29 research outputs found

    Bureauonderzoek Amersfoort emplacement Oost, variant 0,1 en 2.

    No full text
    Bureauonderzoek ten behoeve van het project Amersfoort emplacement Oost

    CAO ProRail

    No full text

    Eindrapport archeologisch bureauonderzoek onderstation Waarder

    No full text
    Eindrapport van het archeologisch onderzoek ten behoeve van de realisatie van een onderstation te Waarder

    Archeologisch Bureauonderzoek

    No full text
    De komende jaren neemt het aantal treinen enorm toe door toename van het aantal reizigers en intensivering van de dienstregeling. Voor realisatie van de behandel- en opstelcapaciteit is het programma Behandelen en Opstellen (B&O) opgezet met als doel de benodigde capaciteit hiervoor te realiseren. Samen met het project Groot Roosendaal (faciliteren van goederentreinen, wisselsaneringen en perronverlengingen) vormt dit het project Roosendaal Integraal. Het doel van een bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting voor het projectgebied. Uit de omgeving van het plangebied kunnen we afleiden dat er sprake is van een gevarieerd landschap van hoger gelegen dekzandvlaktes en lager gelegen rivierdalen. Binnen het onderzoeksgebied is vooral sprake van dekzandruggen en -welvingen aan de noordzijde en beekdalbodems en - glooiingen aan de zuidzijde. Het meest oostelijk deel van het plangebied ligt in een vlakte van ten dele verspoelde dekzanden. De geomorfologische nuances zijn door de verstedelijking van het gebied thans niet meer waarneembaar. Ook op de bodemkaart is te zien dat het onderzoeksgebied in een overgangszone ligt. Aan de noordzijde vinden we de laarpodzolgronden en gooreerdgronden, aan de zuidzijde hoge zwarte enkeerdgronden. Eventueel aanwezige archeologische resten zijn in dit soort bodems te vinden onder de (opgebrachte) bovengrond en, als deze aanwezig is, onder de inspoelingshorizont. De diepte daarvan is op basis van de beschikbare bodemgegevens aan de noordzijde circa 50 cm, en aan de zuidzijde naar verwachting meer dan 80 cm. Uit het archeologisch veldonderzoek in de omgeving van het plangebied is echter gebleken dat op grote schaal AC-profielen voor komen. Dit betekent dat de oorspronkelijke top van de podzol door grondbewerking verdwenen is, of opgenomen in de bouwvoor. Onder het spoorwegemplacement bevindt zich het gedempte cunet van de turfvaart. Er bestaat een kans tot het aantreffen van archeologische resten op de bodem van deze vaart in de vorm van kadewerken of resten van vaartuigen. In juni 2021 is een milieukundig booronderzoek uitgevoerd op het emplacement. Tijdens het booronderzoek is een geroerd pakket (opgebracht) zand tot circa 1,50 m -mv aanwezig, waaronder een humeus pakket aanwezig is. In de diepere boringen is onder de humeus zandige laag een pakket klei of kleiig veen aangetroffen tussen de 2,50 en 3,00 m-mv. Daaronder is vervolgens weer (dek)zand aanwezig. De waargenomen opbouw kan worden geïnterpreteerd als een verlande/opgevulde waterloop, waarop cunetzand is aangebracht, dat bovendien bij diverse werken geroerd is. Een tweede archeologisch element in het plangebied is het uiterste noordoostelijke gedeelte. Dit is een gebied dat dicht bij het voormalige buurtschap Kalsdonk ligt. Op basis van historische en bodemkundige gegevens is er een kans tot het aantreffen van archeologische resten uit de Middeleeuwen en Nieuwe Tijd. Ook hier geldt echter dat de infrastructuur van de spoorlijnen zeer waarschijnlijk de bovenste meter van het bodemarchief zal hebben verstoord, waardoor slechts de diepere sporen bewaard zijn gebleven. Alleen de grondverstorende werkzaamheden, dieper dan 1 meter onder het maaiveld, kunnen er schade toebrengen aan het bodemarchief. Voor het overige vertegenwoordigt het plangebied een lage archeologische waarde. Na aanleg van het spoor heeft er binnen het plangebied gedurende de tijd (her)ontwikkeling plaatsgevonden, zoals de aanleg en reconstructie van infrastructuur, bouw- en sloopactiviteiten, ophogen en verharden van terreinen en spoor, et cetera. Op tekeningen van het emplacement tussen 1865 en 1940 zijn verschillende gebouwen en draaischijven weergegeven die nu zijn verdwenen, maar waarvan de ondergrondse resten een obstakel kunnen vormen voor de geplande werkzaamheden. Het is overigens niet zo dat alle elementen nog aanwezig zijn – soms werden bijvoorbeeld draaischijven naar elders verplaatst. Conclusie en advies Eventueel aanwezige archeologische resten zijn door de aanleg van het emplacement tot een diepte van 1 – 1,5 m verstoord, waardoor slechts de diepere sporen bewaard zijn gebleven. In de bovenste laag van de bodem zijn waarschijnlijk nog veel resten aanwezig van de gebouwen en draaischijven die hier in het verleden zijn gebouwd. Op basis van deze informatie wordt geadviseerd het plangebied vrij te geven voor de gewenste ontwikkelingen. De aanwezigheid van archeologische sporen of resten kan nooit volledig worden uitgesloten. Bij bodemverstorende activiteiten dient men altijd alert te zijn op de aanwezigheid van archeologische waarden (zoals vondstmateriaal of grondsporen). Bij het aantreffen van deze waarden moet men hiervan onmiddellijk melding maken bij de Minister van OC&W (in de praktijk de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) conform artikel 5.10 van de Erfgoedwet

    Ombouw Halfweg

    No full text
    Emplacement Halfweg wordt gesaneerd zodat er een vrije baan kan worden gemaakt. Dit bevordert de doorstroom van treinen en vermindert de kans op storingen. Gezien de ligging op de historische Spaarndammerdijk en de vondst van een Napoleontische verdedigingstoren uit 1812 op het westelijk sluiseiland in 2011 is het raadzaam voorafgaand aan deze werkzaamheden onderzoek te doen naar de archeologische verwachting van het emplacement. Op basis van de in deze bureaustudie verworven informatie over de huidige, de aardwetenschappelijke en de historische situatie, en de bekende archeologische en ondergrondse bouwhistorische waarden, is een gespecificeerde archeologische verwachting opgesteld. Gezien de geschiedenis van Halfweg worden vooral vindplaatsen vanaf de 13e eeuw verwacht. Vanaf de eerste helft van de 13e eeuw werd de Spaarndammerdijk aangelegd. In 1632 is gestart met het graven van de trekvaart Amsterdam – Haarlem. Het Fort aan de Zwet dateert al van 1672. In 1787 heeft, mogelijk op het westelijk sluiseiland, een batterij van de Patriotten gelegen. In 1805 werd gestart met de aanleg van verdedigingswerken voor de versterking van Amsterdam. Deze stelling is bekend onder de naam Posten van Krayenhoff, of de Amsterdamse Linie. Het Fort aan de Zwet is onderdeel gemaakt van deze Linie. Na 1806 nam Lodewijk Napoleon de bouw over. Napoleon Bonaparte liet in 1811 in de Linie een stenen verdedigingstoren bouwen op het westelijke sluiseiland. Bij de bouw van deze toren zijn de resten van de Patriottische batterij vrijwel zeker verloren gegaan. De maaiveldhoogte van de dijk en het spoor zijn ter hoogte van de kruising vrijwel gelijk. Mogelijk is voor de aanleg van het spoor(talud) gebruik gemaakt van de verhoogde ligging van de dijk. Aannemelijk is dat het Fort onder het spoor bij de aanleg ervan helemaal vernield is, of in ieder geval tot maaiveld afgebroken. In 1916 is het spoor naar het noorden op de sluizen verlegd. Ter plaatse van het westelijk sluiseiland zijn geen werkzaamheden voorzien. De voorgenomen werkzaamheden vormen geen bedreiging voor de (mogelijk) aanwezige archeologische en historische waarden. Een nader archeologisch onderzoek is dan ook niet nodig. De aanwezigheid van archeologische sporen of resten kan nooit volledig worden uitgesloten. Bij bodemverstorende activiteiten dient men altijd alert te zijn op de aanwezigheid van archeologische waarden (zoals vondstmateriaal of grondsporen). Bij het aantreffen van deze waarden dient, conform artikel 5.10 van de Erfgoedwet, het protocol toevalsvondst te worden gevolgd

    Bureauonderzoek Amersfoort emplacement Westzijde

    No full text
    Archeologisch bureauonderzoek in het kader van de verlenging van het tracé van de PON-trein op emplacement Amersfoort

    Bureauonderzoek archeologie Lelystad opstelterrein

    No full text
    Een archeologisch bureauonderzoek t.b.v. de voorgenomen wijziging van het opstelterrein te Lelystad

    Archeologisch bureauonderzoek HOV in 't Gooi , K&L langs het spoor

    No full text
    Archeologisch bureauonderzoek in het kader van het verleggen van Kabels en Leidingen langs het spoortracé Hilversum - Utrecht en Hilversum - Baarn
    corecore