Biodiversiteit onder glas : Voedsel voor luizenbestrijders

In het praktijknetwerk biodiversiteit onder glas is door glastuinders geëxperimenteerd met bloemen in en rond de kas . Al dan niet in combinatie met bankerplanten zoals granen. Deze brochure is gemaakt om kennis over bloemen en biologische bestrijders te geven en specifiek het nut van biodiversiteit . Biodiversiteit geeft ondersteuning aan meerdere natuurlijke bestrijders van bladluizen. Vooral in de paprikateelt vormen bladluizen soms een ware plaag. Het praktijknetwerk heeft kennis opgeleverd die helpt het agro-eco systeem te versterken

Wortelverdikking bij komkommer : pH, potsoort en waardplanten

Wortelverdikking (WVD) bij komkommer komt een aantal jaren in Nederland voor. Uit eerder onderzoek kwam naar voren dan de vermoedelijke veroorzaker een bacterie is. Over het gedrag van de bacterie en het effect van omgevingsfactoren op het optreden van WVD was nog zeer weinig bekend. In het onderzoek zijn verschillende aspecten van het gedrag van de bacterie onderzocht en is bekeken of de kans op WVD en schade door WVD kan worden verminderd door teeltaanpassingen. Hierbij is het effect onderzocht van pH op WVD, de overlevingsduur van de bacterie in de voedingsoplossing en het effect van potsoort en watergehalte van de opkweekpot op WVD. Tevens is onderzocht of planten die niet tot de komkommerachtigen behoren aangetast kunnen worden door de bacterie, of de bacterie droge condities kan overleven en of door verlaging van de pH in het teeltsubstraat WVD-schade kan worden verminderd

Biologische telers gaan tot het uiterste : Gewasbescherming

Biologische glastuinbouwers gaan vaak tot het uiterste om plagen te beheersen. Bovengrondse plagen pakken ze grotendeels met biologische bestrijders aan; vooral tegen bladluizen is een groot aantal natuurlijke vijanden beschikbaar. Desondanks loopt het wel eens uit de hand, met vervelend plakkende paprika’s tot gevolg, die dan weer moeten dan worden gewassen en geboend. Telers doen er daarom van alles aan om de luis onder controle te krijgen. De manier waarop verschilt echter nogal en de ene teler heeft daarbij ook meer succes dan de ander

The care that shines from within: the role of spirituality in aged and palliative care : A qualitative study that explores how spirituality informs care-giving to the elderly and dying in home and residential care in a regional area on the Mid North Coast of New South Wales

The importance of spirituality in relation to mental well-being and physical health is currently well regarded in the academic literature. Therefore spiritual care is now considered an important aspect of holistic healing practices. However, research is showing that most health care providers do not feel competent or confident in this area of care. In this thesis I explore how spiritual care is understood and experienced by practitioners in aged and palliative care in a regional area on the coast of New South Wales. The 26 participants, whose insights and experiences are depicted in this thesis, were very happy to be involved in this qualitative research project, because they felt that they now had the opportunity to explore spirituality and spiritual care. The participants in this research describe spiritual care as involving doing in the form of religious practices, such as praying or bible readings and non-religious activities that were seen as spiritual such as talking about dying, touching people or reminiscing. Additionally, they also commented about spiritual care as a special way of being with clients, which involved qualities and attitudes that were clearly felt or recognized by the participants as special. Not necessarily labeled as spiritual care, this special way of being was described as not being separate, but being an integral part of the daily acts of caring such as feeding a patient or preparing them for a bath. Participants found it often difficult to elaborate on what made such an interaction spiritual or how to describe the quality of these interactions as there seemed to be no familiar language to share the experiences of spirituality and spiritual care. Additionally, participants commented quite regularly that, although spiritual care was seen as important, there were many factors that inhibited these practices. In reflecting on these issues I put forward that, although the practitioners in this research are familiar with spiritual care, the most important contribution to encouraging health care providers to feel more confident is to continue conversations about spiritual care to increase competency in a non-denominational spiritual discourse in aged and palliative care