123 research outputs found

    Advies aan Faunafonds inzake heropening jacht op kolgans, grauwe gans en smient

    Get PDF
    Ter onderbouwing van het door het Faunafonds aan de minister van LNV uit te brengen advies betreffende het heropenen van jachtmogelijkheden op de kolgans, grauwe gans en smient is een analyse gemaakt van de te verwachten effecten van de voorgestelde maatregelen. Dit betreffen effecten op de aantallen en verspreiding van deze drie vogelsoorten in een internationale context en te verwachten effecten op de kosten die binnen Nederland gemaakt moeten worden voor ganzenopvang en vergoeding van landbouwschade. Deze analyse is gemaakt met gebruikmaking van bestaande gegevens, waarbij geput is uit de gepubliceerde literatuur, de populatieschattingen uit de databank van Wetlands International, ongepubliceerde gegevens van het ringonderzoek aan kolganzen door Alterra, en de door het Faunafonds geleverde gegevens over de wildschade sinds 1990. Er is aangegeven aan welke randvoorwaarden voldaan moet worden om te voorkomen dat de aantallen ganzen opnieuw gedecimeerd worden, zoals voor 1970 het geval was. Na 1970 heeft het twintig jaar geduurd voordat de aantallen ganzen zich weer hersteld hadden. Inmiddels zijn de meeste populaties vertienvoudigd. Gezien de lange tijdsduur van dit herstel is de nodige voorzichtigheid geboden bij heropening van de jachtmogelijkheden. Regulering van de aantallen ganzen en smienten en hun verspreiding door jacht is bij de huidige populatieniveaus een mogelijkheid om toename van de overheidskosten om landbouwschade te beperken die deze populaties niet in hun voortbestaan bedreigd. Door de decentralisatie van het jachtbeleid rust op de provincies de zware taak de internationale verplichtingen ter bescherming van trekvogels die Nederland is aangegaan (African Eurasian Waterbird Agreement) concreet vorm te geven

    Year-round itinerary of a GPS-tracked Brent Goose Branta b. bernicla that visited the Bassin d'Arcachon, France

    Get PDF
    The year-round itinerary for a Dark-bellied Brent Goose Branta b. bernicla is described for a bird fitted with a GPS tracking device at Terschelling Island, the Netherlands, in spring 2012. Spring migration commenced when the bird left the Dutch Wadden Sea on 27 May and continued until it reached the Taimyr Peninsula in arctic Russia on 8 June. During the summer months it moved along the coast of the Taimyr Peninsula, prior to moulting on Taimyr Island to the north of the peninsula in July. During autumn migration it frequented eelgrass Zostera sp. beds around Langeness Island in Schleswig- Holstein, Germany and then proceeded to the Bassin d’Arcachon in France, another famous eelgrass area, where it remained from 18 October 2012–12 January 2013 before returning to feed on grassland polders on Terschelling Island in January 2013. The timing of the location data showed that the bird flew large distances in short periods of time during migration. Over the year it covered c. 4,600 km during local movements and c. 15,000 km on migration. The results form part of a larger study investigating the importance of non-breeding habitats (particularly eelgrass vegetation) for the species

    Opvang van Ganzen op de Klei: evaluatie van experimenten in drie winters

    Get PDF
    Conform het Beleidskader Faunabeheer zijn opvanggebieden voor overwinterende ganzen aangewezen. In akkerbouwgebieden met zware klei zijn de mogelijkheden voor beheerspakketten voor opvang beperkt. Gedurende drie winters (2005-'08) zijn in Zeeuws- Vlaanderen en West Brabant een vijftal experimentele beheerspakketten op hun geschiktheid onderzocht. Het pakketgebruik door ganzen is gemonitord door ganzentellingen en keuteltellingen. Resultaten van onderzoek van: CLM, SOVON en Alterra, op verzoek van LNV, Faunafonds en LT

    Advies over de vraag hoe verstoring door jacht in natuurgebieden op andere dan de bejaagde soorten voorkomen kan worden

    Get PDF
    Dit advies betreft de vraag van de Directie Natuur van LNV hoe verstoring door jacht in natuurgebieden op andere dan de bejaagde soorten voorkomen kan worden. Veldexperimenten en het principe van afpalingsrecht dat geldt voor eendenkooien leiden tot een minimaal te respecteren afstand tot aanwezige soorten van 500 tot 1500 meter. Aanvullende compartimentering van de natuurgebieden geeft de garantie dat jacht niet gelijktijdig in het gehele gebied plaats vindt

    Advies over de vraag hoeveel hectaren ganzen- en smientenopvanggebied in Nederland nodig zijn om de huidige aantallen ganzen en smienten op te vangen

    Get PDF
    Dit advies betreft de vraag van de Directie Natuur van LNV hoeveel hectaren opvanggebied in Nederland nodig zijn om de huidige aantallen vogels op te vangen van de volgende soorten: kolgans, grauwe gans, smient (`primaire beleidskadersoorten`), brandgans en kleine rietgans (`mengsoorten`).. Er is een model opgesteld op basis van in de praktijk vastgestelde terreinbenutting door ganzen en smienten, soortspecifieke verschillen in de dagelijkse voedselbehoefte, klimatologische verschillen binnen Nederland en recente populatiegegevens. Met dit model is een schatting gemaakt van de totaal benodigde oppervlakte opvanggebied voor genoemde soortenn. Verschillende scenario¿s geven een grote bandbreedte in benodigd oppervlak, variërend van 55.000 hectare bij uitsluitend hoge draagkrachtwaarden t tot 320.000 hectare bij uitsluitend zeer lage draagkrachtwaarden (natuurgrasland)
    • …
    corecore