56 research outputs found

    Kenmerken van extensieve glastuinbouwbedrijven

    Get PDF
    De landelijke overheid heeft besluiten genomen voor liberalisering van zowel de markt voor aardgas als de markt voor elektriciteit. De wetten op beide terreinen zijn aangenomen door het parlement

    Belichte groentegewassen : een bedrijfseconomische en milieukundige evaluatie

    Get PDF

    Introductieroute als hulpmiddel bij assortimentsverruiming

    Get PDF

    Energie in de glastuinbouw van Nederland Ontwikkelingen in de sector en op de bedrijven tot en met 2004

    Get PDF
    The Dutch greenhouse horticulture sector has for many years endeavoured to improve its energy efficiency. In 2003, the energy efficiency index (EE Index) improved by 1 percentage point to 51%. This improvement was due to increased yields per m2 at an unchanged primary fuel consumption per m2. Conversely, in 2003 the sector's CO2 emissions increased by 0.21 million tonnes to a total of 6.44 million tonnes. This increase is due to the sector's reduced ability to make use of power companies' residual heat and cogeneration-plant heat, as a result of which the sector was compelled to make more use of fossil fuels (natural gas). However, both the use of energy-saving options such as heat storage and movable screens and the number of energy-cluster projects continue to increase. Door de Nederlandse glastuinbouw wordt al jaren gestreefd naar een verbetering van de energie- efficiëntie. In 2003 is de energie-efficiëntie-index (EE-index) met 1 procentpunt verbeterd tot 51%. Deze verbetering is het gevolg van een hogere fysieke productie per m2 bij een gelijkblijvend primair brandstofverbruik per m2. De CO2-emissie van de sector is daarentegen in 2003 met 0,21 miljoen ton gestegen en bedroeg in totaal 6,44 miljoen ton. Deze stijging is het gevolg van het feit dat de sector minder gebruik heeft kunnen maken van restwarmte en w/kwarmte van energiebedrijven en daarom meer fossiele brandstoffen (aardgas) verbruikt heeft. Het gebruik van energiebesparende opties, zoals warmteopslag en beweegbaar scherm, vertoont nog wel een stijgende trend. Ditzelfde geldt voor het aantal energieclusterprojecten.Resource /Energy Economics and Policy,

    Tomaten in substraten

    Get PDF
    Reeks voorlichtingsartikelen (overdruk uit "Tuinderij") over substraatteelt van tomate

    Technische en financiele aspecten van de substraatteelt

    Get PDF

    Ontwikkeling methodologie voor berekening broeikasgaseffecten binnen tuinbouwketens : eindrapport fase II

    Get PDF
    Dit is het eindrapport van fase II van het project 'Ontwikkeling methodologie voor het berekenen van broeikasgaseffecten binnen tuinbouwketens.' Het primaire doel van het project is een systematiek en (demo) tool te ontwikkelen waarmee de Nederlandse teeltsector en handel van tuinbouwproducten broeikasgasemissiescores kunnen berekenen die geschikt zijn voor communicatie met Nederlandse en buitenlandse retail en via de retail naar de consument. Een belangrijke aanleiding voor het ontstaan van dit project is de groeiende druk vanuit de Britse supermarkt sector om van toeleveranciers te eisen dat ze verantwoording af leggen over hun bijdrage aan het mondiaal broeikaseffect

    Ontwikkeling en normering van ondersteunend glas in Flevoland

    Get PDF
    Dit rapport is geschreven in opdracht van de provincie Flevoland. Ter onderbouwing van de normering van ondersteunend glas in de provincie Flevoland is de ontwikkeling van het aantal bedrijven en het areaal ondersteunend glas in de jaren 1990, 1995, 2001 en 2002 in kaart gebracht. Hierbij is gebruikgemaakt van de CBS-Landbouwtelling. Met behulp van het honingraatmodel zijn verschillende bedrijfstypen onderscheiden. De meest voorko-mende bedrijfstypen zijn geclusterd. Voor deze clusters van bedrijven zijn de gevolgen van EU-regelgeving en de verwachte ontwikkelingen in Nederland tot 2010 in kaart gebracht. Op basis hiervan wordt een inschatting gemaakt van het aantal bedrijven met ondersteu-nend glas en het areaal in 2010. Bij het advies voor de normering van ondersteunend glas in de provincie Flevoland is gebruikgemaakt van de relatie tussen de oppervlakte glas en de oppervlakte cultuurgrond. Voor de verschillende clusters is de relatie tussen de opper-vlakte glas en de oppervlakte cultuurgrond bepaald en weergegeven in een figuur. Hierin wordt met twee lijnen aangegeven binnen welke bandbreedte het merendeel van de bedrij-ven van de gekozen clusters zich bevindt. Het advies over de normering wordt gegeven met behulp van de bovengrens van deze bandbreedt

    Haalbaarheidsonderzoek naar een universele paprikacontainer

    Get PDF
    corecore