3 research outputs found

    Tussenevaluatie

    No full text
    Sinds het uitbreken van de coronacrisis heeft de Nederlandse overheid maatregelen ingevoerd om de verspreiding van het Covid-19 virus tegen te gaan. Naast dringende adviezen om geen handen meer te schudden en zoveel mogelijk thuis werken, werden er gedragsregels ingesteld die gevolgen hadden voor de persoonlijke vrijheden van de Nederlanders, zoals verplicht 1,5 meter afstand houden tot elkaar en een verbod op groepsvorming in de openbare ruimte. Sommige maatregelen werden zonder veel commotie opgenomen in het maatschappelijk verkeer. Over andere maatregelen werd een maatschappelijke discussie gevoerd. Ook was sprake van overtreding van de gedragsregels. Politieagenten en buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) hadden er, in het handhaven van de coronagedragsregels, vanaf maart 2020 ineens een taak bij. De minister van Justitie en Veiligheid verzocht een tussentijdse evaluatie uit te voeren van de handhaving van de coronagedragsregels in de eerste negen maanden na het van kracht worden van die gedragsregels. Het onderzoek gaat in op het handhavingsbeleid, de aansturing en uitvoering van de handhaving, de praktijkervaringen van handhavers, de naleving door burgers, en het draagvlak bij burgers voor handhaving en de eigen ervaringen die zij met handhavend optreden hadden. In het kader van het onderzoek zijn de volgende werkzaamheden verricht: deskresearch naar handhavingsbeleid en oriënterende interviews, analyse van geregistreerde bekeuringen en waarschuwingen voor overtreding van de coronagedragsregels, en een empirisch deel bestaande uit enquêtes onder 955 handhavers en 1.637 burgers, analyse van reeds uitgevoerde en lopende nalevingsonderzoeken en een media-analyse. INHOUD: 1. Inleiding 2. Handhavingsbeleid 3. Uitvoering handhaving 4. Ervaringen van handhavers 5. Ervaringen van burgers

    Slachtoffermonitor 2022 (3e meting)

    No full text
    Sinds het begin van deze eeuw is veel verbeterd in de positie van slachtoffers in het strafproces. Slachtoffers kregen meer rechten, en organisaties die betrokken zijn bij de justitiële slachtofferondersteuning hebben ingezet op verbetering van de kwaliteit van aangeboden diensten en bejegening. Om de kwaliteit van de justitiële slachtofferondersteuning vanuit het perspectief van slachtoffers te monitoren, is de Slachtoffermonitor ontwikkeld. De Slachtoffermonitor is een periodiek onderzoek om de ervaringen van slachtoffers met de justitiële slachtofferondersteuning te meten. De eerste meting is uitgevoerd in 2012, de tweede in 2016. Dit rapport beschrijft het onderzoek en resultaten van de derde meting. De doelgroep bestaat uit slachtoffers en naasten of nabestaanden van delicten die in contact zijn gekomen met de justitiële slachtofferondersteuning door de politie, het Openbaar Ministerie (hierna: OM), de rechtspraak, Slachtofferhulp Nederland (hierna: Slachtofferhulp), het Schadefonds Geweldsmisdrijven (hierna: Schadefonds) of het Slachtoffer Informatiepunt Schadevergoedingsmaatregelen (hierna: SIS), onderdeel van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). Doel- en vraagstelling: De Slachtoffermonitor heeft als doel de kwaliteit van de justitiële slachtofferondersteuning, zoals ervaren door slachtoffers die met justitiële keteninstanties in aanraking komen, te monitoren. In dit onderzoek staan de volgende vragen centraal: Wat is anno 2022 de kwaliteit van de justitiële slachtofferondersteuning, zoals bezien door slachtoffers? Is de kwaliteitsbeoordeling met betrekking tot de politie, het OM, de rechtspraak, Slachtofferhulp, het Schadefonds of het SIS veranderd ten opzichte van de vorige metingen in 2012 en 2016?INHOUD Inleiding Onderzoeksmethode Politie Openbaar Ministerie Rechtspraak Slachtofferhulp Nederland Schadefonds Geweldsmisdrijven Slachtoffer Informatiepunt Schadevergoedingsmaatregelen Trends slotbeschouwin

    Children's cultural background knowledge and story telling performance

    No full text
    Contains fulltext : 62989.pdf (publisher's version ) (Closed access)The cultural context in which a child is raised influences her cognitive system and language behavior. In this paper, we explored the influence of cultural back ground knowledge on story telling performance of two groups of children living in the Netherlands: (1) bilingual ethnic minority children from immigrant families of Islamic background(2) monolingual Dutch children. Using a within-subject design, all children retold, continued, and finished three story beginnings: One story dealt with a topic related to the ethnic minority children's cultural background(Ramadan), one story dealt with a topic related to the Dutch children's cultural background(Carnival), and one story dealt with a topic both groups of children were familiar with (playing at the schoolyard). All children spoke in Dutch, which implies that the ethnic minority children performed all tasks in a language other than their family language, whereas the Dutch children performed the same tasks in their native language. It appeared that both quantitative and qualitative characteristics of the stories were influenced by the children's cultural background knowledge. Measurements of story length showed that ethnic minority children's Ramadan stories were longer than their Carnival stories, whereas Dutch children's Carnival stories were longer than their Ramadan stories. Likewise, the ethnic minority children's Ramadan stories containedmore connective ties(as indexed by the number of conjunctions used) than their Carnival stories, whereas the reverse pattern was observed in Dutch children. These findings indicate that cultural familiarity with a topic influences story telling performance in terms of story length and coherence.21 p
    corecore