thesis
Enkele aspecten van de ijzeropname door erytroïde cellen
- Publication date
- 14 October 1981
- Publisher
- Het menselijk lichaam bevat circa 4 g ijzer; de verdeling van dit ijzer over de
verschillende compartimenten en componenten is weergegeven in figuur 1 en tabel I.
Het lichaam gaat zeer economisch om met ijzer, getuige het feit dat het ijzerverlies
slechts 1-2 mg per dag bedraagt. Dit ijzer verlaat het lichaam via excretie door
nieren, darm en zweetklieren: tevens gaat een geringe hoeveelheid ijzer verloren door
fysiologisch celverval van huid, haren en nagels. Het lichaam beschikt niet over een
actief excretiemechanisme voor ijzer en de ijzerbalans wordt dan ook voornamelijk
gehandhaafd door veranderingen in de absorptie, welke vanuit de tractus digestivus
plaatsvindt. Vanuit de mucosacel van het duodenum wordt het opgenomen ijzer via
de bloedbaan naar de verschillende organen getransporteerd. Gezien het feit dat het
oplosbaarheidsprodukt van Fe(OH)3 slechts 4 x 10-38 bedraagt, is de regulatie van
de ijzerhuishouding geen eenvoudige taak voor het menselijk lichaam. Onder aërobe
omstandigheden zullen in het lichaam ferro(F e 11)-verbindingen gemakkelijk oxyderen
tot ferri(Fe 111)-verbindingen. Bij een lichaams-pH van 7,4 kan een concentratie
van vrije Fe(lll) ionen voorkomen van slechts 10-17 mol/l, deze uiterst geringe concentratie
is onmeetbaar. Uit dit gegeven en het feit dat in het plasma een concentratie
van meer dan 20 !'mol/! Fe(lll) kan voorkomen, zal het duidelijk zijn dat het lichaam
over verbindingen moet beschikken die een complex kunnen vormen met dit Fe. In
het plasma wordt ijzer gebonden door een beta-globuline, siderofiline of transferrille
genoemd.
Dit transferrillemolecuul is opgebouwd uit een enkele polypeptideketen, met
een molecuuhnassa van 81.000, welke twee domains bevat, die de N-tenninale (Nt)
en C-tenninale (Ct) genoemd worden. Dit molecuul bevat twee bindingsplaatsen voor
Fe(lll), de zogenaamde A· en B-bindingsplaats, respectievelijk gelegen in het Cr en
Nrdomain.