35 research outputs found

    Cell-type-specific profiling of protein-DNA interactions without cell isolation using targeted DamID with next-generation sequencing.

    Get PDF
    This protocol is an extension to: Nat. Protoc. 2, 1467-1478 (2007); doi:10.1038/nprot.2007.148; published online 7 June 2007The ability to profile transcription and chromatin binding in a cell-type-specific manner is a powerful aid to understanding cell-fate specification and cellular function in multicellular organisms. We recently developed targeted DamID (TaDa) to enable genome-wide, cell-type-specific profiling of DNA- and chromatin-binding proteins in vivo without cell isolation. As a protocol extension, this article describes substantial modifications to an existing protocol, and it offers additional applications. TaDa builds upon DamID, a technique for detecting genome-wide DNA-binding profiles of proteins, by coupling it with the GAL4 system in Drosophila to enable both temporal and spatial resolution. TaDa ensures that Dam-fusion proteins are expressed at very low levels, thus avoiding toxicity and potential artifacts from overexpression. The modifications to the core DamID technique presented here also increase the speed of sample processing and throughput, and adapt the method to next-generation sequencing technology. TaDa is robust, reproducible and highly sensitive. Compared with other methods for cell-type-specific profiling, the technique requires no cell-sorting, cross-linking or antisera, and binding profiles can be generated from as few as 10,000 total induced cells. By profiling the genome-wide binding of RNA polymerase II (Pol II), TaDa can also identify transcribed genes in a cell-type-specific manner. Here we describe a detailed protocol for carrying out TaDa experiments and preparing the material for next-generation sequencing. Although we developed TaDa in Drosophila, it should be easily adapted to other organisms with an inducible expression system. Once transgenic animals are obtained, the entire experimental procedure-from collecting tissue samples to generating sequencing libraries-can be accomplished within 5 d.This work was funded by a Wellcome Trust Senior Investigator Award (103792), Wellcome Trust Programme Grant (092545) and BBSRC Project Grant (BB/L00786X/1) to A.H.B. A.H.B acknowledges core funding to the Gurdon Institute from the Wellcome Trust (092096) and CRUK (C6946/A14492).This is the author accepted manuscript. The final version is available from Nature Publishing Group via http://dx.doi.org/10.1038/nprot.2016.08

    A Comparison of Neuroimaging Abnormalities in Multiple Sclerosis, Major Depression and Chronic Fatigue Syndrome (Myalgic Encephalomyelitis): is There a Common Cause?

    Get PDF

    Agricultural practices and water quality at farms registered for derogation in 2020

    No full text
    In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest op hun land gebruiken dan de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten elk jaar de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven die van derogatie gebruik maken. Uit de analyse blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit vanaf 2006, het jaar waarin de derogatie inging. Wel stegen de nitraatconcentraties de afgelopen jaren. Dat komt waarschijnlijk door de droogte in 2018 in heel Nederland en regionaal in 2019 en 2020, en het effect hiervan in de jaren erna. Vooral in de Zandregio steeg de nitraatconcentratie. Droogte kan er op verschillende manieren voor zorgen dat de nitraatconcentratie in het grondwater stijgt, onder andere doordat er dan minder stikstof wordt afgebroken. Bedrijfsvoering In 2020 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 236 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit mest van graasdieren gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering en door aanpassingen in wetgeving wordt dierlijke mest efficiĂ«nter gebruikt om gewassen te laten groeien. Het ‘stikstofbodemoverschot’ is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er minder stikstof in de bodem overblijft dat als nitraat met regenwater wegzakt naar diepere lagen in de bodem, en uiteindelijk het grondwater bereikt. Het stikstofbodemoverschot steeg in 2018 sterk door de droogte. In 2020 was het stikstofbodemoverschot hoger dan in 2019, maar lager dan het gemiddelde van alle onderzochte jaren. Grondwaterkwaliteit In het zuiden en oosten van de Zandregio was de gemiddelde nitraatconcentratie in de bovenste meter van het grondwater in 2021 67 milligram per liter. Dat is boven de norm van 50 milligram per liter. Sinds 2017 steeg de nitraatconcentratie fors in dit deel van de Zandregio en is deze verdubbeld. Hierdoor is het moeilijker om gemiddeld onder de norm te komen. In het noorden van de Zandregio bleef de concentratie onder de norm, maar steeg deze naar 37 milligram per liter in 2021. In de Lössregio daalde de concentratie licht naar 57 milligram per liter in 2020, maar deze is nog wel hoger dan de norm. In de Kleiregio blijven de concentraties steeds onder de norm. Over de hele onderzochte periode stijgen de nitraatconcentraties in de Kleiregio, maar in 2021 was deze lager dan in 2020. In de Veenregio worden de laagste concentraties gemeten, 14 milligram per liter in 2021. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

    Landbouwpraktijk en waterkwaliteit op landbouwbedrijven aangemeld voor derogatie in 2020

    No full text
    Dutch grassland farms that meet certain conditions may use more animal manure on their farmland than the general limit value prescribed by the European Nitrates Directive. This partial exemption is referred to as ‘derogation’. The National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) and Wageningen Economic Research monitor the effects of this derogation on the water quality on 300 farms in the derogation monitoring network. This study concludes that derogation has had no negative effects on water quality since 2006, the year the derogation came into effect. However, nitrate concentrations increased in the past years, especially in the Sand region. This increase is probably due to the nationwide drought in 2018 and regional droughts in 2019 and 2020, and the effects of these droughts in the years after. Drought can lead to higher nitrate concentrations in groundwater in several ways, including through a decrease in the breakdown of nitrogen (denitrification). Farm management On average, derogation farms used 236 kilograms of nitrogen from animal manure per hectare in 2020. The amount of nitrogen from manure of grazing animals that may be used on farmland varies from 230 to 250 kilograms per hectare, depending on the soil type and region. In recent years, improvements in farm management and changes in legislation have led to a more efficient use of nitrogen for crop production. This resulted in a decrease in the nitrogen surplus on the soil surface balance in the period from 2006 until 2017. This means that in those years less surplus nitrogen remained behind in the soil and therefore less nitrate leached into the lower soil layers and ultimately into the groundwater. The soil nitrogen surplus increased strongly in 2018 due to drought. In 2020 the soil nitrogen surplus was higher than in 2019, but lower than the average of all studied years. Groundwater quality In the south and the east of the Sand region, the average nitrate concentration in the upper metre of the groundwater was 67 milligram per litre in 2021. This exceeds the EU limit value of 50 milligrams per litre. Since 2017, the nitrate concentration has increased strongly and doubled in this part of the Sand region. As a result, it has become more difficult to achieve an average concentration below the EU limit value. The average concentration in the north of the Sand region remained lower than the EU limit value, but increased to 37 milligram per litre in 2021. In the Loess region, the average concentration decreased slightly to 57 milligram per litre in 2020, but is still above the EU limit value. In the Clay region, nitrate concentrations consistently remained below the limit value. During the studied period, concentrations increased in the Clay region, but in 2021 they were lower than in 2020. In the Peat region, the lowest concentrations were measured, with an average concentration of 14 milligram per litre in 2021. The monitoring was commissioned by the Ministry of Agriculture, Nature and Food Quality.In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest op hun land gebruiken dan de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten elk jaar de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven die van derogatie gebruik maken. Uit de analyse blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit vanaf 2006, het jaar waarin de derogatie inging. Wel stegen de nitraatconcentraties de afgelopen jaren. Dat komt waarschijnlijk door de droogte in 2018 in heel Nederland en regionaal in 2019 en 2020, en het effect hiervan in de jaren erna. Vooral in de Zandregio steeg de nitraatconcentratie. Droogte kan er op verschillende manieren voor zorgen dat de nitraatconcentratie in het grondwater stijgt, onder andere doordat er dan minder stikstof wordt afgebroken. Bedrijfsvoering In 2020 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 236 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit mest van graasdieren gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering en door aanpassingen in wetgeving wordt dierlijke mest efficiĂ«nter gebruikt om gewassen te laten groeien. Het ‘stikstofbodemoverschot’ is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er minder stikstof in de bodem overblijft dat als nitraat met regenwater wegzakt naar diepere lagen in de bodem, en uiteindelijk het grondwater bereikt. Het stikstofbodemoverschot steeg in 2018 sterk door de droogte. In 2020 was het stikstofbodemoverschot hoger dan in 2019, maar lager dan het gemiddelde van alle onderzochte jaren. Grondwaterkwaliteit In het zuiden en oosten van de Zandregio was de gemiddelde nitraatconcentratie in de bovenste meter van het grondwater in 2021 67 milligram per liter. Dat is boven de norm van 50 milligram per liter. Sinds 2017 steeg de nitraatconcentratie fors in dit deel van de Zandregio en is deze verdubbeld. Hierdoor is het moeilijker om gemiddeld onder de norm te komen. In het noorden van de Zandregio bleef de concentratie onder de norm, maar steeg deze naar 37 milligram per liter in 2021. In de Lössregio daalde de concentratie licht naar 57 milligram per liter in 2020, maar deze is nog wel hoger dan de norm. In de Kleiregio blijven de concentraties steeds onder de norm. Over de hele onderzochte periode stijgen de nitraatconcentraties in de Kleiregio, maar in 2021 was deze lager dan in 2020. In de Veenregio worden de laagste concentraties gemeten, 14 milligram per liter in 2021. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

    Agricultural practices and water quality at farms registered for derogation in 2020

    No full text
    In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest op hun land gebruiken dan de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten elk jaar de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven die van derogatie gebruik maken. Uit de analyse blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit vanaf 2006, het jaar waarin de derogatie inging. Wel stegen de nitraatconcentraties de afgelopen jaren. Dat komt waarschijnlijk door de droogte in 2018 in heel Nederland en regionaal in 2019 en 2020, en het effect hiervan in de jaren erna. Vooral in de Zandregio steeg de nitraatconcentratie. Droogte kan er op verschillende manieren voor zorgen dat de nitraatconcentratie in het grondwater stijgt, onder andere doordat er dan minder stikstof wordt afgebroken. Bedrijfsvoering In 2020 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 236 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit mest van graasdieren gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering en door aanpassingen in wetgeving wordt dierlijke mest efficiĂ«nter gebruikt om gewassen te laten groeien. Het ‘stikstofbodemoverschot’ is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er minder stikstof in de bodem overblijft dat als nitraat met regenwater wegzakt naar diepere lagen in de bodem, en uiteindelijk het grondwater bereikt. Het stikstofbodemoverschot steeg in 2018 sterk door de droogte. In 2020 was het stikstofbodemoverschot hoger dan in 2019, maar lager dan het gemiddelde van alle onderzochte jaren. Grondwaterkwaliteit In het zuiden en oosten van de Zandregio was de gemiddelde nitraatconcentratie in de bovenste meter van het grondwater in 2021 67 milligram per liter. Dat is boven de norm van 50 milligram per liter. Sinds 2017 steeg de nitraatconcentratie fors in dit deel van de Zandregio en is deze verdubbeld. Hierdoor is het moeilijker om gemiddeld onder de norm te komen. In het noorden van de Zandregio bleef de concentratie onder de norm, maar steeg deze naar 37 milligram per liter in 2021. In de Lössregio daalde de concentratie licht naar 57 milligram per liter in 2020, maar deze is nog wel hoger dan de norm. In de Kleiregio blijven de concentraties steeds onder de norm. Over de hele onderzochte periode stijgen de nitraatconcentraties in de Kleiregio, maar in 2021 was deze lager dan in 2020. In de Veenregio worden de laagste concentraties gemeten, 14 milligram per liter in 2021. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

    Agricultural practices and water quality at farms registered for derogation in 2018

    No full text
    In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest waar stikstof in zit, op hun land gebruiken dan de algemene norm van de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan specifieke voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven. Hieruit blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit. De aanhoudende droogte in 2018 heeft wel negatieve effecten gehad op de waterkwaliteit in 2019. Doordat de gewassen minder goed groeiden, namen zij minder stikstof op. Hierdoor bleef er meer stikstof in de bodem achter en kwam er meer in het grondwater terecht. Dit blijkt uit de resultaten van 2018 en een analyse van de ontwikkeling sinds 2006. Bedrijfsvoering In 2018 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 244 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt (dit wordt in kilogrammen stikstof aangegeven omdat het per diersoort verschilt hoeveel stikstof er in mest zit). Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit graasdiermest gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering wordt dierlijke mest efficiënter gebruikt om gewassen te produceren: de indicator 'stikstofbodemoverschot' is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er in deze jaren minder nitraat met regenwater is weggezakt naar diepere lagen in de bodem en in het grondwater terecht is gekomen. Door de droogte in 2018 is het stikstofoverschot in de bodem met 12 procent gestegen in vergelijking met de voorgaande jaren. Grondwaterkwaliteit Vanaf 2015 lag de gemiddelde nitraatconcentratie van derogatie bedrijven in alle regio's onder de EU-norm van 50 milligram per liter. Wel zijn door de droogte de concentraties in 2019 in alle regio's gestegen. In de Lössregio kwam de gemiddelde concentratie boven de norm uit (65 milligram per liter). Toch zijn zowel in de Zandregio als in de Lössregio de concentraties gedaald als we naar de hele meetperiode kijken. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).Dutch grassland farms that meet certain conditions may use more animal manure than the general limit of 170 kg nitrogen per hectare, as prescribed by the European Nitrates Directive. This partial exemption is referred to as 'derogation'. The National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) and Wageningen Economic Research monitor the effects of this derogation on the water quality on 300 farms in the derogation monitoring network. This study shows the results for 2018 and the development from 2006 onwards. This study concludes that derogation has no negative effects on water quality. However, the persisting drought in 2018 has had adverse consequences for the crop yields in 2018 and the water quality in 2019. Management On average, derogation farms have used 244 kilograms of nitrogen from animal manure per hectare in 2018. The permissible amount of nitrogen from animal manure varies from 230 to 250 kilograms per hectare, depending on the soil type and region. In recent years, improvements in management have resulted in more efficient use of nitrogen for crop production; the nitrogen surplus on the soil surface balance has dropped in the period from 2006 until 2017. And lower nitrogen surpluses lead to less nitrate leaching to groundwater. Because of the drought in 2018, crop yields have declined and have led to an increase of 12 percent of the nitrogen surplus on the soil surface balance compared to preceding years. Groundwater quality From 2006, leaching of nitrate to the groundwater has decreased or stabilized on derogation farms. Since 2015, the average nitrate concentration in groundwater on derogation farms has been below the EU-standard of 50 milligram per litre, in all regions. However, because of the drought in 2018, nitrate concentrations have increased. But it was only in the Loess region that the average concentration of 65 milligram nitrate per litre exceeded the EU-standard. Despite the recent increases, the average nitrate concentrations still show a downward tendency in the Sand region and the Loess region since 2006. The monitoring was commissioned by the Ministry of Agriculture, Nature & Food Quality.Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit LN

    Landbouwpraktijk en waterkwaliteit op landbouwbedrijven aangemeld voor derogatie in 2019

    No full text
    In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest, waar stikstof in zit, op hun land gebruiken dan de algemene norm van de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan specifieke voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten elk jaar de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven. Ook worden de ontwikkelingen sinds 2006 geanalyseerd, het jaar waarin de derogatie inging. Uit de analyse blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit vanaf 2006. Wel heeft de droogte er in 2019 en 2020 negatieve effecten op gehad. Door de droogte groeiden onder andere de gewassen minder goed, waardoor zij minder stikstof opnamen. Hierdoor bleef er meer stikstof in de bodem achter en kwam er meer in het grondwater terecht. Bedrijfsvoering In 2019 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 230 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Dit wordt in kilogrammen stikstof aangegeven omdat het per diersoort verschilt hoeveel stikstof er in mest zit. Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit graasdiermest gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering wordt dierlijke mest efficiĂ«nter gebruikt om gewassen te laten groeien. Het ‘stikstofbodemoverschot’ is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er in deze jaren minder stikstof beschikbaar is om als nitraat met regenwater weg te zakken naar diepere lagen in de bodem en uiteindelijk het grondwater. Na een stijging in 2018 door de droogte, was in 2019 het stikstofbodemoverschot het laagste van alle onderzochte jaren. Grondwaterkwaliteit De gemiddelde nitraatconcentratie op derogatiebedrijven nam in 2019 en 2020 toe. Dit komt waarschijnlijk door de droogte. In het zuiden en oosten van de Zandregio steeg de concentratie in 2020 tot boven de EU-norm van 50 milligram per liter (63 milligram per liter). Als de hele onderzochte periode (2006-2020) wordt bekeken, is de concentratie in de hele Zandregio wel gedaald. In de Lössregio bleef de concentratie boven de norm, al is deze lager dan in 2018 (59 milligram per liter in 2019 versus 65 milligram per liter in 2018). In de Klei- en Veenregio daalde de nitraatconcentratie in 2020. In de Kleiregio is in de hele onderzochte periode de nitraatconcentratie gestegen, maar blijft deze steeds onder de norm. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

    Landbouwpraktijk en waterkwaliteit op landbouwbedrijven aangemeld voor derogatie in 2018

    No full text
    In Nederland mogen bepaalde agrarische bedrijven meer dierlijke mest waar stikstof in zit, op hun land gebruiken dan de algemene norm van de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan specifieke voorwaarden voldoen. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven. Hieruit blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit. De aanhoudende droogte in 2018 heeft wel negatieve effecten gehad op de waterkwaliteit in 2019. Doordat de gewassen minder goed groeiden, namen zij minder stikstof op. Hierdoor bleef er meer stikstof in de bodem achter en kwam er meer in het grondwater terecht. Dit blijkt uit de resultaten van 2018 en een analyse van de ontwikkeling sinds 2006. Bedrijfsvoering In 2018 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 244 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt (dit wordt in kilogrammen stikstof aangegeven omdat het per diersoort verschilt hoeveel stikstof er in mest zit). Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit graasdiermest gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering wordt dierlijke mest efficiënter gebruikt om gewassen te produceren: de indicator 'stikstofbodemoverschot' is daardoor van 2006 tot en met 2017 gedaald. Dit betekent dat er in deze jaren minder nitraat met regenwater is weggezakt naar diepere lagen in de bodem en in het grondwater terecht is gekomen. Door de droogte in 2018 is het stikstofoverschot in de bodem met 12 procent gestegen in vergelijking met de voorgaande jaren. Grondwaterkwaliteit Vanaf 2015 lag de gemiddelde nitraatconcentratie van derogatie bedrijven in alle regio's onder de EU-norm van 50 milligram per liter. Wel zijn door de droogte de concentraties in 2019 in alle regio's gestegen. In de Lössregio kwam de gemiddelde concentratie boven de norm uit (65 milligram per liter). Toch zijn zowel in de Zandregio als in de Lössregio de concentraties gedaald als we naar de hele meetperiode kijken. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

    Agricultural practices and water quality at farms registered for derogation in 2021 Dutch farms that meet certain

    No full text
    Sinds 2006 mogen bepaalde agrarische bedrijven in Nederland meer dierlijke mest op hun land gebruiken dan de Europese Nitraatrichtlijn voorschrijft. Zij moeten hiervoor wel aan bepaalde voorwaarden voldoen, zoals minimaal 80 procent grasland hebben. Deze verruiming heet derogatie. Het RIVM en Wageningen Economic Research meten sindsdien elk jaar de gevolgen van de derogatie voor de waterkwaliteit op driehonderd bedrijven die van derogatie gebruikmaken. Uit de analyse sinds 2006 blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit. Wel stegen de concentraties nitraat de afgelopen jaren, vooral in de Zandregio. De stijging komt waarschijnlijk door de droogte van 2018 tot en met 2020. Door droogte wordt er onder andere minder stikstof afgebroken, waardoor de nitraatconcentratie in het grondwater stijgt. In 2022 daalde de nitraatconcentratie in alle regio’s, waarschijnlijk doordat 2021 een relatief nat jaar was. Bedrijfsvoering In 2021 hebben derogatiebedrijven gemiddeld 229 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Een derogatiebedrijf mag 230 of 250 kilogram stikstof per hectare uit mest van graasdieren gebruiken, afhankelijk van de bodemsoort en regio. Door verbeteringen in de bedrijfsvoering en door aanpassingen in wetgeving wordt dierlijke mest efficiĂ«nter gebruikt om gewassen te laten groeien. Het ‘stikstofbodemoverschot’ is daardoor gemiddeld over de hele meetperiode gedaald. Dit betekent dat er minder stikstof in de bodem overblijft dat als nitraat met regenwater wegzakt naar diepere lagen in de bodem, en uiteindelijk terechtkomt in het grondwater. Het gemiddelde stikstofbodemoverschot was 144 kilogram per hectare in 2021 en is daarmee het laagste van alle gemeten jaren. Grondwaterkwaliteit In het zuiden en oosten van de Zandregio was de gemiddelde nitraatconcentratie in de bovenste meter van het grondwater in 2022 51 milligram per liter. Dat is boven de norm van 50 milligram per liter. Na de sterke stijging in dit deel van de Zandregio sinds 2017, daalde de nitraatconcentratie in 2022 ten opzichte van 2021. In het noorden van de Zandregio bleef de concentratie onder de norm, en daalde deze naar 23 milligram per liter in 2022. In de Lössregio daalde de concentratie licht naar 51 milligram per liter in 2021, maar ook hier is deze nog hoger dan de norm. In de Kleiregio blijven de concentraties steeds onder de norm. Na een sterke stijging in de afgelopen jaren is de concentratie in de Kleiregio 18 milligram per liter in 2022. In de Veenregio worden de laagste concentraties gemeten, 9 milligram per liter in 2022. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV(Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit)). In september 2022 besloot de Europese Commissie de derogatie voor Nederland stapsgewijs af te bouwen. Vanaf 2026 zal Nederland geen derogatie meer hebben.Dutch farms that meet certain conditions, such as a minimum of 80 percent acreage as grassland, may use more animal manure than the general limit prescribed by the European Nitrates Directive. This partial exemption is referred to as ‘derogation’. The National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) and Wageningen Economic Research monitor the effects of this derogation on the water quality on 300 farms in the derogation monitoring network. This study concludes that derogation has had no negative effects on water quality since 2006, the year the derogation came into effect. However, nitrate concentrations increased in the past years, especially in the Sand region. This increase is probably due to the droughts occurring in 2018-2020. Drought can lead to higher nitrate concentrations in groundwater in several ways, including decreased breakdown of nitrogen (denitrification). The nitrate concentration decreased in all regions in 2022, probably due to the fact that 2021 was a relatively wet year. Management On average, derogation farms have used 229 kilograms of nitrogen from animal manure per hectare in 2020. The permissible amount of nitrogen from animal manure varies from 230 to 250 kilograms per hectare, depending on the soil type and region. Improvements in management and changes in legislation have resulted in more efficient use of nitrogen for crop production. As a result, the nitrogen surplus on the soil surface balance has decreased on average over the entire measurement period. This means that less nitrogen, in the form of nitrate, was available to leach to the lower parts of soil profiles and eventually into the groundwater. The soil nitrogen surplus was 114 kilogram per hectare in 2021, the lowest of all monitored years. Groundwater quality In the south and the east of the Sand region the average nitrate concentrations in the upper metre of the groundwater in 2022 was 51 milligram per litre. This is higher than the EU-standard of 50 milligram per litre. After rising sharply in this part of the Sand Region since 2017, nitrate concentrations decreased in 2022 compared to 2021. In the north of the Sand region the concentration was lower than the EU-standard, and decreased to 22 milligram per litre in 2021.In the Loess region the concentration decreased slightly to 51 milligram per litre in 2021, but remained above the EU-standard. In the Clay region the nitrate concentrations remained consistently under the EU-standard. After a sharp increase in the recent years, the nitrate concentration in the Clay region was 18 milligram per litre in 2022. In the Peat region the lowest concentrations are measured, with 9 milligram per litre in 2021. The monitoring was commissioned by the Ministry of Agriculture, Nature & Food Quality. In September 2022, the European Commission decided to phase out the derogation for the Netherlands. From 2026, the Netherlands will no longer have a derogation
    corecore