No association between glucocorticoid receptor polymorphisms and long-term respiratory outcome after very preterm birth

Developmen

Gender differences in respiratory symptoms in 19-year-old adults born preterm

Objective: To study the prevalence of respiratory and atopic symptoms in (young) adults born prematurely, differences between those who did and did not develop Bronchopulmonary Disease (BPD) at neonatal age and differences in respiratory health between males and females. Methods: Design: Prospective cohort study. Setting: Nation wide follow-up study, the Netherlands. Participants: 690 adults (19 year old) born with a gestational age below 32 completed weeks and/or with a birth weight less than 1500g. Controls were Dutch participants of the European Community Respiratory Health Survey (ECRHS). Main outcome measures: Presence of wheeze, shortness of breath, asthma, hay fever and eczema using the ECRHS-questionnaire

Muscle power development during the first year of life predicts neuromotor behaviour at 7 years in preterm born high-risk infants

The aim of the study was to find if neurological function during the first year of life could predict neuromotor behaviour at 7 years of age in children born preterm with a high risk. A follow-up study of neuromotor behaviour in 52 children at a mean age of 3, 6, 12 months (corrected age) and 7 years was performed. All children were born with a gestational age less than 32 weeks and/or a birthweight under 1500 g and the infants were categorised according to their medical history in the three highest categories of the 'Neonatal Medical Index' (NMI, from category I to V, from few to serious complications). In addition, neonatal cerebral ultrasound abnormalities were used to divide the infants further into the different NMI categories. At 3 and 6 months, the relationship between active and passive muscle power was measured in shoulders, trunk and legs and (a)symmetry between right and left was noted. The results at 3 and 6 months were ranged from 1 for optimal to 5 for poor muscle power regulation. At 12 months of age, a neurological examination was done with special emphasis on the assessment of postural control, spontaneous motility, hand function and elicited infantile reactions with special attention to (a)symmetry. Outcome at 12 months was expressed as percentage of the optimal score on each subcategory. At 7 years, the motor behaviour study based on Touwen's examination for minor neurological dysfunction was performed. This investigation focuses on different functions, such as hand function, quality of walking, posture, passive muscle tone, coordination and diadochokinesis. The outcome was expressed as percentage of the optimal score on the combined subcategories. The best prediction of neuromotor behaviour at 7 years was assessed with stepwise linear multiple regression, using as potential predictors perinatal factors and outcome of motor behaviour at the corrected age of 3, 6 and 12 months. At 7 years none of the children scored 100% on the combined subcategories, 15 children (29%) scored between 75% and 99%, whereas 15 children scored less than 50%. Neuromotor behaviour at 7 years could be predicted by the NMI categorisation and gender with a sensitivity of 92% (specificity 47%; positive and negative predictive value 81% and 70%). No direct relation was found between neuromotor behaviour and cerebral ultrasound classification only, days on the ventilator and/or continuous positive airway pressure, birthweight, gestational age and dysmaturity. The best predictor of neuromotor behaviour at 7 years was the combination of outcome of muscle power in shoulders and legs at 3 months and postural control at 12 months, taking into account the gender of the child (sensitivity 95%; specificity 40%; positive predictive value 80%; negative predictive value 75%). © 2002 Elsevier Science Ireland Ltd. All rights reserved

Vroeggeboorte, intra-uteriene groeiachterstand en lichamelijke ziehten op de volwassen leeftijd; resultaten van 19 jaar POPS-follow-up [Premature birth, intrauterine growth retardation and physical disease in adulthood: Results of 19 years POPS follow-up]

Veel te vroeg geboren kinderen lopen een groter risico op neurosensorische handicaps en ontwikkelingsproblemen dan op tijd geboren kinderen. Vroeggeboorte, intra-uteriene groeiachterstand, en de combinatie hiervan, zijn ook mogelijke risicofactoren voor lichamelijke ziekten op de volwassen leeftijd. Omdat hier tot nu toe weinig onderzoek naar is verricht, zijn in de pops-cohort (Project On Preterm and Small for gestational age infants) de eerste tekenen hiervan bekeken. Vroeggeboorte lijkt een risicofactor te zijn voor het ontwikkelen van insulineresistentie. Bij een latere neiging tot vetzucht is dat risico extra groot. Nog groter wordt dat als hieraan een intra-uteriene groeiachterstand voorafging. De systolische bloeddruk is gemiddeld hoger bij ex-prematuren maar is niet gerelateerd aan de mate van intra-uteriene groeiretardatie. De nierfunctie (klaring en eiwituitscheiding) is op de jongvolwassen leeftijd minder gunstig voor die individuen die naast de vroeggeboorte ook zijn blootgesteld aan intra-uteriene groeiretardatie. Te vroeg geboren kinderen hebben als jongvolwassenen meer luchtwegklachten en een minder goede longfunctie. De conclusie is dat neonatale follow-up niet alleen noodzakelijk is voor veel te vroeg geboren kinderen maar ook voor kinderen met een ernstige intra-uteriene groeiachterstand. De kinderarts moet in het contact met zowel ouders en kind als met de huisarts benoemen dat een voorgeschiedenis van vroeggeboorte of groeiachterstand ook een mogelijke risicofactor is voor chronische ziekten op de volwassen leeftijd. Bij te vroeg geboren kinderen met intra-uteriene groeiachterstand is actieve preventie van obesitas vanaf jonge leeftijd geïndiceerd. Vanaf jongvolwassen leeftijd zal de huisarts extra alert moeten zijn op het ontstaan van met name hypertensie en microalbuminurie door dit bijvoorbeeld tweejaarlijks te controleren. Voor het kind zelf kan de voorgeschiedenis een extra reden zijn om overgewicht te vermijden, om aan sport te doen en om niet te beginnen met roken