46 research outputs found

    D 8.2. Case-study Synthesis Report

    Get PDF

    Dynamiek en Robuustheid van Multifunctionele Landbouw, Rapportage fase 1: stand van zaken

    Get PDF
    Op 1 maart 2009 is het project ‘Dynamiek en Robuustheid van Multifunctionele Landbouw’ van start gegaan. Het project heeft een looptijd van twee jaar en wordt gefinancierd door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Inhoudelijk is het project ondersteunend aan de activiteiten van de Taskforce Multifunctionele Landbouw. De hoofdvraag van het project luidt: Welke factoren zijn van invloed op de dynamiek en robuustheid van multifunctionele landbouw? In dit rapport wordt een eerste aanzet gegeven tot een antwoord op deze hoofdvraa

    Dynamiek en robuustheid van multifunctionele landbouw : rapport onderzoeksfase 2: empirisch onderzoek onder 120 multifunctionele landbouwbedrijven

    Get PDF
    In deze rapportage de uitkomsten van de kwantitatieve en kwalitatieve analyse van het verzamelde praktijkmateriaal op de volgende niveaus; De multifunctionele activiteit (zorg, educatie, toerisme etc.), het multifunctionele landbouwbedrijf en de multifunctionele regio

    Buffercapaciteit : bedrijfsstijlen in de melkveehouderij, volatiele markten en kengetallen

    Get PDF
    Dit rapport doet verslag van een statistische analyse uitgevoerd op een bestand van Nederlandse melkveehouderijbedrijven. Het doel van deze analyse was na te gaan wat de effecten waren van de melkprijsdaling, die zich voordeed in de tweede helft van 2008 en de eerste helft van 2009. De toenmalige prijsdaling beschouwen we als een voorbode van de situatie die steeds meer de zuivelmarkt zal typeren: een volatiele markt met scherpe prijswisselingen. Het onderzoek toont aan dat de effecten van een melkprijsdaling differentieel van aard zijn, ze variëren al naar gelang het type bedrijf. Om deze verschillen te vatten is een bedrijfsstijlenanalyse uitgevoerd die 4 strategische grondpatronen naar voren brengt: schaalvergroting, fijnregulering, kostenreductie en arbeidsbesparing. In ‘normale’ jaren kan via elk strategisch grondpatroon een goed inkomen worden verworven. Naarmate men meer ‘stijlspecifiek’ is, is het inkomen beter. In ‘slechte’ jaren ligt dit anders: dan blijken strategieën, die draaien om kostenreductie en fijnregulering, tot de beste resultaten te leiden. Ook de balans van vreemd en eigen vermogen speelt in slechte jaren een grote rol. Op haar beurt hangt die balans ook weer op significante wijze samen met de verschillende stijlen. Daarmee brengt de analyse een verschil naar voren dat in de komende jaren wellicht van groot belang zal worden: dat is het verschil tussen boerenlandbouw en ondernemerslandbouw. Met dit onderscheid wordt hier geen moreel of maatschappelijk oordeel gegeven. Waar het om gaat is de vraag welke vorm van landbouwbeoefening het best moeilijke marktomstandigheden weet te weerstaan. In de tweede helft van dit verslag staat de vraag centraal: welk kengetal biedt de melkveehouder het meeste houvast om na te gaan of zijn bedrijf over voldoende veerkracht beschikt om periodes van lage prijzen het hoofd te bieden? Er wordt een nieuw kengetal voorgesteld: buffercapaciteit. Daarnaast kijken we bij welke bedrijfsopzet (stijl) de buffercapaciteit het hoogst is en hoe deze verder is op te voere
    corecore