13 research outputs found

    2021-2023 E-health monitor indicators and e-health goals

    No full text
    Het ministerie van VWS zoekt naar mogelijkheden om de zorg betaalbaar en toegankelijk te houden, en de kwaliteit te verbeteren. E-health, oftewel digitale zorg op afstand, geeft daar mogelijkheden voor. Het ministerie van VWS wil weten in hoeverre de zorg tussen 2021 en 2023 digitaler wordt en welke effecten dat heeft op patiƫnten en zorgverleners. E-health is heel divers en kan breed worden ingezet. Voorbeelden zijn consulten met huisartsen via videobellen, gezondheidsapps voor patiƫnten, en websites met informatie over medische zorg. Het RIVM ontwikkelt een monitor om de overgang van onderdelen van de zorg naar e-health met cijfers in kaart te kunnen brengen. Het RIVM doet dat samen met het Nivel en het National eHealth Living Lab (NeLL). De monitor geeft aan wie e-health gebruikt en waarvoor. Ook geeft hij aan waarom digitale hulpmiddelen wel of niet worden gebruikt en hoe het gebruik bevalt. Voor de monitor hebben de drie organisaties nu uitgezocht welke gegevens nodig zijn om het gebruik van e-health in de zorg te kunnen meten, de zogeheten indicatoren. Een voorbeeld is in welke mate huisartsen e-health gebruiken, of in welke mate burgers een online afspraak maken bij een ziekenhuis. Daarnaast is beschreven welke indicatoren zijn gekozen, om welke meetgegevens het precies gaat en hoe gegevens kunnen worden verkregen. Sommige meetgegevens zijn ook in de vorige monitor tot en met 2019 verzameld. Op deze manier kunnen de ontwikkelingen door de jaren heen worden gevolgd. Daarnaast hebben het RIVM, Nivel en NeLL op verzoek van het ministerie van VWS doelen voor e-health omschreven. Het gaat onder andere om een betere kwaliteit en organisatie van de zorg, meer eigen regie van de patiƫnt over de zorg, aandacht voor preventie, en ondersteuning van personeel in de zorg. De E-healthmonitor kan laten zien hoe deze doelen zich ontwikkelen.The Dutch Ministry of Health, Welfare and Sport is looking for ways to make care more affordable and accessible as well as to improve the quality of care. E-health, in other words health care delivered remotely via digital technologies, is one way of doing this. The Dutch Ministry of Health, Welfare and Sport wishes to know to what extent healthcare will become more digital between 2021 and 2023 and what effect this will have on patients and care providers. E-health is very diverse and can be deployed across a broad range of services. Examples include consultations with general practitioners via video calls, health apps for patients, and websites with information on medical care. RIVM is developing a monitor to be able to track the transition of healthcare components to e-health with the help of facts and numbers. RIVM is doing this in collaboration with the Nivel and the National eHealth Living Lab (NeLL). The monitor identifies which parties are using e-health and for what purpose. It also indicates why digital resources are or are not being used and to what extent the users are satisfied with its use. Within the above context, the three collaborating organisations have now analysed which data is needed in order to be able to use e-health in the healthcare sector, the so-called indicators. Examples include to what degree general practitioners are actually using e-health, or to what degree citizens make online appointments with a hospital. In addition, the analysis describes which indicators have been selected, which specific measurement data are involved, and how data can be obtained. Some measurement data was also collected in the previous monitor up to and including 2019. Collecting this data makes it possible to follow developments in this area over the years. In addition, at the request of the Dutch Ministry of Health, Welfare and Sport, RIVM, Nivel and NeLL have formulated goals for e-health. These goals include improving the quality and organisation of the healthcare sector, giving patients more of a say in their own care, an increased focus on prevention, and providing support to personnel in the healthcare sector. The E-health monitor can provide insight into how these goals are progressing.Ministerie van VW

    E-healthmonitor 2022: assistance with digital care from the social domain

    No full text
    Zorgverleners bieden hun zorg steeds vaker digitaal aan, maar het aantal patiĆ«nten dat hier gebruik van maakt is nog laag. Vooral ouderen, mensen met lage inkomens of weinig opleiding maken relatief het minst gebruik van digitale zorg. Ze weten niet altijd wat er mogelijk is of hoe ze met bepaalde digitale middelen om moeten gaan. Een cursus kan hierbij helpen. Deze moet dan wel aansluiten bij hun vaardigheden en behoeften. Er zijn verschillende redenen waarom mensen hulp zoeken bij het gebruik van digitale middelen in de zorg. De drie belangrijkste zijn: voorbereid willen zijn op de toekomst, zelfredzaam willen zijn, en het willen leren omdat ze er in de zorg mee te maken hebben gekregen. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM, onderzoeksinstituut Nivel en het National eHealth LivingLab (NeLL). Bibliotheken bieden cursussen aan om te leren omgaan met digitale middelen. Een voorbeeld is de cursus DigiVitaler, die is opgezet voor het leren omgaan met digitale zorg. Door mensen kennis te laten maken met digitale zorg en ermee te laten oefenen, kunnen deze cursussen helpen om de digitale zorg toegankelijker te maken. Vooral ouderen komen op zoā€™n cursus af omdat zij de bibliotheek weten te vinden. De ervaringen met de cursus zijn positief. Mensen krijgen meer zelfvertrouwen en vaardigheden om digitale middelen te gebruiken. Volgens docenten van DigiVitaler helpt de cursus, maar maakt deze nog niet iedereen zelfredzaam. Er is meer ondersteuning op maat nodig zoals een informatiepunt in de bibliotheek waar mensen vragen kunnen stellen over het gebruik van digitale middelen. Verder is het belangrijk op meer plekken een cursus aan te bieden zodat meer mensen de kans krijgen eraan deel te nemen. Mede omdat vanuit de bibliotheek nog niet alle groepen uit de samenleving bereikt worden, zoals anderstaligen, laaggeletterden en jongeren. Ook moeten meer ouderen worden bereikt. Om dat mogelijk te maken is samenwerking nodig tussen bibliotheken en andere organisaties binnen het sociaal domein, zoals welzijnsorganisaties, gemeenten en het onderwijs. Daarnaast is er meer samenwerking nodig met het medisch domein zoals zorgorganisaties, huisartsen en apothekers.Care providers are increasingly delivering their services digitally, but some people have difficulty using digital tools. Particularly elderly people, people in low-income groups and people with little education use digital care the least. They are not always aware of the possibilities or may not know how to use certain digital tools. A training course could be helpful in this regard, provided that it matches their skills and needs. There are various reasons why people seek assistance in using digital tools for care services. According to a study by RIVM, research institute Nivel and the National eHealth Living Lab (NeLL), the three main reasons are: people's desire to prepare for the future, their hope to remain autonomous and their aim to master digital skills because they need them in the care they receive. Libraries are offering training courses to help people work with digital tools. One example is DigiVitaler, a training course developed to learn how to work with digital care. By introducing people to digital care and giving them an opportunity to practise with it, courses like these can help make digital care more accessible. The courses are particularly popular among elderly people because they already visit the library. Experiences have been positive, as people gain more confidence and skills in using digital tools. According to DigiVitaler teachers, the course is helpful, but that does not mean that in the end all participants can manage digital care themselves. More tailor-made support is required, for example through an information desk at the library, where people can ask questions about using digital tools. It is also crucial to provide courses at multiple locations, to give more people the opportunity to take part. Libraries cannot reach all groups in society. As a result, the functionally illiterate, young people and people whose first language is not Dutch might miss out. In addition, it is important to reach more elderly people. To that end, there is a need for collaboration between libraries and other parties in the social domain, such as welfare organisations, municipalities and schools. Furthermore, collaboration with the medical domain, such as care organisations, general practitioners and pharmacies, must be increased

    E-healthmonitor 2022: dialogue with healthcare professionals and healthcare users on how digital tools can improve healthcare

    No full text
    Digitale middelen worden steeds meer toegepast in de zorg, maar zijn er vaak nog geen vast onderdeel van. Een breed gestelde vraag is hoe digitale zorg kan helpen om processen in de zorg te verbeteren. De hoop is dat de kwaliteit van de zorg daarmee kan worden verhoogd, en dat digitale zorg kan helpen om problemen als gevolg van vergrijzing en personeelstekorten op te lossen. Onderzoekers zijn hierover in gesprek gegaan met verschillende betrokkenen binnen de zorg. Zij kunnen aangeven waar mogelijkheden liggen om de zorg met digitale middelen te verbeteren. Zij weten immers hoe het zorgproces eruit ziet, welke behoeftes er zijn en waar het knelt. Er is gesproken met zowel zorgverleners, managers, en bestuurders van zorgorganisaties (zorgprofessionals), als met patiĆ«nten en mantelzorgers. Deze verkenning is voor twee typen zorg (darmkanker en dementie) gedaan, en leverde een schat aan informatie op. Dit rapport is bedoeld om zorginstellingen handvatten te bieden hoe ze hun processen in kaart kunnen brengen. Ook kunnen zorginstellingen de handvatten in het rapport gebruiken om te inventariseren welke concrete kansen er zijn om digitale middelen structureel in te zetten. De geĆÆnterviewden zien bij beide typen zorg mogelijkheden om de zorg met digitale middelen patiĆ«ntgerichter, efficiĆ«nter en flexibeler te maken. Een aandachtspunt daarbij is dat sommige groepen, zoals ouderen of anderstaligen, digitale middelen minder makkelijk gebruiken. Voor de darmkankerzorg liggen de mogelijkheden vooral in de ā€˜hybride zorgā€™, waarbij patiĆ«nten verschillende zaken thuis kunnen doornemen, voorbereiden of meten. Zo zou het intakegesprek in het ziekenhuis als voorbereiding op een kijkonderzoek kunnen worden vervangen door een digitale intake. Hierdoor kan de tijd in het ziekenhuis efficiĆ«nter worden gebruikt en heeft de patiĆ«nt thuis alle benodigde informatie beschikbaar. Dit bespaart de zorg tijd en geld. Ook zou de patiĆ«nt zich beter op het onderzoek kunnen voorbereiden. Volgens de geĆÆnterviewden zouden voorgestelde verbeteringen in de dementiezorg de veiligheid en het welzijn van patiĆ«nten kunnen vergroten en besparen de verbeteringen daarnaast ook tijd. Zo kan een trainings- en coaching-module in het patiĆ«ntportaal patiĆ«nten en mantelzorgers ondersteunen. Een andere mogelijkheid is het verbeteren van de communicatie tussen zorgverleners en mantelzorgers via een online communicatiemiddel, bijvoorbeeld een app.While the use of digital healthcare tools is on the rise, they have yet to become a standard part of healthcare. One frequently asked question is how digital care can help improve processes in the care sector. The hope is that it will lead to higher-quality care and help resolve problems caused by for example an ageing population and staff shortages. Researchers discussed on this issue with several parties in the care sector. They are best situated to identify possibilities to improve healthcare with digital tools, thanks to their in-depth knowledge of the care process and of the existing needs and issues. The dialogue involved interviews with care workers, managers and board members of care organisations (healthcare professionals), as well as with patients and informal caregivers. This exploratory study has now been performed for two types of care (colorectal cancer and dementia), resulting in valuable information. Therefore, this report provides guidance to institutions in finding ways of mapping out their processes. It also provides them with a practical overview of opportunities to structurally integrate digital tools in their services. Those interviewed see opportunities for using digital tools to make both types of care more patient-focused, efficient and flexible. One issue to bear in mind, however, is that some groups, such as the elderly or non-native Dutch speakers, tend to be less familiar with digital tools. In the case of colorectal cancer care, opportunities can be found in particular in ā€˜hybridā€™ care, with patients reading online information, preparing themselves or taking certain measurements at home. For example, the intake interview at the hospital in preparation for an endoscopy could be replaced by an online intake. This allows for a more efficient use of the time patients spend in hospital, saving both time and money. It could also provide patients with all the information they need and enables them to prepare for the examination more effectively. According to the interviewees, proposed improvements in the care for people with dementia could increase patient safety and well-being and help save time. For example, a training and coaching module in the patient portal can support both patients and informal caregivers. Another possibility is to improve communication between care providers and informal caregivers through an online tool, such as an app

    E-healthmonitor 2022: stand van zaken digitale zorg.

    No full text
    Publiekssamenvatting E-healthmonitor 2022: stand van zaken digitale zorg De gezondheidszorg staat onder druk door onder andere de vergrijzing, het stijgende tekort aan personeel en hoge zorgkosten. E-health, oftewel digitale zorg, geeft mogelijkheden om de zorg betaalbaar en toegankelijk te houden en goede kwaliteit te blijven bieden. Daarom wordt sinds 2013 elk jaar in kaart gebracht welke digitale zorg beschikbaar is, hoe het wordt gebruikt en wat zorgverleners en patiƫnten ervan vinden. Uit het onderzoek van 2022 blijkt dat meer zorgverleners digitale middelen gebruiken dan in 2021. Waarschijnlijk droeg de coronapandemie daaraan bij. Zo zette zorgverleners vaker beeldbellen in en kwamen er meer digitale patiƫntportalen waarmee patiƫnten toegang hebben tot hun medische gegevens, herhaalrecepten mee kunnen aanvragen of een afspraak kunnen maken. Verder zijn vaker technieken gebruikt om de veiligheid van de patiƫnt te bewaken, zoals een dubbele digitale controle op het gebruik van medicijnen. Hoe vaak zorgverleners digitale middelen gebruikten en voor welke patiƫntengroepen, is moeilijk te zeggen met de informatie uit deze monitor. Wel is duidelijk dat digitale middelen nog geen vast onderdeel van de zorg zijn. Door de jaren heen denken meer zorgverleners dat digitale zorg meerwaarde heeft en zijn ze er steeds positiever over. Wel zijn meningen verdeeld over of het de problemen in de zorg kan helpen oplossen. Zorgverleners zijn bijvoorbeeld neutraal tot licht positief over de mogelijkheden om de zorgkosten en de werkdruk te verlagen en het werkplezier te verbeteren. De meerderheid van de zorgverleners is gematigd positief over de mogelijkheden om met digitale middelen de kwaliteit van de zorg en de eigen regie van de patiƫnt te verbeteren. Om digitale middelen in de zorg vaker en beter in te kunnen zetten, moeten deze een logischer onderdeel worden van de manier van werken in de zorg. Ook de voordelen voor patiƫnten en zorgverleners moeten duidelijker worden. Voor de zorgverleners is het belangrijk dat digitale zorg de werkdruk vermindert, zodat ze tijd overhouden voor patiƫnten. Verder is het essentieel dat digitale zorg voor zowel patiƫnten als zorgverleners makkelijk is in het gebruik. Tot slot moet de financiering van digitale zorg anders worden geregeld, ook in de toekomst

    E-healthmonitor 2022. State of digital healthcare

    No full text
    De gezondheidszorg staat onder druk door onder andere de vergrijzing, het stijgende tekort aan personeel en hoge zorgkosten. E-health, oftewel digitale zorg, geeft mogelijkheden om de zorg betaalbaar en toegankelijk te houden en goede kwaliteit te blijven bieden. Daarom wordt sinds 2013 elk jaar in kaart gebracht welke digitale zorg beschikbaar is, hoe het wordt gebruikt en wat zorgverleners en patienten ervan vinden. Uit het onderzoek van 2022 blijkt dat meer zorgverleners digitale middelen gebruiken dan in 2021. Waarschijnlijk droeg de coronapandemie daaraan bij. Zo zette zorgverleners vaker beeldbellen in en kwamen er meer digitale patiĆ«ntportalen waarmee patiĆ«nten toegang hebben tot hun medische gegevens, herhaalrecepten mee kunnen aanvragen of een afspraak kunnen maken. Verder zijn vaker technieken gebruikt om de veiligheid van de patiĆ«nt te bewaken, zoals een dubbele digitale controle op het gebruik van medicijnen. Hoe vaak zorgverleners digitale middelen gebruikten en voor welke patiĆ«ntengroepen, is moeilijk te zeggen met de informatie uit deze monitor. Wel is duidelijk dat digitale middelen nog geen vast onderdeel van de zorg zijn. Door de jaren heen denken meer zorgverleners dat digitale zorg meerwaarde heeft en zijn ze er steeds positiever over. Wel zijn meningen verdeeld over of het de problemen in de zorg kan helpen oplossen. Zorgverleners zijn bijvoorbeeld neutraal tot licht positief over de mogelijkheden om de zorgkosten en de werkdruk te verlagen en het werkplezier te verbeteren. De meerderheid van de zorgverleners is gematigd positief over de mogelijkheden om met digitale middelen de kwaliteit van de zorg en de eigen regie van de patiĆ«nt te verbeteren. Om digitale middelen in de zorg vaker en beter in te kunnen zetten, moeten deze een logischer onderdeel worden van de manier van werken in de zorg. Ook de voordelen voor patiĆ«nten en zorgverleners moeten duidelijker worden. Voor de zorgverleners is het belangrijk dat digitale zorg de werkdruk vermindert, zodat ze tijd overhouden voor patiĆ«nten. Verder is het essentieel dat digitale zorg voor zowel patiĆ«nten als zorgverleners makkelijk is in het gebruik. Tot slot moet de financiering van digitale zorg anders worden geregeld, ook in de toekomst.The healthcare sector is under pressure due to an ageing population, worsening staff shortages and high costs. eHealth, or digital healthcare, provides opportunities to keep healthcare affordable and accessible and to continue offering high-quality care. That is why, since 2013, an annual survey is carried out on the availability of digital healthcare, how it is used, and how care providers and patients think about it. This yearā€™s results show that more healthcare providers used digital tools in 2022 than in 2021. The COVID-19 pandemic has likely contributed to this. Providers used more video calls and introduced more digital patient portals. Patients can use a patient portal to access their medical records, request prescription refills or make an appointment. In addition, technology was used more frequently to monitor patient safety, such as double digital checks on the use of medicines. Although it is difficult to say how often and for which patient groups care providers use digital tools based on the information from this monitor, it is clear that digital tools have not yet become a permanent part of healthcare. Over the years, more care providers have come to think that digital healthcare has added value and they are increasingly positive about it. However, their opinions vary regarding whether it can help solve the problems in the healthcare sector. For example, they are neutral to slightly positive about the opportunities for reducing healthcare costs and workloads and improving job satisfaction. The majority of care providers are moderately positive about the possibilities for using digital tools to improve the quality of care and increase patient autonomy. To utilise digital healthcare tools more often and more effectively, they must become a more logical part of the way of working in the healthcare sector. The benefits for patients and healthcare providers must be clearer as well. For care providers, it is important that digital tools lighten the workload so that they have more time for patients. It is also important that digital healthcare tools are user-friendly for both patients and providers. Finally, funding for digital healthcare must be properly organised, including in the future

    E-healthmonitor 2022: hulp bij digitale zorg vanuit de bibliotheek als onderdeel van het sociaal domein.

    No full text
    Publiekssamenvatting E-healthmonitor 2022: hulp bij digitale zorg vanuit de bibliotheek als onderdeel van het sociaal domein Zorgverleners bieden hun zorg steeds vaker digitaal aan, maar het aantal patiĆ«nten dat hier gebruik van maakt is nog laag. Vooral ouderen, mensen met lage inkomens of weinig opleiding maken relatief het minst gebruik van digitale zorg. Ze weten niet altijd wat er mogelijk is of hoe ze met bepaalde digitale middelen om moeten gaan. Een cursus kan hierbij helpen. Deze moet dan wel aansluiten bij hun vaardigheden en behoeften. Er zijn verschillende redenen waarom mensen hulp zoeken bij het gebruik van digitale middelen in de zorg. De drie belangrijkste zijn: voorbereid willen zijn op de toekomst, zelfredzaam willen zijn, en het willen leren omdat ze er in de zorg mee te maken hebben gekregen. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM, onderzoeksinstituut Nivel en het National eHealth LivingLab (NeLL). Bibliotheken bieden cursussen aan om te leren omgaan met digitale middelen. Een voorbeeld is de cursus DigiVitaler, die is opgezet voor het leren omgaan met digitale zorg. Door mensen kennis te laten maken met digitale zorg en ermee te laten oefenen, kunnen deze cursussen helpen om de digitale zorg toegankelijker te maken. Vooral ouderen komen op zoā€™n cursus af omdat zij de bibliotheek weten te vinden. De ervaringen met de cursus zijn positief. Mensen krijgen meer zelfvertrouwen en vaardigheden om digitale middelen te gebruiken. Volgens docenten van DigiVitaler helpt de cursus, maar maakt deze nog niet iedereen zelfredzaam. Er is meer ondersteuning op maat nodig zoals een informatiepunt in de bibliotheek waar mensen vragen kunnen stellen over het gebruik van digitale middelen. Verder is het belangrijk op meer plekken een cursus aan te bieden zodat meer mensen de kans krijgen eraan deel te nemen. Mede omdat vanuit de bibliotheek nog niet alle groepen uit de samenleving bereikt worden, zoals anderstaligen, laaggeletterden en jongeren. Ook moeten meer ouderen worden bereikt. Om dat mogelijk te maken is samenwerking nodig tussen bibliotheken en andere organisaties binnen het sociaal domein, zoals welzijnsorganisaties, gemeenten en het onderwijs. Daarnaast is er meer samenwerking nodig met het medisch domein zoals zorgorganisaties, huisartsen en apothekers

    E-healthmonitor 2022: in gesprek met zorgprofessionals en zorggebruikers over de rol van digitale middelen in het verbeteren van de zorg.

    No full text
    Publiekssamenvatting E-healthmonitor 2022: in gesprek met zorgprofessionals en zorggebruikers over de rol van digitale middelen in het verbeteren van de zorg Digitale middelen worden steeds meer toegepast in de zorg, maar zijn er vaak nog geen vast onderdeel van. Een breed gestelde vraag is hoe digitale zorg kan helpen om processen in de zorg te verbeteren. De hoop is dat de kwaliteit van de zorg daarmee kan worden verhoogd, en dat digitale zorg kan helpen om problemen als gevolg van vergrijzing en personeelstekorten op te lossen. Onderzoekers zijn hierover in gesprek gegaan met verschillende betrokkenen binnen de zorg. Zij kunnen aangeven waar mogelijkheden liggen om de zorg met digitale middelen te verbeteren. Zij weten immers hoe het zorgproces eruit ziet, welke behoeftes er zijn en waar het knelt. Er is gesproken met zowel zorgverleners, managers, en bestuurders van zorgorganisaties (zorgprofessionals), als met patiĆ«nten en mantelzorgers. Deze verkenning is voor twee typen zorg (darmkanker en dementie) gedaan, en leverde een schat aan informatie op. Dit rapport is bedoeld om zorginstellingen handvatten te bieden hoe ze hun processen in kaart kunnen brengen. Ook kunnen zorginstellingen de handvatten in het rapport gebruiken om te inventariseren welke concrete kansen er zijn om digitale middelen structureel in te zetten. De geĆÆnterviewden zien bij beide typen zorg mogelijkheden om de zorg met digitale middelen patiĆ«ntgerichter, efficiĆ«nter en flexibeler te maken. Een aandachtspunt daarbij is dat sommige groepen, zoals ouderen of anderstaligen, digitale middelen minder makkelijk gebruiken. Voor de darmkankerzorg liggen de mogelijkheden vooral in de ā€˜hybride zorgā€™, waarbij patiĆ«nten verschillende zaken thuis kunnen doornemen, voorbereiden of meten. Zo zou het intakegesprek in het ziekenhuis als voorbereiding op een kijkonderzoek kunnen worden vervangen door een digitale intake. Hierdoor kan de tijd in het ziekenhuis efficiĆ«nter worden gebruikt en heeft de patiĆ«nt thuis alle benodigde informatie beschikbaar. Dit bespaart de zorg tijd en geld. Ook zou de patiĆ«nt zich beter op het onderzoek kunnen voorbereiden. Volgens de geĆÆnterviewden zouden voorgestelde verbeteringen in de dementiezorg de veiligheid en het welzijn van patiĆ«nten kunnen vergroten en besparen de verbeteringen daarnaast ook tijd. Zo kan een trainings- en coaching-module in het patiĆ«ntportaal patiĆ«nten en mantelzorgers ondersteunen. Een andere mogelijkheid is het verbeteren van de communicatie tussen zorgverleners en mantelzorgers via een online communicatiemiddel, bijvoorbeeld een app
    corecore