van de uitvoering van beleid [...]. Om de politieke discussie niet te laten escaleren, is het noodzakelijk dat er wederzijds meer begrip komt voor elkaars standpunt

    Why politicians prefer quasi-autonomous organizations

    Get PDF
    Since the 1980s the number of quasi-autonomous non-governmental organizations has increased in most western countries. This article offers a theoretical explanation for politicians’ apparent preference for quangos. The model is based on rational choice sociology, neo-institutional economics and public choice. Hypotheses are formulated on the conditions that are expected to influence politicians’ choice. The statistical analysis, using a database of 124 decisions to establish 392 quangos in The Netherlands between 1950 and 1993, shows that quango proliferation is more a trend than a well-informed choice. This raises new questions for research

    Quangos in Dutch government

    Get PDF
    This chapter deals with the establishment of so-called quasi-autonomous non-governmental organizations (quangos, Barker, 1982). There is little agreement on the definition of quangos. In fact, it could be argued that there is a continuum of quasi-autonomous organizations, ranging from contract agencies (see several chapters in this volume), to public bodies, voluntary organizations and government owned enterprises (cf. Greve, Flinders & Van Thiel, 1999). The aim of this chapter is twofold. First, I will describe some characteristics of quangos in Dutch government, at national and local (i.e. municipal) level. These data show that their number has increased strongly since the 1980s. Secondly, this chapter offers a theoretical explanation for the proliferation of quangos in Dutch government. The first part of this theoretical explanation has been tested before (see Van Thiel, 2001a). Here I will summarize the main conclusions from that test and propose new theoretical predictions for further study

    Treatment of fibrolamellar hepatoma with partial or total hepatectomy and transplantation of the liver

    Get PDF
    Fourteen patients with fibrolamellar hepatoma were treated with radical excision. In eight, a subtotal hepatic resection was performed from 16 months to more than 16 years ago. None of the patients have died and recurrences have been seen in only one patient. Six other patients had total hepatectomy and hepatic replacement. Two of these six patients have died of metastases and a third is living with recurrent tumor. This experience has justified the continuing use of quite aggressive extirpative procedures for the treatment of fibrolamellar hepatoma
    • …
    corecore