Prevention of genocide under International law : an analysis of the obligations of States and the United Nations to prevent genocide at the primary, secondary and tertiary levels

Abstract

Genocide is het misdrijf der misdrijven dat het geweten van de mensheid schokt vanwege de onbespreekbare schade en lijden die genocide teweeg brengt. Deze dissertatie draait om het voorkomen van genocide onder het internationaal recht in het algemeen, en analyseert meer in het bijzonder de juridische verplichting om het misdrijf van genocide te voorkomen als verwoord in het Verdrag inzake de Voorkoming en de Bestraffing van Genocide en in het internationaal gewoonterecht. Ondanks het bestaan van deze verplichting in het internationaal recht, is er vanuit de wetenschap en de praktijk nauwelijks aandacht aan de daadwerkelijke inhoud ervan besteed. Huidig academisch onderzoek op dit gebied richt zich voornamelijk op interventie op het moment dat genocide bijna voorhanden is en negeert preventie op eerdere stadia. Dit is problematisch gezien het feit dat preventie op een zo vroeg mogelijk stadium geboden lijkt om de risico op genocide op effectieve wijze te verkleinen. Gebaseerd op onderzoek in andere terreinen en puttend uit de Genocide uitspraak van het Internationaal Gerechtshof uit 2007, maakt het voorliggend onderzoek een onderscheid tussen primaire, secondaire en tertiaire niveaus van preventie. Het analyseert en vervolgens past de verplichting om genocide te voorkomen door staten en de VN toe binnen het temporele kader dat deze niveaus van preventie bieden. Deze dissertatie draagt op twee manieren aan het verhelderen van de juridische verplichting om genocide te voorkomen bij. In de eerste plaats verwijst het naar concrete internationale maatregelen die door staten en de VN kunnen worden aangenomen op ieder niveau van preventie. In de tweede plaats draagt deze dissertatie voorstellen ter verbetering aan zoals het instellen van nationale en internationale mechanismen die actief de voorkoming van genocide bevorderen en er ook toezicht op houden. Genocide is the crime of crimes which shocks the conscience of mankind because of the unspeakable damages and pains it causes. This research investigates the topic of the prevention of that crime under international law and more particularly the extent of the obligation to prevent genocide under the Genocide Convention and customary international law. Although, in public international law there is an obligation to prevent genocide, what this obligation entails has not received much attention in scholarly works and in practice. Even in the recent scholarly debates on this topic, the focus has been on intervention at stages when genocide is about to be committed or is being committed, ignoring prevention at early stages. Yet, prevention at early stages seems to be required in order to effectively reduce risks of genocide. Drawing upon other fields as well as the 2007 Genocide judgment of the International Court of Justice for the analysis of the concept of prevention and the obligation to prevent genocide, this research puts forward a distinction between primary, secondary and tertiary levels of prevention and analyses and applies the obligation to prevent genocide by states and the UN within that temporal structure of prevention. This research contributes to the clarification of the legal obligation to prevent genocide by filling it with concrete international legal means to be taken by states and the UN at each level, and by suggesting improvements which include the creation of national and international institutions to actively promote and monitor the prevention of genocide.

    Similar works