A Business Continuity Monitoring Model for Distributed Architectures: A Case Study

Computerized services are the driving force behind every day business for many companies, it is of the utmost importance that these services are available during business hours because downtime costs serious money. Most of the computerized services today are based on a distributed architecture because of the many benefits of such an architecture. There is a downside to distributed architectures though; distributed architectures have an incomplete observability problem resulting in tough decision making and difficult control of the system build according to the architecture. This paper describes a design of a business continuity monitoring model, developed to cope with software, hardware, and operator failures by reducing the time required to detect, diagnose, and repair a problem in a distributed architecture. It is based on a three-tier model combined with five monitoring domains distilled from a standard distributed architecture. A prototype was developed to test the model in a real environment

Het Deltaplan Hoge Zandgronden

In de loop van 2014 worden de Deltabeslissingen genomen. Hoewel deze nog niet definitief zijn, zijn de hoofdlijnen van de opgave duidelijk. Voor het Deltaplan Hoge Zandgronden (DHZ) van het Delta(deel)programma Zoetwater liggen de opgaven op het gebied van watertekorten en -overlast met consequenties voor diverse functies (landbouw, natuur, drinkwater, scheepvaart, industrie, recreatie, stedelijk gebied, bodemdaling en waterveiligheid). Een uitvoeringsprogramma voor deze opgaven is opgesteld, waarbij verschillende partijen betrokken zijn als stakeholders, maar ook als kostendragers. Het huidige Deltaprogramma biedt de kaders voor de nationale inbedding van dit regionale uitvoe-ringsprogramma, maar na de Deltabeslissingen is het nog niet duidelijk hoe de uitvoeringsorganisatie er uit ziet. Het advies van Teisman en Van Buuren (2014) benadrukt het belang van instandhouding van regionale fora voor afstemming, met name ook op het snijvlak van water en ruimte, en als bouw-steen voor een vitaal multilevel governance arrangement. Ook benadrukken zij het belang om uit-voering en strategievorming hand in hand te laten gaan

Candidate CSPG4 mutations and induced pluripotent stem cell modeling implicate oligodendrocyte progenitor cell dysfunction in familial schizophrenia

Schizophrenia is highly heritable, yet its underlying pathophysiology remains largely unknown. Among the most well-replicated findings in neurobiological studies of schizophrenia are deficits in myelination and white matter integrity; however, direct etiological genetic and cellular evidence has thus far been lacking. Here, we implement a family-based approach for genetic discovery in schizophrenia combined with functional analysis using induced pluripotent stem cells (iPSCs). We observed familial segregation of two rare missense mutations in Chondroitin Sulfate Proteoglycan 4 (CSPG4) (c.391G > A [p.A131T], MAF 7.79 × 10−5 and c.2702T > G [p.V901G], MAF 2.51 × 10−3). The CSPG4A131T mutation was absent from the Swedish Schizophrenia Exome Sequencing Study (2536 cases, 2543 controls), while the CSPG4V901G mutation was nominally enriched in cases (11 cases vs. 3 controls, P = 0.026, OR 3.77, 95% CI 1.05–13.52). CSPG4/NG2 is a hallmark protein of oligodendrocyte progenitor cells (OPCs). iPSC-derived OPCs from CSPG4A131T mutation carriers exhibited abnormal post-translational processing (P = 0.029), subcellular localization of mutant NG2 (P = 0.007), as well as aberrant cellular morphology (P = 3.0 × 10−8), viability (P = 8.9 × 10−7), and myelination potential (P = 0.038). Moreover, transfection of healthy non-carrier sibling OPCs confirmed a pathogenic effect on cell survival of both the CSPG4A131T (P = 0.006) and CSPG4V901G (P = 3.4 × 10−4) mutations. Finally, in vivo diffusion tensor imaging of CSPG4A131T mutation carriers demonstrated a reduction of brain white matter integrity compared to unaffected sibling and matched general population controls (P = 2.2 × 10−5). Together, our findings provide a convergence of genetic and functional evidence to implicate OPC dysfunction as a candidate pathophysiological mechanism of familial schizophrenia

Effects of emergent macrophytes on the dissimilatory nitrate reduction in sediments

Contains fulltext : 146505.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)Promotores : H. Laanbroek en A. Stouthamer199 p