31 research outputs found

    Uit de mest- en mineralenprogramma's : Mineralenbalansen bij onderwerken, afvoeren en/of composteren van vollegrondsgroente gewasresten

    Get PDF
    Bij de inventarisatie van praktijkinnovaties op het gebied van nutriëntenbeheer, kwam het composteren van gewasresten als een veelbelovende optie naar voren. De uitspoeling van nutriënten uit gewasresten van vollegrondsgroentegewassen is hoog, en daarom is besloten een deskstudie uit te voeren naar de gevolgen van 4 verschillende scenario’s voor oogstrestenmanagement bij vollegrondsgroentebedrijven. De bedrijven die zijn doorgerekend staan vermeld in tabel 1. Er zijn schattingen gemaakt van de hoeveelheid en aard van gewasresten op de bedrijven en wanneer deze beschikbaar kome

    Verwijderen van gewasresten in de open teelten : een deskstudie naar de effecten op de bodemvruchtbaarheid en de mogelijke verwerking van gewasresten in het kader van het project Nutriënten Waterproof, LNV-programma's systeeminnovatie open teelten (400-I en 400-III)

    Get PDF
    In deze deskstudy komen twee belangrijke vragen aan de orde: 1. Wat gebeurt er met de bodemvruchtbaarheid als na de oogst (alle) gewasresten worden verwijderd, hoe snel gaat het organische stofgehalte omlaag en welke gevolgen heeft dat voor de stikstoflevering. 2. Als gewasresten niet meer worden ingewerkt, welke mogelijkheden zijn er dan na het afvoeren voor een verdere verwerking

    Rijenbemesting met rundveedrijfmest in biologische teelt van narcis : Teelttechnische toepassing en ammoniakemissie

    Get PDF
    In een biologische teelt van bloembollen is het zeer lastig om de bemesting optimaal af te stemmen op de gewasbehoefte. Dit geldt vooral voor bloembollen die in het voorjaar bloeien, zoals narcis. Deze gewassen hebben al vroeg in het voorjaar stikstof nodig, terwijl de mineralisatie in de bodem nog onvoldoende op gang is gekomen. Ook de mineralisatie van vaste organische mest(korrels) laat te lang op zich wachten. Een bijkomende hindernis is dat de bloembollen onder een strodek worden geteeld dat de groei van onkruiden moet onderdrukken. Dit strodek vertraagt in het voorjaar de opwarming van de bouwvoor en legt gedurende het seizoen stikstof vast. Drijfmest zou een oplossing kunnen bieden. Het is een vloeibare meststof met hoge gehaltes aan direct opneembare stikstof voor de plant. Er is al enige jaren ervaring met toediening van drijfmest via fertigatie. Dit is echter voor de meeste bloembollenteelten een te dure methode. Een simpele en goedkopere oplossing is het uitrijden van drijfmest via sleepslangen over het strodek, waarbij de mest in stroken langs de plantrijen wordt gelegd. De mest kan dan echter niet op de huidige voorgeschreven emissiearme methoden voor bouwland in- of ondergewerkt worden. Het strodek in combinatie met het toedienen van mest in stroken zou een mogelijkheid kunnen zijn om de uitstoot van ammoniak te verminderen

    Duurzaam bodemgebruik in de landbouw, advies uit de praktijk

    Get PDF
    In opdracht van het Ministerie van LNV zijn in deze studie de volgende vragen beantwoord: 1. Wat is volgens de praktijk duurzaam bodemgebruik in de landbouw? Hoe wordt dit concept in de praktijk uitgewerkt? 2. Wat is volgens de praktijk de rolverdeling van de verschillende actoren (overheid (EU, nationaal, regionaal) en bedrijfsleven) in de toepassing van het concept duurzaam bodemgebruik? En hoe zou de eventuele rol van de overheid moeten worden ingevuld? De antwoorden zijn verkregen door interviews en een enquête. De resultaten zijn getoetst aan de visie van belangenbehartigers en intermediairen in de agrarische sector. Volgens agrarische ondernemers is duurzaam bodemgebruik: de grond zo gebruiken en beheren dat die ook op lange termijn van goede kwaliteit blijft voor de teelt. Een goede bodemkwaliteit wordt volgens de ondernemers vooral bepaald door het organische stofgehalte van de grond, de ontwatering, het vochtleverende vermogen, de draagkracht, de levering van nutriënten en de onkruiddruk. Een goed beheer is er op gericht dat deze zaken in orde zijn. Volgens de ondernemers zijn zij er verantwoordelijk voor de kwaliteit van de grond te handhaven: de grond geschikt te houden voor de teelt. Dat is ook in hun eigen belang, en daarvoor zijn volgens hen geen regels nodig. Verder ziet men een rol voor het bedrijfsleven in de ontwikkeling van bodemvriendelijke mechanisatie. Voor overheden zien zij een rol bij waterbeheer, goede regels (genoeg ruimte) voor organische bemesting en stimulering van duurzame praktijken

    Het gebruiksnormenstelsel, consequenties voor bedrijfsvoering en milieukwaliteit : Een eerste verkenning met modelbedrijven in Thema 5 (Maatregelenpakketten) van Programma 398

    Get PDF
    In 2006 komt het MINAS-stelsel te vervallen en wordt vervangen door een nieuw stelsel, dat momenteel wordt voorbereid en niet is gebaseerd op overschotten maar op gewasspecifieke gebruiksnormen. Deze verandering heeft gevolgen voor de bedrijfsvoering. In deze studie worden de resultaten in kaart gebracht van de consequenties van het nieuwe stelsel voor de sectoren akkerbouw, vollegrondsgroenten, bloembollen en boomteelt. Hierbij worden de consequenties beschreven in de vorm van te nemen maatregelen en bijbehorende kosten, de kosten van eventuele opbrengstderving en de effecten op het nitraatgehalte in het grondwater. De studie richt zich alleen op de zandgronden omdat daar de eerste problemen te verwachten zijn in de bedrijfsvoerin

    Uit de mest- en mineralenprogramma's : Ontwikkeling van geïntegreerde maatregelenpakketten: Maatregelen om te voldoen aan Minaseindnormen voor de bloembollensector

    No full text
    Binnen het LNV Mest- en Mineralenprogramma 398-I staat de ontwikkeling van maatregelen om mineralenverliezen te beperken centraal. Voor telers is het belangrijk te weten welke maatregelen gekozen kunnen worden om tegen zo weinig mogelijk kosten te voldoen aan de MINAS eindnormen. Daarvoor zijn modelbedrijven gedefinieerd die een doorsnee geven van de sector. Per bedrijf is de bouwplansamenstelling en de vruchtopvolging ingevuld en het bedrijf werkt volgens het principe "Goede Landbouw Praktijk". Voor de bloembollenteelt is een aantal maatregelen geïdentificeerd waarmee stikstof kan worden bespaar

    Bemesting van prei met compost van preiresten

    No full text

    Uit de mest- en mineralenprogramma's : Ontwikkeling van geïntegreerde maatregelenpakketten: Maatregelen om te voldoen aan Minaseindnormen voor de bloembollensector

    No full text
    Binnen het LNV Mest- en Mineralenprogramma 398-I staat de ontwikkeling van maatregelen om mineralenverliezen te beperken centraal. Voor telers is het belangrijk te weten welke maatregelen gekozen kunnen worden om tegen zo weinig mogelijk kosten te voldoen aan de MINAS eindnormen. Daarvoor zijn modelbedrijven gedefinieerd die een doorsnee geven van de sector. Per bedrijf is de bouwplansamenstelling en de vruchtopvolging ingevuld en het bedrijf werkt volgens het principe "Goede Landbouw Praktijk". Voor de bloembollenteelt is een aantal maatregelen geïdentificeerd waarmee stikstof kan worden bespaar

    Uit de mest- en mineralenprogramma's : Mineralenbalansen bij onderwerken, afvoeren en/of composteren van vollegrondsgroente gewasresten

    No full text
    Bij de inventarisatie van praktijkinnovaties op het gebied van nutriëntenbeheer, kwam het composteren van gewasresten als een veelbelovende optie naar voren. De uitspoeling van nutriënten uit gewasresten van vollegrondsgroentegewassen is hoog, en daarom is besloten een deskstudie uit te voeren naar de gevolgen van 4 verschillende scenario’s voor oogstrestenmanagement bij vollegrondsgroentebedrijven. De bedrijven die zijn doorgerekend staan vermeld in tabel 1. Er zijn schattingen gemaakt van de hoeveelheid en aard van gewasresten op de bedrijven en wanneer deze beschikbaar kome
    corecore