6 research outputs found

    Investment in the future electricity system - An agent-based modelling approach

    No full text
    Now that renewable technologies are both technically and commercially mature, the imperfect rational behaviour of investors becomes a critical factor in the future success of the energy transition. Here, we take an agent-based approach to model investor decision making in the electricity sector by modelling investors as actors with different (heterogeneous) anticipations of the future. With only a limited set of assumptions, this generic model replicates the dynamics of the liberalised electricity market of the last decades and points out dynamics that are to be expected as the energy transition progresses. Importantly, these dynamics are emergent properties of the evolving electricity system resulting from actor (investor) behaviour. We have experimented with varying carbon price scenarios and find that incorporating heterogeneous investor behaviour results in a large bandwidth of possible transition pathways, and that the depth of renewables penetration is correlated with the variability of their power generation pattern. Furthermore, a counter-intuitive trend was observed, namely that average profits of investors are seen to increase with carbon prices. These results are a vivid and generic illustration that outcome-based policy cannot be solely based on market instruments that rely on perfect rational and perfectly informed agents.Energy & Industr

    Effecten van peilveranderingen in het IJsselmeer en Markermeer-IJmeer

    No full text
    Een seizoensgebonden peilbeheer in het IJsselmeergebied, waarbij in het voorjaar het peil hoger wordt opgezet en in de zomer verder uitzakt, lijkt zowel voor zoetwatervoorziening als voor het versterken van natuurwaarden interessant. In verschillende studies, workshops en beleidsdocumenten is aan dit peilbeheer gerefereerd en gerekend. Aan Deltares is gevraagd te verkennen in hoeverre de wensen ten aanzien van het seizoensgebonden peil vanuit natuur en zoetwatervoorzieining en de effecten daarvan op diverse aspecten en gebruiksfuncties bekend en gekwantificeerd zijn en hoe deze kennis eventueel in vervolgstudies verder is aan te vullen. Dit rapport beschrijft het resultaat van deze inventarisatie. De focus is hierbij geweest op het IJsselmeer en het Markermeer. De Veluwerandmeren zijn buiten beschouwing gelaten. Een seizoensgebonden peil kan door inundatie van oeverzones in het vroege voorjaar en het vervolgens weer droogvallen tijdens het groeiseizoen een grotere diversiteit aan vegetatie en daarmee meer diverse habitats bewerkstelligen. Deze versterking van natuurwaarden kan in het IJsselmeer en het Markermeer alleen plaatsvinden wanneer ook grootschalige landwaterovergangen worden gerealiseerd; het talud van oeverzones bepaalt immers hoeveel land inundeert en weer droogvalt. Een variatie door het seizoen van 65 tot 100 cm lijkt wenselijk. Natuurwaarden hebben echter baat bij afwijkingen van deze variatie door de jaren heen. Voor nieuw te ontwikkelen natuur moet het talud en de hoogteligging van de oevers worden afgestemd op het in te stellen peilverloop. Het instellen van een structureel hoger of lager peil zal invloed hebben op bestaande natuurwaarden. Een afweging waarin alle natuurwaarden worden meegenomen is nodig. Peilveranderingen hebben ook invloed op waterkwaliteit (slibopwerveling, temperatuur, nalevering uit de bodem) en waterkwaliteit en natuurwaarden beïnvloeden elkaar. Het is raadzaam om de waterkwaliteitseffecten op natuurwaarden mee te nemen in een verdere bepaling van het voor natuurwaarden gewenste peilverloop. Voor zoetwatervoorziening verwacht het W+ klimaatscenario een vraag naar extra water (in 2050 ongeveer 50 cm waterschijf in IJsselmeer en Markermeer in een extreem droog jaar), waarin door middel van seizoensfluctuaties voorzien kan worden. Hierbij wordt juist gevraagd het peil tot ver in de zomer (juli, augustus) hoog te houden. Uitgangspunt is om voor het instellen van een seizoensgebonden peil geen dijkverhoging te laten plaatsvinden. Veiligheid bepaalt daarmee de bovengrens voor het instellen van een seizoensgebonden peil. In het vroege voorjaar (maart/april) kan op het IJsselmeer tot 2020 het peil tot - 0,05 m NAP verhoogd worden, tot 2035 kan dit tot -0,10 m NAP (vanaf april). Voor het Markermeer geldt een mogelijke opzet tot -0,10 m NAP tot 2020, tot 2035 kan het peil tot ditzelfde niveau worden opgezet, echter wel pas in april. Voor alle situaties geldt dat vanaf mei het peil verder opgezet kan worden tot + 0,10 m NAP op het Markermeer (zowel 2020 als 2035) en het IJsselmeer tot 2035. Tot 2020 kan op het IJsselmeer in mei tot +0,15 m NAP worden opgezet

    Male breast cancer in BRCA1 and BRCA2 mutation carriers: pathology data from the Consortium of Investigators of Modifiers of BRCA1/2

    Get PDF
    corecore