82 research outputs found

    Het mosselbestand in de Westelijke Waddenzee in het voorjaar van 2003

    Get PDF
    In opdracht van de PO-Mosselen is voorafgaand aan de zaadvisserij in het voorjaar van 2003 het mosselbestand in het sublitoraal van de Westelijke Waddenzee geïnventariseerd. Het onderzoek is uitgevoerd op de wijze zoals dat ook in voorgaande jaren heeft plaatsgevonden. Met name in de relatief ondiepe en voor stormen onbeschut gelegen gebieden (Lutjewaard, Westkom-Omdraai) blijken in de winter van 2002/2003 veel mosselen te zijn verdwenen. Desondanks liggen de bestandsschattingen voor het voorjaar van 2003 op het niveau van het najaar van 2002. Compensatie van de winterverliezen door groei van mosselen die de winter wel hebben overleefd in combinatie met een wat voorzichtige bestandsschatting in het najaar lijken hiervan de oorzaak

    Het kokkelbestand in de Nederlandse kustwateren in 2008

    Get PDF
    De kokkelbestandsopname wordt sinds 1990 uitgevoerd in de Oosterschelde en de Waddenzee. In de Westerschelde wordt sinds 1992 geïnventariseerd en in de Voordelta sinds 1993. Doel van deze inventarisaties is het bepalen van de voorjaarsbestanden in deze gebieden, op basis waarvan er een schatting wordt gemaakt van de bestanden in september. Naast schattingen voor het totale bestand worden ook de oogstbare biomassa’s bereken

    Positionering zone 2 - VIBEG II akkoord : Ontwikkeling van het voorstel en de ecologische onderbouwing daarbij

    Get PDF
    In de zomer van 2017 is het nieuwe VIBEG II akkoord ondertekend. Daarin is opgenomen dat de zone-2 gebieden uit het eerste akkoord met een totaal oppervlak 216 km2 weer worden opengesteld voor de garnalenvisserij. Eén van de afspraken daarbij is in het zuidelijk deel van het gebied “Borkummer Stenen”een beschermingszone wordt ingericht waarin geen enkele vorm van bodemberoerende visserij is toegestaan. Dit onder de voorwaarde dat de natuurwaarden en meer in het bijzonder de biodiversiteit van het bodemleven van het nieuw te sluiten gebied minstens gelijk zijn aan die in zone-2 gebieden in het VIBEG-I akkoord. De opdracht is vormgegeven in nauwe samenspraak met de regiegroep en de werkgroep VIBEG. Daar zijn de uitgangspunten voor het voorstel nader uitgewerkt en zijn mogelijke varianten en de uitkomsten van uitgevoerde analyses besproken. Onderdeel van dit traject is dat middels tweeklankbordgroepbijeenkomsten ook actieve vissers zijn geconsulteerd op hun kennis van het gebied en de opties tot maatwerk. Dit laatste heeft er toe geleid dat een deel van het te sluiten gebied bij Terschelling is gepositioneerd. In een sessie met natuurorganisaties zijn de uitgangspunten voor debiodiversiteitwaarden die ten grondslag liggen aan het huidige voorstel zijn aangescherpt. In de twee laatste werkgroepvergaderingen op 23 november en 11 december 2017 zijn de ingebrachte suggesties daarop uitgevoerde analyses op hun doorwerking bijeengebracht en in het uiteindelijke kaartbeeld vormgegeven (bijlage 1), en is door de Regiegroep VIBEG op 17 december 2017 vastgesteld. De ecologische onderbouwing bij het voorstel is gebaseerd op een uitgebreide analyse van bestaande bodemdiergegevens, waarvan de gerichte studies in de Borkummer Stenen door Bos et al. (2012 en 2014) en de gegevens zoals die sinds 1995 in het kader van de WOT-schelpdieren langs de heleNederlandse kust worden verzameld de belangrijkste zijn. Voor de achtergronden daarbij wordt verder verwezen naar de hoofdtekst van dit rapport. Op alle onderzochte parameters scoort het VIBEG II voorstel niet slechter en in een aantal gevallen zelfs substantieel beter dan voor de zone-2 gebieden zoals die het VIBEG-I akkoord zijn vastgelegd. Het voorstel voldoet daarmee aan het uitgangspunt in het VIBEG II akkoord dat de natuur er met de verplaatsing van zone-2 er niet op achteruit mag gaan

    Het mosselbestand in de Westelijke Waddenzee in het voorjaar van 2004

    Get PDF
    De totale omvang van het mosselbestand in de Westelijke Waddenzee in het voorjaar van 2003 is geschat op 245 duizend mosselton netto versgewicht (1 mt = 100kg). Daarvan wordt 154 duizend mt gevormd door mosselzaad (broedval 2003). Vrijwel het gehele geïnventariseerde bestand ligt in de voor schelpdiervisserij opengestelde sublitorale gebieden (243 duizend mt netto
    corecore