57 research outputs found

    Ouders in perspectief. Theoretische onderbouwing en evaluatie van vraag- en perspectiefgericht opvoedingsondersteunend groepswerk met maatschappelijk kwetsbare gezinnen

    No full text
    Dit onderzoeksproject omvat de theoretische onderbouwing en de evaluatie van vraag- en perspectiefgericht opvoedingsondersteunend groepswerk met maatschappelijk kwetsbare gezinnen. Het eerste onderdeel van dit project, de theoretische onderbouwing, resulteerde in een wetenschappelijk verantwoord kader om in groep met maatschappelijk kwetsbare gezinnen te werken. Het is een geheel van uitgangs- en handelingsprincipes, gestoeld op onder meer het ecologisch denkkader, het empowermentgedachtengoed en het pedagogisch perspectief nemen. De ervaringen, bekommernissen en vragen omtrent opvoeden en andere aspecten van het leven bepalen de invulling van het groepswerk. Dit betekent dat er op verschillende niveaus en domeinen gewerkt kan worden en dat het geen vooraf afgelijnd, gestructureerd en inhoudelijk ingevuld programma betreft.Het theoretisch kader werd op zijn hanteerbaarheid en betekenis in de praktijk getoetst. We werkten daarvoor samen met vzw De Keerkring, een centrum voor opvoedingsondersteuning. We onderzochten de uitkomsten (output) van het groepswerk én de processen en de context waarbinnen het groepswerk in de praktijk vorm krijgt. Dit vertaalde zich in vier onderzoeksvragen: (1) Slagen de groepsbegeleidsters erin om conform het theoretisch kader te werken? , (2) Zijn er factoren die de implementatie van het ontwikkelde kader bevorderen of belemmeren? , (3) Wat zijn de resultaten van het groepswerk? en (4) Zijn er factoren die het behalen van resultaten bevorderen of belemmeren? Het ecologische denkkader en de brede betekenis van empowerment indachtig, richtten we ons in de analyse op de verschillende betrokkenen en bevroegen we ouder-, kind- en omgevingsaspecten. Dit vroeg een breed palet aan onderzoeksactiviteiten die zich over het voor- en hoofdonderzoek uitsplitsten en waarin we respectievelijk 2 en 3 groepen volgden. We observeerden groepsbijeenkomsten, we legden schriftelijke vragenlijsten voor (o.a. BSS, NOSI, NVOS) en namen interviews af van de deelneemsters (o.a. PAI), de afhaaksters, de ondersteunings-moeders, de groepsbegeleidsters, de directie en de sociale sleutelfiguren. Globaal genomen zijn de bevindingen positief. De beoogde doelgroep wordt bereikt en eens de instap gemaakt, is het merendeel van de deelneemsters op de helft of meer van de bijeenkomsten aanwezig. Vooral overmacht belemmert hun aanwezigheid. De observaties wijzen uit dat de groepsbegeleidsters erin slagen om de uitgangs- en handelingsprincipes van het theoretisch kader te implementeren. We zien dit ook weerspiegeld in de betekenis die de deelneemsters aan het groepswerk en de groepsbegeleidsters toekennen. Op verschillende niveaus en domeinen zijn de uitkomsten van het groepswerk betekenisvol. Voor het merendeel van de deelneemsters komt het groepswerk tegemoet aan hun vragen en verwachtingen. Zowel het persoonlijk functioneren als verschillende opvoedings-aspecten evolueren in positieve zin. Zo is er een significante verbetering van de kwaliteit van het ouderlijk redeneren (PAI), is er een significante afname van de totale ouderlijke stress (NOSI) en een significante afname van de ervaren opvoedingsbelasting (NVOS). Daarnaast kent hun sociale netwerk een uitbreiding en doet zich inzake de fysieke omgeving (wonen, werken en financiële situatie) een significante verbetering voor. Deze positieve evolutie wordt ook grotendeels door de sociale sleutelfiguren bevestigd. De uitkomsten komen evenwel niet in elke groep even sterk tot uiting. Zowel deelneemsterskarakteristieken, het groepsfunctioneren en andere factoren hebben hierin een aandeel. De vaststelling dat zich niet alleen op deelneemstersniveau, maar ook binnen de lokale gemeenschap betekenisvolle veranderingen aftekenen (bv. beeldvorming over maatschappelijk kwetsbare gezinnen), overtuigt ons van de kracht van dit groepswerk.1 INLEIDING 1 1.1 Situering van het onderzoeksproject 1 1.2 Tweeledig onderzoek 1 1.2.1 Theoretische onderbouwing 3 1.2.2 Implementatie en uitkomsten van de ontwikkelde methodiek 4 1.3 Opbouw van het proefschrift 8 1.4 Mogelijkheden en beperkingen 8 2 THEORETISCHE UITGANGS- EN HANDELINGSPRINCIPES VAN HET OPVOEDINGSONDERSTEUNEND GROEPSWERK MET MAATSCHAPPELIJK KWETSBARE GEZINNEN 11 2.1 Verantwoording van opvoedingsondersteunend werken 12 2.1.1 Antwoord op een behoefte? 12 2.1.2 Schuldinducerende en instrumentalistische benaderingen? 13 2.1.3 Een brede, veelzijdige aanpak als alternatief 14 2.1.4 Uitgangsprincipes van opvoedingsondersteuning 17 2.2 Werken aan verandering: creëren van een leeromgeving 18 2.2.1 Faciliteren 21 2.2.2 Reflecteren en actie ondernemen 22 2.2.3 Kritische ingesteldheid 24 2.2.4 Doelgroepgericht werken 25 2.3 Maatschappelijk kwetsbare gezinnen als specifieke doelgroep 26 2.3.1 Verschillende omschrijvingen 26 2.3.2 Ontoereikendheid van het voorzieningen- en hulpverleningsaanbod 28 2.3.3 Weerstanden 29 2.3.4 Aandachtspunten bij het werken met een specifieke doelgroep 30 2.3.5 Doelgroep van het opvoedingsondersteunend groepswerk 32 2.3.6 Groepsgewijs werken met maatschappelijk kwetsbare gezinnen 34 2.4 Componenten van het opvoedingsondersteunend groepswerk met maatschappelijk kwetsbare gezinnen 36 2.4.1 Doelstellingen 37 2.4.2 Opzet van het groepswerk 41 Langlopende, gesloten groepen 41 Ouders en kinderen 42 Vaders(?) 43 Combinatie van ondersteuningsactiviteiten 46 Locatie 46 2.4.3 Processen 47 Activering, werving en toeleiding 47 Expliciteren van vragen, ervaringen en verwachtingen 49 Structureren en verhelderen van vragen, ervaringen en verwachtingen 50 Inbrengen van nieuwe perspectieven 50 Evaluatie 51 2.4.4 Inhouden 53 De situering van de opvoeding in een ruimere sociale context en tijdsperspectief 53 De handelings- en betekeniscomponent 54 2.4.5 Werkvormen 57 Verschillende groepsgespreksvormen 58 Verschillende communicatievormen 58 Materiaal uit de persoonlijke leefomgeving 58 Momenten waarin de kinderen betrokken worden 59 Creatieve oefensituaties 59 Gebruik maken van informele momenten 59 2.5 Besluit 59 3 EVALUATIE VAN HET VRAAG- EN PERSPECTIEFGERICHT OPVOEDINGSONDERSTEUNEND GROEPSWERK 63 3.1 Kwaliteitskader voor opvoedingsondersteuning 63 3.1.1 Procesfactoren en -indicatoren 64 3.1.2 Outputfactoren en -indicatoren 69 3.2 Onderzoeksopzet en -opbouw 72 3.2.1 Observatie van een praktijk 72 3.2.2 Vooronderzoek: op punt stellen van het onderzoeks-instrumentarium en een eerste exploratie van de implementatie en uitkomsten van de methodiek 73 3.2.3 Hoofdonderzoek: implementatie en uitkomsten van het groepswerk 74 3.2.4 Geen onderzoeksgestuurde selectie van deelneemsters en onderzoeksgroep 75 3.2.5 Geen controle- en vergelijkingsgroep 77 3.2.6 Meervoudige dataverzameling en -analyse 79 3.3 Onderzoeksinstrumentarium: een theoriegestuurde benadering met ruimte voor het respondentenperspectief 83 3.3.1 Interview van de deelneemsters, afhaaksters en ondersteuningsmoeders 84 Interviewleidraad 85 Parental Awareness Interview (PAI) 86 3.3.2 Schriftelijke bevraging van de deelneemsters, de afhaaksters en de ondersteuningsmoeders 88 Kanttekeningen 89 Nijmeegse Vragenlijst voor de Opvoedingssituatie (NVOS) 91 Nijmeegse Ouderlijke Stress Index (NOSI) 93 Bronnen van Steun en Spanning (BSS) 97 Vergelijking van de Levensgebeurtenissenschaal van de NOSI en de BSS 100 Cantril-ladder (CL) 101 3.3.3 Bevraging van de groepsbegeleidsters 102 3.3.4 Bevraging van de sociale sleutelfiguren 102 3.3.5 Groepsobservaties 106 3.3.6 Schematisch overzicht van het onderzoeksinstrumentarium in relatie tot de te meten factoren en indicatoren 107 3.4 Onderzoeksdeelname: een nieuwe ervaring voor onze respondenten 115 3.4.1 Naar een maximaal haalbare respons (?) 116 3.4.2 Barrières voor onderzoeksdeelname 119 3.4.3 Overtuigingselementen voor onderzoeksdeelname 122 3.4.4 Onderzoeksdeelname als (mogelijk) positief gebeuren 123 3.5 Besluit 126 4 BEREIKEN VAN EEN NOG NIET BEREIKTE DOELGROEP (?) 129 4.1 Onderkennen als probleem 129 4.2 Deelneemstersinstap of -uitval 131 4.2.1 Een verantwoord criterium voor uitval (?) 131 4.2.2 Een te verwachten, maar niet te verwaarlozen deelneemstersuitval 133 4.2.3 Herinstap en contact houden mogelijk 136 4.3 Wisselende aanwezigheid tijdens de bijeenkomsten 136 4.4 Barrières en stimulansen voor (regelmatige) deelname 138 4.4.1 Het al dan niet instappen: uiteenlopende (combinatie van) redenen 143 4.4.2 Een al dan niet volgehouden (regelmatige) deelname 146 Onderscheidende betekenis van het achtergrondkenmerk ‘tewerkstelling’ en de groepswerkervaring 146 De afstemmingsproblematiek 147 Oordeel over de opvoeding en veranderings- en ondersteuningsperspectief 150 Overmacht 151 4.5 Kenmerken groepsleden weerspiegelen de beoogde doelgroep 151 4.5.1 Gezinnen, verstrikt in een veelheid, verscheidenheid en verwevenheid van ervaren beperkingen 152 4.5.2 Achtergrondkenmerken 155 ‘Jonge’ moeders en een grote variatie in gezinssamenstelling 155 Laag opleidingsniveau en tewerkstelling is uitzonderlijk 157 Leefbare tot problematische financiële situatie 158 (Uitkijkend naar) elementair comfort inzake huisvesting en beperkte verplaatsingsmogelijkheden 159 4.5.3 Psychosociale factoren 160 Een geschiedenis van beproevingen 160 Gezondheidsproblemen zijn legio 162 Persoonlijk welbevinden 163 Partner als steunbron of bron van conflicten 164 Beperktheid van het sociale netwerk 165 Kinderen met een brede waaier aan dagelijkse, kleine tot grote problemen 167 4.5.4 Opvoeden 168 Ouderlijk redeneren: perspectief van het kind is moeilijk in te nemen 168 Van dagelijkse opvoedingsvragen tot problemen die intensieve hulp vragen 170 Bespreken van de opvoeding in het eigen netwerk is mogelijk, maar niet altijd voldoende en niet altijd zinvol 172 Plaats en betekenis van de hulpverlening 172 4.5.5 Verwachtingen t.a.v. het groepswerk 174 4.6 Besluit 177 5 IMPLEMENTATIEMOGELIJKHEDEN VAN HET VRAAG- EN PERSPECTIEFGERICHT OPVOEDINGSONDERSTEUNEND GROEPSWERK 181 5.1 Werkingsprincipes van empowerment 182 5.1.1 Positief vertrekpunt 182 5.1.2 Procesmatig werken 183 Uitwisselen van ervaringen en verwachtingen 187 Structureren en verhelderen van ervaringen en verwachtingen 189 Inbrengen nieuwe perspectieven 189 Voorwaarden voor het inbrengen en opnemen van nieuwe perspectieven (?) 193 5.1.3 Flexibel werken 196 5.1.4 Kinderen betrekken 201 5.2 Inhouden en thema’s 203 5.2.1 Dagelijkse opvoedingsthema’s in een ruimere maatschappelijke context 204 5.2.2 Aandacht voor verscheidenheid van opvoedingsmodellen 205 5.2.3 Vraaggestuurd werken 206 5.3 Opstelling van de begeleidsters 209 5.3.1 Globale beoordeling van het functioneren van de groepsbegeleidsters 209 5.3.2 Faciliterende houding 210 5.3.3 Dialogale relatie 213 5.4 Opstelling van de deelneemsters en de ondersteuningsmoeders 214 5.5 Evaluatie op microniveau 217 5.6 Procesfactoren en -indicatoren op mesoniveau 220 5.6.1 Praktisch-organisatorische aspecten 220 5.6.2 Relatie tot de context 221 5.6.3 Kwaliteitszorg 221 5.7 Balans van het groepswerk 222 5.7.1 Groepsfunctioneren als meest gewaardeerde aspect 222 5.7.2 Werken in groep is niet evident 223 5.8 Besluit 224 6 RESULTATEN VAN HET VRAAG- EN PERSPECTIEFGERICHT OPVOEDINGSONDERSTEUNEND GROEPSWERK 227 6.1 Globale situatie en verschillende levensdomeinen 229 6.1.1 Verbetering van de globale situatie 229 6.1.2 Minder stressgebieden en verbetering van de fysieke omgeving 230 Toename van deeltijdse tewerkstelling 231 Lichte financiële vooruitgang 232 Lichte verbetering inzake huisvesting, wachtlijstproblematiek blijft gehandhaafd 232 6.1.3 Gezondheidstoestand en persoonlijk welbevinden 233 Overwegend stabiele gezondheidstoestand 233 Minder uitgesproken negatief welbevinden 233 6.2 Betekenisverlening door de deelneemsters aan het groepswerk 235 6.2.1 Groepswerk komt grotendeels tegemoet aan de verwachtingen 235 6.2.2 Waardering en steun 236 6.2.3 Zinvolheid van het groepswerk, ook voor anderen 236 6.2.4 De deelneemsters leren op verschillende domeinen 236 Weerspiegeling van de doelstellingen van het groepswerk 237 Sociale sleutelfiguren bevestigen grotendeels de bevindingen van de deelneemsters 238 Uitkomsten van het groepswerk doorheen de tijd en in het licht van ander onderzoek 240 6.3 Positieve evolutie in het ouderlijk redeneren, het verwerven van nieuwe inzichten 241 6.4 Positieve evolutie in de beleving van de opvoedingssituatie 243 6.4.1 Minder ouderlijke stress en opvoedingsbelasting 243 6.4.2 Vragen waarvoor niet altijd bijkomende steun of hulp nodig is 250 6.5 Beoordeling van het kindgedrag 251 6.6 Versterking (in)formele netwerk 252 6.6.1 Relatie met partner, familieleden en vrienden 253 6.6.2 Betekenisvolle groepsleden 254 6.6.3 Bekendheid en vertrouwen in ondersteunende voorzieningen 255 6.7 Relatie tot de context 257 6.7.1 Netwerkvorming: uitbreiding netwerk en werverspotentieel 257 6.7.2 Opnemen van maatschappelijke verantwoordelijkheid 258 6.8 Toename pedagogische gevoeligheid in de samenleving 258 6.8.1 Toegenomen alertheid voor vragen en behoeften van ouders 258 6.8.2 Beeldvorming van en over maatschappelijk kwetsbare gezinnen 259 6.8.3 Meer gehoor bij organisaties met een pedagogische opdracht (?) 259 6.8.4 Overwegend positief oordeel over het opvoedingsondersteunend aanbod, maar het kan nog beter 261 6.9 Besluit 262 7 ALGEMEEN BESLUIT: OPMERKELIJKE BEVINDINGEN EN NIEUWE ONTWIKKELINGEN 265 8 SUMMARY 277 8.1 Theoretical foundation of needs and perspective based parenting group work 277 8.1.1 Development of a theoretically based approach 277 8.1.2 Needs and perspective based parenting group work 278 8.2 Evaluation of applicability and outcomes of needs and perspective based group work 280 8.2.1 Research design 281 8.2.2 Research instruments 283 Participants, subjects who dropped out and support mothers (at the start and at the end of the group work) 283 De Keerkring’s group leaders (at the start and at the end of the group work) 284 Social key figures 284 Observation of the group meetings 284 8.2.3 Validity and reliability 285 8.2.4 Response 286 8.2.5 Implementation possibilities (research questions 1 and 2) 286 Was the target group reached? 287 Processes, methods and activities of the group work 290 8.2.6 Perspectival outcomes (research question 3 and 4) 292 8.3 Conclusion 294 9 BIBLIOGRAFIE 297 10 BIJLAGEN 317status: publishe

    Werken met leerstijlen: een doos van Pandora of een weg naar zelfgestuurd leren

    No full text
    status: publishe

    Ervaringsgericht opvoedingsondersteunend groepswerk

    No full text
    no ISBNstatus: publishe

    Review oudercursus Expoo

    No full text
    nrpages: 5status: publishe

    Webinar Opvoedingsondersteuning

    No full text
    status: publishe

    Staten-Generaal Opvang en Vrije Tijd van Schoolkinderen. Aanbevelingen werkgroep 2. Kwaliteit

    No full text
    status: publishe

    De Huizen van het Kind in cijfers en ervaringen

    No full text
    nrpages: 288status: publishe
    corecore